Geluid- en geurhinder

Ongeveer de helft van de volwassenen in Gelderland en Overijssel heeft last van matige tot ernstige geluidhinder. Een op de drie volwassenen ervaart geurhinder. Dat blijkt uit onderzoek van de Gelderse GGD’en. De GGD’en onderzoeken regelmatig de gezondheid van hun inwoners. In 2020 stelden we ook vragen over geluid- en geurhinder.

Geluid kan naast hinder ook leiden tot slaapverstoring, stress en hart- en vaatziekten. Ruim één op de drie volwassenen ervaart geurhinder. Geur kan naast hinder ook stress, hoofdpijn, misselijkheid, en uiteindelijk zelfs depressieve klachten veroorzaken. Omdat geluid en geur invloed kunnen hebben op de gezondheid is het belangrijk om de hinder zo laag mogelijk te houden. 

Rapportage geluidhinder

De nieuwe Omgevingswet is een 'call to action' om aan een gezonde leefomgeving te werken. In de landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024 'Gezondheid Breed op de Agenda' wordt de gezonde leefomgeving ook als een van de speerpunten genoemd (1). De belangrijkste doelen van de nieuwe Omgevingswet zijn het bereiken, benutten en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving, door middel van een goede omgevingskwaliteit voor inwoners en het doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen van de fysieke leefomgeving ter vervulling van maatschappelijke behoeften (2,3). 

De omgeving waarin mensen wonen, werken en recreëren, heeft invloed op hun gezondheid. Naast fysieke en sociale aspecten, spelen milieufactoren (zoals geurhinder, geluidhinder en luchtverontreiniging) ook een belangrijke rol in de leefomgeving.

Geluidhinder

Geluid is een van de factoren die een belangrijke rolt speelt in de kwaliteit van de leefomgeving. Naast dat geluid kan leiden tot genot, leidt geluid ook direct en indirect tot hinder en gezondheidsklachten (4). Direct kan geluid invloed hebben op lichaam en geest. Indirect kan geluid leiden tot effecten wanneer het geluid als ongewenst wordt beoordeeld. Geluidhinder wordt beïnvloed door akoestische factoren, zoals geluidniveau in decibels, en non-akoestische factoren, zoals de vermijdbaarheid en voorspelbaarheid van geluid (5). Geluid kan nadelige effecten op iemands gezondheid hebben. Zo kan men last hebben van slaapverstoring, verstoring van prestatie, verstoring van concentratie, hinder, stress, (psycho-)somatische reacties (zoals een verhoogde bloeddruk en toename in stresshormonen), en cardiovasculaire en psychische aandoeningen (4). Hierbij speelt de individuele beoordeling van het geluid ook een rol in het ervaren van gezondheidsklachten. Ook als mensen geen hinder ervaren van geluid kunnen zij gezondheidsklachten ervaren van geluid (5). Geluid(hinder) kan de ervaren kwaliteit van de leefomgeving nadelig beïnvloeden.

De Gelderse en Overijsselse GGD'en hebben onderzocht of, hoeveel en waarvan  inwoners geluidhinder ervaren. De mate van ervaren geluidhinder is uitgevraagd in de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen

In deze rapportage worden de belangrijkste resultaten beschreven. Middels deze rapportage willen wij beleidsmakers stimuleren om ambities te formuleren op het gebied van geluidhinder om zo de kwaliteit van de leefomgeving en de gezondheid van inwoners te verbeteren.

Geluidshinder in regio oost

In de regio Oost-Nederland (2020) ervaart ongeveer de helft van de volwassenen (18+ jaar) matige of ernstige geluidhinder* van één of meerdere bronnen.

De meeste geluidhinder wordt ervaren van brommers/scooters (34%). Daarna volgen verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/uur (27%), buren (22%), verkeer op wegen waar je harder mag dan 50 km/uur (20%),  vliegverkeer (13%), treinverkeer (7%), bedrijven/industrie (7%) en tot slot windturbines/windmolens (2%).

Vergelijking met 2016

In vergelijking met 2016** is te zien dat de ervaren geluidhinder van 18 tot en met 64-jarigen in de regio Oost-Nederland: 

  • door brommers/scooters, buren, verkeer op wegen waar je (niet) harder mag dan 50 km/uur en vliegverkeer*** is toegenomen.
  • door treinverkeer licht is gedaald.
  • door bedrijven/industrie niet is veranderd.

Een kanttekening is dat we de cijfers uit 2020 niet los kunnen zien van de impact van de coronaperiode. Door de coronaperiode waren mensen onder andere namelijk meer thuis, waardoor de hinderbeleving kan zijn beïnvloed. De nieuwe cijfers van 2022 kunnen meer inzicht geven in de trends.

* Respondenten zijn gevraagd naar de ervaren geluidhinder van verschillende geluidbronnen in de afgelopen 12 maanden wanneer zij thuis waren, op een score van 0 'niet gehinderd' tot 10 'extreem gehinderd', en 'niet hoorbaar' (n.v.t.). Een score van 3-7 geeft 'matige' geluidhinder aan en een score van 8-10 'ernstige' geluidhinder.

**  De geluidbron windturbines/windmolens is in 2016 niet uitgevraagd. Niet alle GGD'en in regio Oost hebben informatie over de ervaren geluidhinder van 65-plussers uit 2016. Daarom wordt enkel de informatie over 18 tot en met 64-jarigen weergegeven. Daarnaast wordt uitgegaan van significantie bij p<0,05 voor het verschil tussen 2016 en 2020.

*** Ondanks dat er minder is gevlogen door de coronaperiode is de geluidhinder door vliegverkeer significant toegenomen. Verklaringen hiervoor kunnen zijn: het weer op gang komen van vliegverkeer na een relatief stille periode, onregelmatig vliegen, de vraagstelling over de afgelopen 12 maanden en het meer thuis zijn of werken als gevolg van corona. 

Slaapverstoring

In de regio Oost-Nederland ervaart ongeveer een derde van de volwassenen (18+ jaar) matige of ernstige slaapverstoring* van één of meerdere geluidbronnen.

