Iedereen met (milde) klachten die passen bij het coronavirus kan zich laten testen. Zo controleren we de verspreiding van het virus en beschermen we elkaar. Op deze pagina lees je wanneer je een coronatest kunt laten doen en hoe je een afspraak maakt.
Je mag ook een zelftest doen. Is de uitslag van de zelftest positief, dan betekent dit dat je waarschijnlijk corona hebt. Maak direct een afspraak voor een nieuwe test bij de GGD. Op deze pagina lees je meer over zelftesten.
Op de pagina situatie in de regio geven wij een overzicht van actuele cijfers in de regio Noord- en Oost-Gelderland. Bijvoorbeeld het aantal bevestigde besmettingen per gemeente én een toelichting daarop, het aantal ziekenhuisopnamen en sterftegevallen in de laatste twee weken én informatie uit de teststraten. De cijfers in deze situatieschets worden – indien beschikbaar – iedere dinsdag ververst.
De Rijksoverheid heeft een landelijk dashboard gemaakt. Dit is nog in ontwikkeling en kun je bekijken op www.coronadashboard.rijksoverheid.nl. Hierop vind je ook regionale cijfers.
Op deze websites vind je meer informatie:
Heb je na het lezen van deze informatie nog vragen? Neem dan contact op met het publieksnummer via 0800 - 1351 (7 dagen per week 8.00-20.00 uur).
De belangrijkste maatregelen die je kunt nemen om verspreiding van het coronavirus te voorkomen, zijn heel simpel. Deze maatregelen gelden voor alle virussen die griep en verkoudheid kunnen veroorzaken. Het is dus altijd belangrijk om deze op te volgen. Het zijn:
Het coronavirus houdt iedereen in z’n greep. Er leven talloze vragen als:
Ashis Brahma, arts Infectieziekten bij onze GGD, schuift regelmatig aan bij Omroep Gelderland om vragen te beantwoorden van kijkers. Deze vragen en antwoorden zijn nu verzameld en terug te vinden op de website corona.gld.nl, die door beide partijen in het leven is geroepen.
Bepaalde groepen professionals kunnen op verzoek via hun bedrijfsarts, instellingsarts of huisarts getest worden op het coronavirus. Het doel is dat de zorgcontinuïteit niet in het geding komt en dat de mensen die zo hard nodig zijn kunnen (blijven) werken. Meer informatie
Als een gezins- of familielid ernstig ziek wordt door het coronavirus en vervolgens onverwacht en snel overlijdt, is dit een dramatische gebeurtenis voor de nabestaanden. Voor iedereen die iemand kent die een dierbare heeft verloren door het coronavirus en behoefte heeft aan wat handvatten, hier een overzicht van wat je juist wel of beter niet kunt doen.
De impact van de uitbraak van het virus en van de getroffen maatregelen is groot. Dit treft niet alleen de COVID-19 patiënten en hun naasten, maar de hele bevolking. Daarom monitort GGD Noord- en Oost-Gelderland juist nu de gezondheid en het welzijn van de bevolking.
Lees hier meer over het onderzoek dat de GGD doet in coronatijd
Indien u geen afspraak heeft, kunt u niet in de teststraat terecht.
Heb je geen klachten, dan is een test bij de GGD niet zinvol. Bij de GGD testen is alleen zinvol voor mensen met coronagerelateerde klachten. Daarbij horende symptomen zijn koorts en luchtwegklachten zoals neusverkoudheid, loopneus, niezen, keelpijn, hoesten, kortademigheid en longontsteking. Met een zelftest kun je testen om te zien of je het virus hebt, ook als je geen klachten hebt. Is de zelftest positief? Doe dan een bevestigingstest bij de GGD.
De PCR-test toont alleen aan of je op dat moment besmet bent met het coronavirus of niet. Deze test laat niet zien of je corona gehad hebt en of je antistoffen hebt opgebouwd.
Het heeft de voorkeur dat je met een auto komt. Dit in verband met het infectierisico naar anderen. Je kan eventueel je huisgenoot of partner vragen om met jou door de teststraat te rijden. Ook zou je van je huisgenoot of partner een auto kunnen lenen. Als dit niet mogelijk is, kan je ook met de fiets door de teststraat komen. Dit moet wel vooraf aan ons gemeld worden.
Fijn dat je je weer beter voelt. Als je 24 uur klachtenvrij bent is testen niet zinvol. Je kunt via zorgmedewerkers@ggdnog.nl je geplande afspraak afzeggen. Graag onder vermelding van: naam, geboortedatum en naam van de aanvragend arts.
Het lab waar de uitslagen worden verwerkt werken in de weekenden door. De uitslag van de test wordt getoond in CoronIT. Overleg met je aanvragend arts of je hier ook in het weekend over geïnformeerd wordt.
De uitslag wordt alleen telefonisch aan je doorgegeven. Je krijgt geen schriftelijke verklaring. Er wordt gewerkt aan een oplossing, maar dat laat nog even op zich wachten.
