Opa, dochter en kleinzoon strijden samen tegen het coronavirus

Opa, dochter en kleinzoon strijden samen tegen het coronavirus
Translate
×

Translate

Use Google to translate this website. We take no responsibility for the accuracy of the translation.
18-05-2021

3 generaties uit 1 familie die GGD Gelderland-Midden en GGD Noord- en Oost Gelderland helpen om het coronavirus onder controle te krijgen: dat is bijzonder! Maar zeg dit niet tegen Jelmer Landman (75), zijn dochter Saskia (51) en kleinzoon Tycho (22). Voor hen is het heel normaal dat zij in crisistijd paraat staan.   

Op een zonnige zondagmiddag ontmoeten we Jelmer, Saskia en Tycho in de Hamalandhal in Lichtenvoorde, één van de priklocaties van GGD Noord- en Oost Gelderland (GGD NOG). Terwijl Nederlanders buiten massaal genieten van het eerste voorjaarsweer, hebben Jelmer en Saskia de voorbije 6 uur Achterhoekers gevaccineerd in de sporthal. Saskia’s zoon Tycho heeft ook niet stilgezeten. De jongste GGD-beleidsadviseur van Nederland werkt bij GGD Gelderland-Midden. Speciaal voor dit interview reist hij op en neer uit Amsterdam, zijn woonplaats.

Hart voor de zorg

Genieten van een rustdag? Niet zolang er een pandemie bezworen moet worden! Tijdens het gesprek spat de d’ran-mentaliteit van het trio af. Of zoals Tycho treffend zegt: “Wij zijn aanpakkers met hart voor de zorg. Ook mijn zusje Manou helpt mee in deze crisis. En in onze familie zitten nog 2 fysiotherapeuten en studenten verpleegkunde. Zorg en mens staan bij ons centraal. We vinden het belangrijk om naar anderen om te kijken. Dat wordt er met de paplepel ingegoten.”

De eerste die dat deed, was zijn opa. “Ik heb altijd aan huis een huisartsenpraktijk gehad”, zegt Jelmer. “In 1971 ben ik daarmee begonnen in Harmelen, een dorpje tussen Utrecht en Woerden. Er bestond nog geen Vinex-wijk Leidsche Rijn. Voor de boeren en tomatenkwekers was je de enige medisch specialist. Je stond 24 uur per dag klaar voor je dorpsgenoten.”

Niet alleen Jelmer trouwens, maar de gehele familie. Saskia: “Als jonge puber nam ik de telefoon op om afspraken te maken. Mijn vader had een praktijk en apotheek waarin je echt meedraaide.” Ook Tycho huppelde al vlot rond in zijn opa’s praktijk, die in 2000 verkaste naar de Noordoostpolder en daar tot zijn 63ste huisarts was: Tycho: “Met een jaartje of zeven. Dan weet je vroeg wat een eendenbekkie is. Dat ik Geneeskunde studeer, is geen toeval.”

Van BCO’er tot beleidsadviseur

Tycho begon als eerste van de drie in deze coronacrisis bij de GGD. Met dank aan zijn moeder. “Mama is onze verbindende schakel”, zegt hij. “Dankzij haar ben ik vorig jaar juni gestart als BCO’er. Zij is jeugdarts bij Yunio. Toen haar organisatie extern jeugdartsen en - verpleegkundigen zocht voor GGD NOG, zei ze: ‘Ik ken een leuke jongen die kan bijdragen.’ Ik was net twee weekjes bezig toen we gigantisch moesten opschalen.”

Een klein jaar verder heeft Tycho het geschopt tot beleidsadviseur bij GGD Gelderland-Midden. “Bij GGD NOG heb ik vanaf augustus met veel plezier het BCO begeleid, maar op een gegeven moment ontbrak de uitdaging. Ik ben in december getipt om te solliciteren als beleidsadviseur in Gelderland-Midden. Sinds begin van dit jaar ben ik adviseur én vaccineer ik 1 dag per week op een priklocatie.”

Dat laatste doet Tycho niet voor niets. “Ik vertaal de landelijke richtlijn voor het vaccineren naar de uitvoering in onze regio. Om dat goed te doen, moet je de connectie zoeken met de werkvloer. Ik vind het cruciaal om te horen en zelf te ervaren wat er gebeurt op onze priklocaties.” Een opmerking die direct de goedkeuring krijgt van zijn opa: “Goed zo, jongen, ken de werkvloer!”

Snakken naar meer prikken

Zelf maakt Jelmer die werkvloer sinds februari mee. Ook hij is via Saskia GGD NOG gaan helpen. Op zijn beurt heeft Tycho er bij zijn moeder op aangedrongen om te gaan prikken. Saskia: “Tycho zei: ‘Bij het vaccineren is jouw hulp nodig, mam, ga solliciteren.’ Maar echte druk hoefde hij er niet op te zetten. Ik wilde sowieso mijn steentje bijdragen. Tegen de mevrouw van het uitzendbureau zei ik dat mijn vader ook graag wilde helpen.”

Vader en dochter dragen nu allebei bij aan de vaccinatiecampagne van GGD NOG. Voor Jelmer voelt het als vanouds. “Omgaan met mensen, dat verleer je als huisarts nooit”, zegt hij. “Ik ben prikker en vaccinvoorbereider. Als apotheekhouder ben ik gewend om met medicijnen om te gaan. Ik woon in Haaksbergen en rijd in 20 minuten naar de priklocaties in Lichtenvoorde en Borculo. In het prille stadium ging nog niet alles vlekkeloos, maar kijk nu eens om je heen: er is door de GGD wel wat neergezet.”

Dat onderschrijft arts Saskia van harte. Net als haar vader, zoon en alle GGD’ers snakt ze naar een hoger vaccinatietempo. “We willen maar 1 ding: prikken, prikken en nog eens prikken. Of het met AstraZeneca of Janssen is, maakt ons niks uit. Wij zijn toe aan zo snel mogelijk en zoveel mogelijk prikken. Voor mijn part blijven we open tot middernacht.”

Saamhorigheid

Jelmer prikt zonder bezwaar al 14 dagen achtereen dagelijks 6 uur. “Als huisarts draaide ik 80 uur in de week. Van die paar uurtjes hier val ik niet om. Het is juist ontzettend motiverend. Gevaccineerde mensen zijn heel enthousiast. En de sfeer op de priklocaties is leuk. Vergis je niet: dat is verdomd belangrijk.”

Want hoewel de familie soms even moppert over de Nederlandse vaccinatiestrategie, zijn ze vastberaden om deze ongekende crisis te tackelen. Saskia: “Alleen het hogere doel telt: iedereen die dat wil snel vaccineren. Daarvoor zijn we hier. Er heerst enorme saamhorigheid om deze klus te klaren.”

Dat herkent Tycho ook vanuit Gelderland-Midden. “We zetten liever vandaag dan morgen 1.000 extra prikken, als we die hebben. Ik heb op verschillende locaties geprikt en de sfeer is overal geweldig. Bij de start van zo’n dienst ken ik niemand en ik sluit de dag af met 10 nieuwe vrienden. Inwoners beschermen tegen het coronavirus, schept een band.”

Wat hem betreft focussen we ons eerst op de crisisbestrijding. Een evaluatie komt daarna wel. “Duidelijk is dat we een volgende pandemie heel anders te lijf moeten gaan. Mijn ambitie is om vorm te geven aan fundamentele veranderingen die nodig zijn aan de bestuurlijke kant van de zorg”, kijkt Tycho alvast vooruit. Opa Jelmer besluit subtiel: “Je hebt wel eens het idee dat er enige verbeterpunten zijn.”