De meeste slaapverstoring wordt ervaren van brommers/scooters (15%). Daarna volgen verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/uur (12%), buren (11%), verkeer op wegen waar je harder mag dan 50 km/uur (8%),  vliegverkeer (4%), treinverkeer (3%), bedrijven/industrie (3%) en tot slot windturbines/windmolens (1%).

*Respondenten zijn gevraagd naar de ervaren slaapverstoring van verschillende geluidbronnen in de afgelopen 12 maanden wanneer zij thuis waren, op een score van 0 'niet gehinderd' tot 10 'extreem gehinderd', en 'niet hoorbaar' (n.v.t.). Een score van 3-7 geeft 'matige' slaapverstoring aan en een score van 8-10 'ernstige' slaapverstoring.

Onder de volwassenen die aan hebben gegeven dat zij matige of ernstige geluidhinder van een geluidbron ervaren, is gekeken of zij van deze geluidbron ook matige of ernstige slaapverstoring ervaren.

De hoogste samenhang is te zien bij buren. 51% van de volwassenen die matige of ernstige geluidhinder van buren ervaart, ervaart van deze geluidhinder matige of ernstige slaapverstoring. Na buren (51%) volgen brommers/scooters (47%),  windturbines/windmolens (44%), verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/uur (40%), bedrijven/industrie (40%), treinverkeer (39%), verkeer op wegen waar je harder mag dan 50 km/uur (35%) en vliegverkeer (28%). 

Bronnen van geluidshinder*

Brommers/scooters

In Gelderland ervaart men vaker geluidhinder van brommers/scooters dan in Overijssel. Daarnaast valt op dat er voornamelijk hinder wordt ervaren in (de omgeving van) stedelijke gemeenten, zoals Arnhem, Nijmegen, Zwolle, Deventer en Enschede. De meeste geluidhinder wordt ervaren in de gemeente Arnhem (49%). In de Achterhoek en in een groot gedeelte van Overijssel wordt minder vaak geluidhinder door brommers/scooters ervaren. 

Wegverkeer <50 km/uur

Met name inwoners van stedelijke gebieden ervaren geluidhinder van verkeer op wegen waar je niet harder mag dan 50 km/uur. Inwoners in en rondom de gemeente Arnhem (37%) ervaren hiervan het vaakst geluidhinder. In de Achterhoek en in een groot gedeelte van Overijssel ervaart men minder vaak geluidhinder door dit wegverkeer.

*Per geluidbron wordt de gemiddeld ervaren geluidhinder in de gemeente weergegeven. De ervaren geluidhinder van een bron kan verschillen binnen de gemeente. Het RIVM beschikt over cijfers van geluidhinder per wijk en buurt.

Bronnen Van Geluidhinder*

Buren

Inwoners in en rondom de gemeente Arnhem, Wageningen, Nijmegen, Zwolle, Deventer en Enschede  ervaren vaker geluidhinder door buren. De inwoners van de gemeente Wageningen ervaren het vaakst geluidhinder door buren (44%). In de Achterhoek ervaart men minder vaak geluidhinder door buren. In stedelijke gebieden zoals bijvoorbeeld Arnhem en Nijmegen is er een hogere bevolkingsdichtheid dan in de Achterhoek, waardoor de ervaren geluidhinder hoger kan zijn in stedelijke gebieden. 

Wegverkeer >50 km/uur

Inwoners in gemeenten waarin snelwegen lopen en in het midden van Gelderland ervaren vaker geluidhinder  door verkeer op wegen waar men harder dan 50 km/uur mag rijden. In de gemeente Borne (29%) ervaart men het vaakst geluidhinder door dit wegverkeer. Andere gemeenten waar vaak geluidhinder wordt ervaren zijn Neder-Betuwe en Beuningen. In het noorden en het oosten van Gelderland, en Overijssel wordt minder vaak geluidhinder ervaren. 

* Per geluidbron wordt de gemiddeld ervaren geluidhinder in de gemeente weergegeven. De ervaren geluidhinder van een bron kan verschillen binnen de gemeente. Het RIVM beschikt over cijfers van geluidhinder per wijk en buurt.

Vliegverkeer

Inwoners uit gemeenten in het westen en zuiden van  Gelderland ervaren vaker geluidhinder van vliegverkeer. In de gemeente Maasdriel (30%) ervaart men het vaakst geluidhinder van vliegverkeer. In de Achterhoek en Twente wordt minder vaak geluidhinder van vliegverkeer ervaren.

Treinverkeer

In gemeenten met treinverkeer wordt vaker geluidhinder van treinverkeer ervaren. Inwoners uit de gemeente Borne (23%) hebben in verhouding het vaakst aangeven geluidhinder van treinverkeer te ervaren, gevolgd door de gemeente Rheden (21%). In de Achterhoek en in een gedeelte van Overijssel ervaart men minder vaak geluidhinder door treinverkeer. 

* Per geluidbron wordt de gemiddeld ervaren geluidhinder in de gemeente weergegeven. De ervaren geluidhinder van een bron kan verschillen binnen de gemeente. Het RIVM beschikt over cijfers van geluidhinder per wijk en buurt.

Bronnen van Geluidhinder*

Bedrijven/industrie

Met name in Gelderland wordt er vaker geluidhinder ervaren door bedrijven/industrie. In de gemeente Maasdriel (12%) wordt het vaakst geluidhinder door bedrijven/industrie aangegeven. In Overijssel ervaart men minder vaak geluidhinder dan in Gelderland. 

Windturbines/windmolens

In het noorden van Overijssel, en het zuidwesten en midden van Gelderland ervaren inwoners vaker geluidhinder van windturbines/windmolens. Over het algemeen wordt er relatief weinig geluidhinder ervaren van windturbines/windmolens in vergelijking met andere geluidbronnen. Inwoners uit de gemeente West Betuwe (5%) geven in verhouding het vaakst aan geluidhinder te ervaren van windturbines/windmolens. 

* Per geluidbron wordt de gemiddeld ervaren geluidhinder in de gemeente weergegeven. De ervaren geluidhinder van een bron kan verschillen binnen de gemeente. 

Stedelijkheid

De stedelijkheid* van de omgeving is sterk van invloed op de mate van de ervaren geluidhinder (5). 