Nee. Deze test toont alleen aan of je op dit moment COVID-19 hebt. Er wordt op dit moment landelijk onderzoek gedaan naar een bloedtest, waarmee je test of iemand COVID-19 heeft doorgemaakt (antistoffentest). Deze test is nog niet beschikbaar. Houd de website van het RIVM in de gaten voor meer informatie.
Ja dat kan. Bekijk hier alle informatie over het testen van kinderen.
Je ontvangt zo snel mogelijk de testuitslag. Meestal binnen 48 uur. De uitslag ontvang je telefonisch of kun je opvragen via het burgerportaal met gebruik van DIGID. Let op: de 48 uur gaat in op het einde van de dag waarop je getest bent. Als je op maandagochtend getest bent kun je dus op woensdagmiddag nog een telefoontje of mailtje verwachten. Let op! Het kan zijn dat de e-mail in je map met ongewenste mail zit. Kijk daarom voor de zekerheid in je map met ongewenste mail. De GGD kan je ook bellen om je testuitslag door te geven. Hou dus je e-mail en telefoon goed in de gaten. Als je op maandagochtend getest bent en je hebt donderdagochtend nog geen uitslag dan kun je, op werkdagen tussen 08.30 en 17.00 uur, met de GGD bellen (088 - 443 33 55). In het weekend zijn we bereikbaar tussen 08.45 en 17.00 uur.
De uitslag krijg je telefonisch of via een e-mail waarin staat dat de uitslag klaarstaat op de coronatest website. Als de uitslag positief is word je altijd gebeld door de GGD zodat we meteen kunnen starten met bron- en contactonderzoek.
Wil je weten hoe we omgaan met je privacy bij het testen? Op deze site staat precies aangegeven welke persoonsgegevens we van je verzamelen, met wie we jouw gegevens delen, wat de grondslag is en hoe lang we de gegevens bewaren. Bij klachten over je privacy kan je contact opnemen met fg@ggdnog.nl.
De test bij de GGD is gratis. De overheid vergoedt de kosten van het afnemen van de test door de GGD en van de laboratoriumkosten.
Volgens de richtlijn moeten scholen bij veel zieken in een groep een melding doen bij de GGD. Wanneer u 3 of meer leerlingen of leerkrachten in een groep heeft die klachten hebben die kunnen wijzen op COVID-19 kunt u contact opnemen met de GGD: 088 - 443 33 55.
Ook voor andere vragen over COVID-19 kunt u contact opnemen met dit telefoonnummer. Uw vaste team van de jeugdgezondheidszorg is uiteraard ook altijd bereikbaar voor vragen.
Wanneer er een positieve besmetting is vastgesteld bij een leerling of werknemer van uw school neemt de GGD altijd contact met u op.
Veel langdurig en frequent verkouden kinderen gaan of mogen niet naar de kinderopvang of naar de basisschool. Dat is begrijpelijk maar niet terecht en niet nodig. Kinderen zijn heel vaak verkouden, zelden door dit coronavirus. Het wordt ook steeds duidelijker dat kinderen een te verwaarlozen rol spelen in de overdracht van het virus. Op de site van het RIVM staat meer informatie.
Ga naar deze pagina voor actuele informatie over het testen van kinderen.
Verklaring
Zowel de huisarts als de GGD als de JGZ kan geen verklaring afgeven dat een kind geen corona heeft.
Testen
Lees hier meer over het testen bij de GGD en het testen van kinderen.
Contact met jeugdgezondheidszorg, huisarts of GGD NOG
Neem telefonisch contact op met de jeugdarts of de huisarts als je er als ouders en school samen niet uitkomt of als er ook nog andere vragen zijn. Scholen kunnen ook contact opnemen met de jeugdarts die verbonden is aan de school.
Nee. In de testfaciliteiten test de GGD alleen mensen die klachten hebben en willen weten of ze op dat moment besmet zijn met het coronavirus. Dit doen de GGD’en om de verspreiding van het virus te voorkomen en dus in het belang van de publieke gezondheid. De GGD’en testen niet om bijvoorbeeld ervoor te zorgen dat mensen op vakantie kunnen.
Waar moet ik dan naar toe als ik een COVID-vrij verklaring wil hebben?
Er zijn verschillende organisaties waar je terecht kunt wanneer je getest wilt worden zonder klachten en/of die een non-COVID-19 verklaring afgeven. Hier zijn wel kosten aan verbonden. Deze organisaties zijn via internet goed te vinden wanneer je zoekt op ‘COVID19-vrij verklaring’ of ‘non-COVID verklaring’.
Om te bepalen of een kind na terugkomst van vakantie uit oranje gebied toegelaten kan worden op de kinderopvang of school, heeft de AJN samen met BOiNK een beslisboom opgesteld.
Kijk op de website van BOiNK voor meest up-to-date versie van de beslisboom.
De GGD test alleen bij hoge uitzondering mensen thuis. Bekijk dit schema of je in aanmerking komt om thuis getest te worden.
Lees hier meer over wanneer je wel en niet opnieuw moet testen.