Wanneer er wordt gekeken naar de bronnen van geluidhinder, blijkt dat mensen in stedelijke gebieden vaker geluidhinder** door brommers/scooters, wegverkeer <50 km/uur, buren en treinverkeer ervaren.

Mensen in niet stedelijke gebieden ervaren daarentegen juist vaker geluidhinder** door vliegverkeer en wegverkeer wat harder mag dan 50 km/uur.  

* De indeling van stedelijkheid is gebaseerd op de indeling van stedelijkheid van het CBS

** Significant verschil (p<0,05)

Huur- of koopwoning

Naast stedelijkheid, speelt ook het wonen in een huur- of koopwoning* een belangrijke rol bij ervaren geluidhinder.

  • Mensen wonend in een huurwoning ervaren vaker geluidhinder** door brommers/scooters, wegverkeer <50 km/uur, buren, wegverkeer >50 km/uur, treinverkeer, bedrijven/industrie en windturbines/windmolens dan mensen wonend in een koopwoning. Voornamelijk het verschil tussen huur- en koopwoningen valt op bij de ervaren geluidhinder door buren
  • Het wonen in een huur- of koopwoning hangt niet samen*** met het ervaren van geluidhinder door vliegverkeer. 

* Alleen GGD Gelderland-Midden, GGD Gelderland-Zuid en GGD IJsselland hebben een vraag opgenomen over het wonen in een huur- of koopwoning in de regio Oost-Nederland.

** Significant verschil (p<0,05)

*** Geen significant verschil (p>0,05)

GGD advies aan gemeenten

Dit onderzoek laat zien dat veel inwoners uit de regio Oost Nederland geluidhinder ervaren van één of meerdere bronnen. Men ervaart de meeste geluidhinder van wegverkeer: wegverkeer <50 en >50 km/uur en brommers/scooters. Inzicht in de bronnen waarvan inwoners geluidhinder ervaren, kan gemeenten helpen bij het vormen van beleid en het nemen van maatregelen om zo de kwaliteit van de leefomgeving en de gezondheid van inwoners te verbeteren.

In de toekomst verwachten we meer gezondheidsproblemen door geluid (6). Dat heeft onder meer te maken met groei van bevolking, economie, mobiliteit en ontwikkelingen op het gebied van technologie, ruimte en woningmarkt (7). Hierdoor komen woningen en andere gevoelige bestemmingen steeds vaker dicht bij bronnen van geluid te liggen, zoals een snelweg of industrie (6). Gezondheidskundige effecten van geluid verdienen daarom aandacht van beleidsmakers en overheden. GGD’en vragen hierbij prioritaire aandacht voor het beperken van de blootstelling aan geluid, bij voorkeur door het nemen van bronmaatregelen.

De grootste gezondheidswinst kan worden behaald wanneer thema's rondom een gezonde leefomgeving integraal en in samenhang worden opgepakt, vanuit de Health in All Policies gedachte. Dat wil zeggen dat gezondheid mee wordt genomen in alle beleidsvelden, ook in het ruimtelijke domein. Voor het geluidaspect geeft het beperken van wegverkeerslawaai de grootste gezondheidswinst, gevolgd door een goede geluidkwaliteit van bouwwerken. In de Kernwaarden Gezonde Leefomgeving worden voor verschillende kernwaarden voor een gezonde leefomgeving een aantal principes met daarbij praktische voorbeelden van mogelijke maatregelen gegeven (8). Ook in Stad als gezonde habitat worden handreikingen gedaan over hoe omgevingsbeleid niet alleen gebruikt kan worden voor de bescherming van gezondheid, het klassieke milieubeleid, maar ook op de bevordering hiervan. Zo kunnen gemeenten voor sommige aspecten (zoals geluid) door middel van de Omgevingswet, een decentrale omgevingswaarde in het omgevingsplan opnemen (9,10,11), zoals bijvoorbeeld de gemeente Hattem gaat doen.

De Omgevingswet geeft gemeenten meer ruimte om zelf afwegingen te maken in geluidbeleid, bij ruimtelijke plannen en bij het afgeven van vergunningen (9,11). Gemeenten kunnen hierdoor meer geluid toestaan, wat kan leiden tot meer negatieve gezondheidseffecten zoals hinder, slaapverstoring en hart- en vaatziekten. Onder de Omgevingswet wordt bijvoorbeeld 70 dB Lden mogelijk in de stad, terwijl de GGD een gezondheidskundige advieswaarde van 50 dB Lden hanteert (6). Wanneer een gemeente overweegt meer geluid toe te staan, is het daarom relevant ook de impact op gezondheid mee te wegen. De GGD kan gemeenten hierbij ondersteunen met advies-op-maat. We baseren ons hierbij op de GGD Richtlijn Omgevingsgeluid en Gezondheid (6). Neem contact op met uw GGD voor meer informatie. De contactgegevens vindt u onderaan deze rapportage.

Uitgangspunt in de GGD advisering is het beperken van de geluidsblootstelling om zo geluidhinder en andere nadelige gezondheidseffecten te reduceren. Maatregelen die gemeenten kunnen faciliteren en/of treffen zijn in voorkeursvolgorde (12): 

  1. Bronmaatregelen: maatregelen die zorgen dat de bron minder geluid (naar de omgeving) produceert.
  2. Overdrachtsmaatregelen: maatregelen die de overdracht van het geluid beperken / afschermen.
  3. Maatregelen bij de ontvanger: maatregelen die bij de ontvanger plaatsvinden om geluid tegen te gaan.

Goede voorbeelden hiervan zijn: beperken van geluidproductie, zorgen voor voldoende afstand tot de geluidbron, de geluidbron zoveel mogelijk afschermen, de cumulatie van geluid beperken, afspraken maken met geluidproduceerders, zorgen voor goede isolatie en het informeren van omwonenden. Daarnaast draagt het stimuleren van actief vervoer, zoals fietsen, het reizen met het OV en duurzame reisalternatieven bij aan het verminderen van verkeer, waardoor geluidhinder verminderd kan worden.

Ontwikkelingen en inspirerende voorbeelden

Autoverkeer

Het stimuleren van elektrisch verkeer dient meerdere doelen. De reductie van geluid is bij elektrificatie van het verkeer echter beperkt. Boven de 30 km/u is het geluid van banden van een auto dominant over het geluid van de motor. Daarentegen wordt het piekgeluid (optrekken bij bijvoorbeeld een kruispunt) wel verlaagd bij elektrische auto's. 

Vliegverkeer

Door een wijziging in de aanvliegroutes van Schiphol, zal er mogelijk meer over het westen van Rivierenland worden gevlogen. Hierdoor kan de ervaren geluidhinder door vliegverkeer veranderen. Bij geluidhinder van vliegverkeer kunnen ook militair en medisch vliegverkeer een rol spelen. 

Bekijk GGD onderzoek geluidhinder en slaapverstoring door luchtvaart - 2020

Treinverkeer

Door vertraagde werkzaamheden in Duitsland kunnen inwoners uit Oost-Nederland langer overlast ervaren van goederentreinen. Ook de ontwikkeling van hoogfrequent spoorvervoer kan mogelijk leiden tot meer overlast.

Windenergie

Door de noodzakelijke overstap naar duurzame energiebronnen, wordt verwacht dat komende jaren meer windturbines/windmolens worden geplaatst. Hierdoor kan geluidhinder van windturbines toenemen. 

Bronmaatregelen

  • In de gemeente Arnhem en gemeente Nijmegen kunnen en konden inwoners subsidie aanvragen voor het slopen van hun brom- of snorfiets mét verbrandingsmotor en voor het aanschaffen van een duurzame vervanging, zoals een fiets of elektrische scooter. Deze actie dient meerdere doelen, waaronder de afname van geluidhinder. De gemeente Nijmegen is nu bezig met de overgang naar een brommerverbod.
  • Er wordt onderzoek gedaan en pilots uitgevoerd naar de verlaging van snelheden op wegen binnen de bebouwde kom (30 km/uur in plaats van 50 km/uur).
  • In de gemeente Zwolle wordt gebruik gemaakt van de STOMP methode. Hierbij staan in het ontwerp eerst de voetgangers en fietsers centraal, daarna OV en pas als laatste de auto.
  • In de gemeente Ermelo is een paar jaar geleden de eerste weg met circulair en geluidsreducerend asfalt aangelegd. Dit is een duurzame en geluidsvriendelijke optie als vervanging van regulier asfalt en klinkers. Deze optie levert een vergelijkbare winst op als de halvering van de intensiteit van het verkeer.
  • Er wordt veel onderzoek gedaan om windturbines stiller te maken, onder andere door aanpassingen in de rotorbladen. De GGD adviseert om geluidhinder te beperken, met name in de nacht, door bijvoorbeeld windturbines (een deel van de tijd) uit te zetten en het toerental 's nachts te verlagen.

Overdrachtsmaatregelen

  • Er wordt volop gewerkt aan betere en multifunctionele geluidschermen, diffractoren en het verdiept aanleggen van wegen en sporen. Hierdoor kan de overdracht van geluid tegen worden gegaan. Inspirerende voorbeelden zijn de A50 in Uden en langs het spoor in de gemeente Horst aan de Maas. Hier zijn zonnegeluidsschermen geplaatst welke geluid afschermen en duurzame energie opleveren. 

Maatregelen bij de ontvanger / wat kunnen inwoners zelf doen

  • Maatregelen kunnen door inwoners zelf getroffen worden of door wegbeheerders die in sommige gevallen verplicht zijn maatregelen te treffen bij de ontvangers van geluid. Maatregelen kunnen zijn het vervangen van een klepraam of standaard rooster door een susrooster of suskast, het letten op kierdichting door rubbers en het (beter) isoleren van de woning door gevelisolatie en/of (dik) dubbel glas. Vaak niet alleen effectief voor geluidhinder, maar ook nog eens energiezuinig.
  • 88% van de Nederlandse gemeenten biedt buurtbemiddeling aan. Hier kan men overlast van buren, zoals geluidhinder, aankaarten, bespreken en manieren zoeken om de overlast te verminderen. 

Onderzoek en respons

Data voor dit onderzoek is verkregen uit de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2020*. Deze Gezondheidsmonitor is in het najaar van 2020 onder volwassenen (18-64 jaar) en ouderen (65-plussers) uitgevoerd. De inwoners in de steekproef werden per brief uitgenodigd om de vragenlijst in te vullen. Naast de landelijke vragen over geluidhinder voor volwassenen, zijn de geluidhindervragen lokaal ook aan ouderen uitgevraagd.

In totaal hebben 99.934 inwoners uit de regio Oost de vragen over geluidhinder ingevuld. Zij zijn meegenomen in de analyses van dit onderzoek. Kenmerken van deze respondenten zijn hieronder weergegeven:

* Voor het analyseren van de trends is gebruik gemaakt van de data van de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2016

Onderzoeksopzet

Voor dit onderzoek is  gebruik gemaakt van een cross-sectioneel studie ontwerp. Dit betekent dat de onderzoeksresultaten geen inzicht geven in mogelijke oorzaak-gevolg relaties. Enkel de samenhang tussen verschillende factoren en ervaren geluidhinder is onderzocht.

Colofon

Dit onderzoek is een samenwerkingsproject van GGD IJsselland, GGD Twente, GGD Gelderland-Midden, GGD Gelderland-Zuid en GGD Noord- en Oost-Gelderland.

Contact

GGD Noord- en Oost-Gelderland

Team Onderzoek
E-mail: onderzoek@ggdnog.nl

Team Medische Milieukunde
E-mail: mmk@ggdnog.nl

GGD Gelderland-Midden

Team Onderzoek
onderzoek@vggm.nl

Team Milieu en Gezondheid
milieu-en-gezondheid@vggm.nl

GGD Gelderland-Zuid

Team Gezonde Kennis
E-mail: onderzoek@ggdgelderlandzuid.nl

Team Gezondheid en Milieu
E-mail: gezondheidenmilieu@ggdgelderlandzuid.nl

GGD Twente

Team Epidemiologie, Gezondheidsbevordering, Beleidsadvies
E-mail: onderzoek@ggdtwente.nl

Team Milieu en Gezondheid
E-mail: milieuengezondheid@ggdtwente.nl

GGD IJsselland

Team beleidsadvies en onderzoek
E-mail: onderzoek@ggdijsselland.nl

Team Milieu en Gezondheid
E-mail: milieuengezondheid@ggdijsselland.nl

Meer informatie, bezoek de onderstaande websites:

Voor aanvullende gegevens uit de gezondheidsmonitors en advies over gezonde leefomgeving kunt u terecht bij uw GGD.

Bronnen

  1. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2020). Gezondheid breed op de agenda: Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024. Geraadpleegd op 11 juli 2022, van www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2020/02/29/gezondheid-breed-op-de-agenda
  2. Informatiepunt Leefomgeving (z.d.). De Omgevingswet Geraadpleegd op 24 januari 2023, van https://iplo.nl/regelgeving/omgevingswet/
  3. Loketgezondleven.nl (z.d.). Leefomgeving. Geraadpleegd op 24 januari 2023, van www.loketgezondleven.nl/leefomgeving
  4. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu  (RIVM). (z.d.). Werkingsmechanisme van geluid op gezondheid. Geraadpleegd op 1 september 2022, van https://www.rivm.nl/ggd-richtlijn-mmk-omgevingsgeluid/gezondheidseffecten-geluid/werkingsmechanisme-geluid-gezondheid
  5. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). (z.d.). Geluidhinder. Geraadpleegd op 1 september 2022, van https://www.rivm.nl/ggd-richtlijn-mmk-omgevingsgeluid/gezondheidseffecten-geluid/geluidhinder
  6. GGD GHOR Nederland. (z.d.). Omgevingsgeluid en gezondheid. Geraadpleegd op 25 november 2022, van https://ggdghor.nl/thema/omgevingsgeluid-en-gezondheid/
  7. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu  (RIVM). (z.d.). Probleemomschrijving van de GGD-richtlijn omgevingsgeluid en gezondheid. Geraadpleegd op 24 januari 2023, van https://www.rivm.nl/ggd-richtlijn-mmk-omgevingsgeluid/probleemomschrijving
  8. GGD GHOR Nederland. (2021). Kernwaarden Gezonde Leefomgeving. Geraadpleegd op 21 september 2022, van https://www.gezondeleefomgeving.nl/instrumenten/kernwaarden-gezonde-leefomgeving
  9. Rijksoverheid. (z.d.). Omgevingswet. Geraadpleegd op 23 januari 2023, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/omgevingswet
  10. Raad voor leefomgeving en infrastructuur. (2018). De stad als gezonde habitat. Geraadpleegd op 12 augustus 2022, van https://www.rli.nl/sites/default/files/de_stad_als_gezonde_habitat_def.pdf
  11. Informatiepunt Leefomgeving. (z.d.). Geluid. Geraadpleegd op 25 november 2022. van https://iplo.nl/thema/geluid/
  12. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu  (RIVM). (z.d.). Maatregelen voor geluidsreductie. Geraadpleegd op 7 december 2022, van https://www.rivm.nl/ggd-richtlijn-mmk-omgevingsgeluid/advisering-ggd/maatregelen
     

Datum van publicatie: maart 2023

Je kan onderaan deze pagina de rapportage geluidhinder als pdf-bestand via de mail aanvragen. Deze is niet volledig toegankelijk. Voorleessoftware kan dit document niet goed voorlezen. Bovenstaande tekst is wel geschikt voor voorleessoftware.

Rapportage geurhinder

De nieuwe Omgevingswet biedt kansen om aan een gezonde leefomgeving te werken. In de landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024 'Gezondheid Breed op de Agenda' wordt de gezonde leefomgeving ook als een van de speerpunten genoemd [1]. De belangrijkste doelen van de nieuwe Omgevingswet zijn het bereiken, benutten en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving, door middel van een goede omgevingskwaliteit voor inwoners en het doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen van de fysieke leefomgeving ter vervulling van maatschappelijke behoeften [2,3]. 

De omgeving waarin mensen wonen, werken en recreëren, heeft invloed op hun gezondheid. Naast fysieke en sociale aspecten, spelen milieufactoren (zoals geur, geluid en luchtverontreiniging) ook een belangrijke rol in de leefomgeving.

Geurhinder

Geur is een van de factoren die een belangrijk rolt speelt in de kwaliteit van de leefomgeving. Geur van bijvoorbeeld industrie, wegverkeer, veehouderij of buren, kan de ervaren kwaliteit van de leefomgeving nadelig beïnvloeden. Ook kan blootstelling aan geur door slechte luchtkwaliteit of ervaren geurhinder verschillende nadelige effecten op de gezondheid hebben [4]. Zo kan geurhinder ergernis of ongerustheid over de gezondheid veroorzaken [5]. Dit kan leiden tot stress, hoofdpijn, misselijkheid, benauwdheid en slapeloosheid. Daarnaast kan geurhinder ongezond gedrag uitlokken, zoals het sluiten van ramen, niet naar buiten gaan of het verstoren van het sociale leven. Uiteindelijk kan geurhinder, middels de bovengenoemde oorzaken, zelfs leiden tot depressieve klachten [5].

De Gelderse en Overijsselse GGD'en hebben onderzocht óf en hoeveel geurhinder inwoners ervaren en wat de relatie is tussen gezondheid en (matige of ernstige) geurhinder. De mate van ervaren geurhinder is uitgevraagd in de Gezondheidsmonitor Volwassenen & Ouderen 2020 (en 2016). In deze rapportage worden de belangrijkste resultaten beschreven.

Door deze rapportage willen wij het belang van geurhinder voor de gezondheid onder de aandacht brengen en beleidsmakers stimuleren om maatregelen te nemen tegen geurhinder van met name vuurkorven en barbecues, houtkachels, landbouw en riolering. Daarbij kunnen maatregelen op dit gebied ook een positief effect op de luchtkwaliteit hebben.

Geurhinder regio oost

In de hele regio Oost ervaarde ruim 1 op de 3 volwassenen (18-64 jaar) matige of ernstige geurhinder* van één of meerdere bronnen in het afgelopen jaar. 

De meeste geurhinder wordt ervaren door vuurkorf/barbecue/terrashaard (18%). Daarna volgen openhaard/allesbrander/andere houtkachel (16%), landbouw- en veeteeltactiviteiten (10%), riolering/zuivering (10%), bedrijven/industrie (6%) en vliegverkeer (4%).

Trends 2016-2020

Ten opzichte van 2016 zien we dat ervaren geurhinder van volwassenen (18+) in Gelderland-Midden en Gelderland-Zuid**:

  • door open haard/allesbrander/andere houtkachel*** is toegenomen.
  • door riolering/zuivering licht is gedaald.
  • door landbouw- en veeteeltactiviteiten en bedrijven/industrie niet is veranderd.
  • door vliegverkeer licht is gedaald.

Een kanttekening hierbij is dat we de cijfers uit 2020 niet los kunnen zien van de impact van de coronaperiode. De nieuwe cijfers van 2022 kunnen meer inzicht geven in de trends.

----

* Respondenten zijn gevraagd naar de ervaren geurhinder van verschillende geurbronnen in de afgelopen 12 maanden wanneer zij thuis waren, op een score van 0 'niet gehinderd' tot 10 'extreem gehinderd', en 'niet ruikbaar' (n.v.t.). Een score van 3-7 geeft 'matige' geurhinder aan en een score van 8-10 'ernstige' geurhinder. In 2020 is geurhinder in Twente niet uitgevraagd onder 65-plussers. Daarom wordt de ervaren geurhinder voor volwassenen tussen de 18-64 weergegeven.

** De bron 'vuurkorf/barbecue/terrashaard' is in 2016 niet uitgevraagd. Ook hebben de andere GGD'en in regio Oost geurhinder in 2016 niet opgenomen in de vragenlijst.

*** In 2016 was de categorie: 'open haard/allesbrander'.

Belangrijkste bronnen van geurhinder

Vuurkorf/barbecue/terrashaard

De belangrijkste bron van geurhinder  is een vuurkorf, barbecue of terrashaard. In alle gemeenten is de geurhinder hiervan 9,9% of hoger. In regio Twente zien we meer gemeenten waar de ervaren geurhinder hoog is. Ook in en rondom Arnhem en in Zwolle, Kampen en Barneveld wordt van deze bron veel geurhinder ervaren.

Open haard/allesbrander/andere houtkachel

Geurhinder door open haard, allesbrander of een andere houtkachel is ook een belangrijke bron. In veel gemeenten in Twente ervaart meer dan 20% van de inwoners geurhinder van deze bron. Ook in en rondom Arnhem wordt veel geurhinder ervaren door een open haard, allesbrander of andere houtkachel. In het noorden en oosten van Gelderland wordt minder vaak geurhinder ervaren door deze bron.

In 2020 is geurhinder in Twente niet uitgevraagd onder 65-plussers. In deze regiokaartjes wordt daarom de ervaren geurhinder voor volwassenen tussen de 18-64 weergegeven.

Landbouw- en veeteeltactiviteiten

Inwoners uit Twente en het zuiden van Gelderland ervaren vaak geurhinder door landbouw- en veeteeltactiviteiten. Ook in het midden van Gelderland zijn er een aantal gemeenten waar meer dan 15% van de inwoners geurhinder ervaart door deze bron. In het noorden van Gelderland wordt minder vaak geurhinder door landbouw- en veeteeltactiviteiten ervaren.

Riolering/zuivering

In verschillende gemeenten in Twente wordt vaak geurhinder door riolering ervaren. In gemeente Almelo (26%) en Enschede (20%) is dit het hoogst. In het noorden, oosten en zuiden van Gelderland wordt minder vaak geurhinder door riolering of zuivering ervaren.

In 2020 is geurhinder in Twente niet uitgevraagd onder 65-plussers. In deze regiokaartjes wordt daarom de ervaren geurhinder voor volwassenen tussen de 18-64 weergegeven.

Doelgroepen geurhinder

Niet iedereen ervaart evenveel geurhinder. Uit analyse van de geurhinderdata van regio Oost komen verschillende groepen naar voren die vaker geurhinder ervaren.

Zo zijn er een aantal demografische factoren die samenhangen met geurhinder:

  • vrouwen ervaren iets vaker geurhinder dan mannen (voornamelijk door vuurkorf of riolering).
  • volwassenen tussen de 35-74 jaar ervaren vaker geurhinder dan 75-plussers en jongvolwassenen (18-34 jaar).
  • inwoners met een lage of gemiddelde sociaaleconomische status (SES) ervaren vaker geurhinder door een vuurkorf, open haard of riolering dan inwoners met een hoge SES.
  • mensen die samenwonen ervaren vaker geurhinder dan mensen die alleen wonen.
  • in stedelijke gebieden wordt vaker geurhinder door riolering ervaren. In niet stedelijke gebieden is juist vaker geurhinder door landbouw- en veeteeltactiviteiten.

Naast demografische factoren, zijn ook diverse gezondheidsfactoren gerelateerd aan het ervaren van geurhinder.  Deze verschillen blijven significant wanneer gecontroleerd wordt voor de demografische factoren, zoals geslacht en SES. De resultaten kunnen geen inzicht geven in de oorzaak-gevolg relaties.

Allereerst blijkt een slechtere lichamelijke en mentale gezondheid gerelateerd te zijn aan het vaker ervaren van geurhinder*. Mensen met een slechtere ervaren gezondheid, een verhoogd risico op een angststoornis/depressie, lage veerkracht, die zich minder gelukkig voelen of stress hebben op het gebied van wonen, ervaren vaker geurhinder. Mensen die meer uren wandelen of fietsen ervaren vaker geurhinder. Op basis van dit onderzoek is het echter niet mogelijk om te zeggen of geurhinder  wel of geen belemmering is om te bewegen. 

Verder blijkt uit de analyses dat geurhinder gerelateerd is aan verschillende factoren in de leefomgeving**. Mensen die geurhinder ervaren zijn vaker ongelukkig met hun woning en woonomgeving. Ook ervaren mensen die in een koopwoning wonen iets vaker geurhinder van één of meerdere bronnen dan mensen die in een huurwoning wonen. Dit verschilt per bron. Zo ervaren mensen in een koopwoning vaker geurhinder door een vuurkorf of open haard, en mensen in een huurwoning vaker door riolering.

Deze resultaten komen grotendeels overeen met eerder onderzoek en bevestigen dat ervaren geurhinder samenhangt met diverse gezondheidsfactoren [6].

De bovenstaande bevindingen gelden natuurlijk niet voor iedereen, want individuele gevoeligheid en beleving verschilt van mens tot mens.

* Hierbij is gecorrigeerd voor de demografische factoren en de factoren van mentale en lichamelijke gezondheid.

** Hierbij is gecorrigeerd voor de demografische factoren en de factoren in de leefomgeving.

Stedelijkheid

Stedelijkheid is een belangrijke factor die samenhangt met ervaren geurhinder. Wanneer er wordt gekeken naar de bronnen van geurhinder, blijkt dat mensen in stedelijke gebieden vaker geurhinder door riolering/zuivering ervaren. Mensen in niet stedelijke gebieden ervaren daarentegen juist meer geurhinder door landbouw- en veeteeltactiviteiten.

In stedelijke gebieden wonen naar verhouding veel mensen met een lage SES. Ook wonen mensen in stedelijke gebieden vaker in een huurwoning dan een koopwoning. Maar los van deze factoren, zien we dat de mate van stedelijkheid zelf gerelateerd blijft aan ervaren geurhinder.

Koop- of huurwoning

Naast stedelijkheid, speelt ook het wonen in een koop- of huurwoning een belangrijke rol bij ervaren geurhinder. 

  • mensen in een koopwoning in (sterk) stedelijk gebied ervaren veel hinder door een vuurkorf, barbecue of terrashaard en door een open haard, allesbrander of andere houtkachel.
  • mensen in een koopwoning in weinig of niet stedelijk gebied ervaren ook vaak geurhinder door landbouw- en of veeteeltactiviteiten.
  • mensen die in een huurwoning wonen ervaren naar verhouding veel geurhinder door riolering of zuivering.

GGD advies aan gemeenten

Dit onderzoek laat zien dat veel inwoners uit de regio Oost geurhinder ervaren en dat geurhinder gerelateerd is aan verschillende gezondheidsfactoren. Het is daarom belangrijk dat gemeenten maatregelen nemen op het gebied van geurhinder om zo de kwaliteit van de leefomgeving en de gezondheid van inwoners te verbeteren.

Inwoners ervaren veel geurhinder van houtstook door vuurkorven en houtkachels en mogelijk zal geurhinder door houtkachels  toenemen i.v.m. de hoge gasprijzen. GGD'en pleiten voor verregaande reductie van houtrook, vanwege de gezondheids-effecten van fijnstof en geuroverlast [7]. De GGD'en adviseren om in ieder geval niet te stoken bij windstil of mistig weer. Gemeenten kunnen inwoners erop wijzen hiervoor de Stookwijzer te gebruiken. De Routewijzer Houtstook en Overlast geeft gemeenten praktische en juridische opties voor meer of minder ambitieus beleid op het gebied van houtstook. Maatregelen op het gebied van houtstook zullen niet alleen voor minder geurhinder zorgen, maar dragen ook direct bij aan een betere luchtkwaliteit.

Met ingang van de Omgevingswet gaat geurbeleid van de provincie naar gemeenten. Gemeenten moeten en kunnen dus aan de slag met geurbeleid. 

  • Gemeenten kunnen kiezen of ze provinciale normen overnemen of aangepaste normen vaststellen. Zo kunnen gemeenten bijvoorbeeld strengere grenswaarden voor geur van rioolwaterzuiveringsinstallaties opnemen [8];
  • Gemeenten kunnen extra geurgevoelige objecten opnemen in de planregels, zoals winkels, kantoren en andere bedrijven (want een aantal objecten worden onder de Omgevingswet niet meer als geurgevoelig aangemerkt);
  • Er is ook extra gemeentelijk beleid mogelijk via planregels om extra voorwaarden te stellen aan de cumulatie van geur.

De grootste gezondheidswinst kan worden behaald wanneer thema's rondom een gezonde leefomgeving integraal en in samenhang worden opgepakt, vanuit de Health in All Policies gedachte. Dat wil zeggen dat gezondheid mee wordt genomen in alle beleidsvelden, ook in het ruimtelijke domein.

In de Kernwaarden Gezonde Leefomgeving worden voor verschillende kernwaarden voor een gezonde leefomgeving een aantal principes met daarbij praktische voorbeelden van mogelijke maatregelen gegeven [9]. Ook in Stad als gezonde habitat worden handreikingen gedaan over hoe omgevingsbeleid niet alleen gebruikt kan worden voor de bescherming van gezondheid, het klassieke milieubeleid, maar ook op de bevordering hiervan. Zo kunnen gemeenten voor sommige aspecten (zoals geur), een decentrale omgevingswaarde in het omgevingsplan opnemen [10, 11].

De GGD adviseert gemeenten onder meer op het gebied van leefomgeving en het stimuleren van een gezonde leefstijl en denkt graag met gemeenten mee. Neem contact met ons op meer informatie.

Inspirerende voorbeelden

Houtrook

  • Wanneer de Omgevingswet in werking treedt, komt in de gemeente Amersfoort een stookverbod op hout wanneer de luchtkwaliteit matig of slecht is (Stookwijzer code rood of oranje).
  • In 2021 konden bewoners van Nijmegen-West een subsidie voor het weghalen of dichtmaken van hun schoorsteen, of het plaatsen van een filter. Ook in Utrecht was er in 2021 een subsidie beschikbaar voor het verwijderen van een rookkanaal of open haard, of om een oude houtkachel of open haard te vervangen voor een moderne (pellet)kachel.
  • Verschillende gemeenten zijn aangesloten bij Stookwijzer. Inwoners kunnen via Stookwijzer melding doen van rookoverlast. Deze melding wordt dan doorgestuurd naar de gemeente.
  • De stad Rotterdam liep in de zomer van 2022 de campagne 'Wat loop je nou te stoken?' om het bewustzijn over de uitstoot van houtverbranding te vergroten.
  • In de werkgroep 'Houtstook' van het Schone Lucht Akkoord worden ervaringen met maatregelen en gemeentelijk beleid uitgewisseld. Lees meer op: Houtstook van particuliere huishoudens.

Bedrijven/industrie

  • GGD Gelderland-Midden heeft in overleg met gemeente Renkum de steekproef van de Gezondheidsmonitor Volwassenen & Ouderen 2020 opgehoogd in twee gebieden rondom papierfabriek SK Parenco. Zo kon de ervaren geurhinder door SK Parenco goed in beeld worden gebracht. Dit heeft voor een keerpunt gezorgd in de discussie rondom de overlast. Bekijk het briefrapport.
  • Het is belangrijk om goed te communiceren met omwonenden. Denk bijvoorbeeld aan: een klankbordgroep, een goede klachtenregistratie en communicatie met omwonenden wanneer er activiteiten zijn waardoor er tijdelijk meer geur vrijkomt. 

Veehouderij

  • Het Nationaal Programma Landelijk Gebied heeft mede als doel om de natuur te herstellen en de stikstofproblematiek op te lossen. In dit programma is ook aandacht voor geurhinder van de landbouw. De aanpak van het stikstofdossier zal hopelijk ook leiden tot een gezondere leefomgeving (minder fijnstof, minder geuroverlast). Bekijk het Nationaal Programma Landelijk Gebied.

Onderzoek en respons

Data voor dit onderzoek is verkregen uit de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2020*. Deze Gezondheidsmonitor is het najaar van 2020 onder volwassenen (18- tot en met 64-jarigen) en ouderen (65-plussers) uitgevoerd.  De inwoners in de steekproef werden per brief uitgenodigd om de vragenlijst in te vullen. Naast landelijke vragen, zijn er ook enkele lokale vragen (o.a. over geurhinder) uitgevraagd. In totaal hebben 81.465 inwoners** uit de regio Oost de vragen over geurhinder ingevuld.  Zij zijn meegenomen in de analyses van dit onderzoek. Kenmerken van deze respondenten zijn hieronder weergegeven:

Onderzoeksopzet

Voor dit onderzoek is  gebruik gemaakt van een cross-sectioneel studie ontwerp. Dit betekent dat de onderzoeksresultaten geen inzicht geven in mogelijke oorzaak-gevolg relaties. Enkel de samenhang tussen verschillende factoren en ervaren geurhinder is onderzocht.

* Voor het analyseren van de trends is gebruik gemaakt van de data van de Gezondheidsmonitor VO 2016.

** GGD Twente heeft ervaren geurhinder alleen uitgevraagd onder volwassenen (18-64 jaar).

Colofon

Dit onderzoek is een samenwerkingsproject van GGD IJsselland, GGD Twente, GGD Gelderland-Midden, GGD Gelderland-Zuid en GGD Noord- en Oost-Gelderland.

Contact

GGD Gelderland-Midden

Onderzoek
E-mail: onderzoek@vggm.nl

Team Milieu en Gezondheid
E-mail: milieu-en-gezondheid@vggm.nl

Meer informatie, bezoek de onderstaande websites:

Bronnen

  1. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (2020). Gezondheid breed op de agenda: Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024. Geraadpleegd op 11-07-2022, van https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2020/02/29/gezondheid-breed-op-de-agenda
  2. Informatiepunt Leefomgeving (z.d.). De Omgevingswet Geraadpleegd op 24-01-2023, van https://iplo.nl/regelgeving/omgevingswet/
  3. Loketgezondleven.nl (z.d.). Leefomgeving. Geraadpleegd op 24-01-2023, vanhttps://www.loketgezondleven.nl/leefomgeving
  4. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) (2015). Geur en gezondheid. GGD-richtlijn medische milieukunde. Bilthoven: RIVM. RIVM Rapport 2015-0106. Geraadpleegd op 11-7-2022, van https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2015-0106.pdf
  5. Boluijt, P., van der Ploeg, M. & Groenewold, L. (2015). Gezonde leefomgeving in Noord- en Oost-Gelderland. Zutphen: GGD Noord- en Oost- Gelderland. Geraadpleegd op 11-7-2022, van www.kompas.ggdnog.nl
  6. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) (2020). Ernstige hinder en slaapverstoring in Nederland - Onderzoek Beleving Woonomgeving. Geraadpleegd op 5-12-2022 van Ernstige hinder en slaapverstoring in Nederland - Onderzoek Beleving Woonomgeving (OBW) 2020. (rivm.nl)
  7. GGD GHOR Nederland (z.d.). Houtrook. Geraadpleegd op 4-11-2022, van  https://ggdghor.nl/thema/houtrook/
  8. Informatiepunt Leefomgeving (z.d.). Geur van rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi's). Geraadpleegd op 24-11-2022, van https://iplo.nl/thema/geur/geurregels-rwzi/
  9. GGD GHOR Nederland (2021). Kernwaarden Gezonde Leefomgeving. Geraadpleegd op 21-9-2022, van https://www.gezondeleefomgeving.nl/instrumenten/kernwaarden-gezonde-leefomgeving
  10. Raad voor leefomgeving en infrastructuur (2018). De stad als gezonde habitat. Geraadpleegd op 12-8-2022, van https://www.rli.nl/sites/default/files/de_stad_als_gezonde_habitat_def.pdf
  11. Informatiepunt Leefomgeving (z.d.). Omgevingswaarde geur. Geraadpleegd op 12-8-2022. van https://iplo.nl/thema/geur/omgevingswaarde/
     

Datum van publicatie: maart 2023

Je kan onderaan deze pagina de rapportage geurhinder als pdf-bestand via de mail aanvragen. Deze is niet volledig toegankelijk. Voorleessoftware kan dit document niet goed voorlezen. Bovenstaande tekst is wel geschikt voor voorleessoftware.

Rapportages in je mailbox?

Vul hieronder je gegevens in, vink aan welke pdf's je graag wilt ontvangen en je krijgt ze gelijk in je mailbox.

Velden gemarkeerd met een sterretje ( * ) zijn verplicht

Welke Pdf’s wil je toegestuurd krijgen? *