Je bent beschermd tegen corona als:
Ben je beschermd tegen corona? Dan hoef je niet in quarantaine als je een huisgenoot of nauw contact bent van een besmet persoon. Wel is het belangrijk om je gezondheid goed in de gaten te houden. Krijg je klachten die passen bij het coronavirus? Laat je dan altijd testen en gebruik alleen bij milde klachten een zelftest. Een test bij de GGD is in alle gevallen gratis.
De GGD houdt zich uitsluitend bezig met risicogericht testen. Dit betekent dat wij alleen mensen testen die coronagerelateerde klachten hebben. Wij testen niet voor reizen. Kijk op www.wijsopreis.nl of je een test nodig hebt voor jouw reisbestemming.
Op het Steunpunt Coronazorgen vind je tips, hulp en informatie over hoe je met je gevoelens en zorgen om kan gaan in de coronacrisis. De website wordt steeds aangevuld met nieuwe informatie. Het Steunpunt is opgericht door ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum en het RIVM. Lees meer over het Steunpunt Coronazorgen.
Zeker. Het kan zijn dat je voor jezelf, vrienden of familie vragen hebt over corona en vaccineren. Of misschien heb je vragen over bijwerkingen of de mogelijke gevolgen van het virus. In alle gevallen kan het fijn zijn om te praten met een onafhankelijke zorgprofessional om je goed te laten informeren.
Op VragenOverCorona.nl kun je terecht met al je algemene vragen over corona en de coronavaccins. Je kunt met hen bellen op 0800 - 7707707 (maandag t/m zondag, tussen 08.00 en 20.00 uur) voor vrijblijvend advies. Dit advies is gratis en er worden ook geen kosten in rekening gebracht voor telefoon- of chatgesprekken.
Voor medisch advies als je ziek bent of medicijnen gebruikt, moet je echt een gesprek voeren met je eigen behandelend arts.
Locatie teststraat Apeldoorn: Vlijtseweg 106
Met of zonder afspraak
Je kan tot 12.00 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
Locatie teststraat Doetinchem: Havenstraat 138
Met of zonder afspraak
Je kan tot 12.00 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
Locatie teststraat Groenlo: Beltrumseweg 3B
Met of zonder afspraak
Je kan tot 12.00 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
Locatie teststraat Harderwijk: Zuiderbreedte 8
Met of zonder afspraak
Je kan tot 12.00 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
Locatie teststraat Heerde: Zwolseweg 80A
Let op: Door de afnemende testvraag sluit deze teststraat vanaf maandag 6 juni
Met of zonder afspraak
Je kan tot 15.30 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
Locatie teststraat Zutphen: De Stoven 22
Let op: Door de afnemende testvraag sluit deze teststraat vanaf maandag 6 juni
Met of zonder afspraak
Je kan tot 15.30 uur zonder afspraak komen voor een test. Liever op afspraak? Bel het landelijk testafspraken nummer 0800 - 1202. Of ga naar www.coronatest.nl.
De GHOR van de Veiligheidsregio NOG en de GGD overleggen met de zorginstellingen in de zogenoemde Taskforce zorgcontinuïteit. Hier wordt ook besproken hoe de GGD de zorginstellingen kan faciliteren bij het testen van zorgpersoneel. Daarnaast informeren de zorginstellingen de GGD over testmogelijkheden die ze zelf realiseren of regelen.
De VVT-sector kan zelf haar kosten declareren bij het Ministerie van VWS.
Zorgorganisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het testen van hun cliënten. Dit kunnen zij beleggen binnen de eigen organisatie of bij de verantwoordelijke instellingsarts, bedrijfsarts of (huis)arts. Alleen bij hoge uitzondering kan de GGD voor een enkele cliënt een thuis-bemonsterteam sturen als de eigen (huis)arts niet in de gelegenheid is. Bekijk dit schema om te zien of het mogelijk is om een cliënt thuis te laten testen.
Het beleid is alleen testen bij klachten. Testen zonder klachten doet de GGD niet.
Dat is niet op korte termijn te verwachten vanwege (nog) onvoldoende stabiliteit van CoronIT.
Indien de coronatest positief is, blijft je met klachten thuis in isolatie tot ten minste 24 uur symptoomvrij EN 48 uur koortsvrij vanaf minimaal 5 dagen na start symptomen tot maximaal 10 dagen na start van symptomen. Zolang de respiratoire klachten aanhouden draag je – ook na de isolatieperiode – een type II mondneusmasker tijdens contact met cliënten/bewoners en collega’s.
Zorgmedewerkers met slechts milde luchtwegklachten mogen, als de werkgever dit noodzakelijk acht voor de continuïteit van de zorg en men niet met kwetsbare patiënten te maken heeft,onder bepaalde voorwaarden hun isolatie onderbreken om te komen werken. De zorgmedewerker werkt in dat geval met een chirurgisch mondneusmasker ten minste type IIR gedurende de hele dienst zolang als de klachten aanhouden en tot minimaal dag 5 na de start van de symptomen.
Medewerkers kunnen terecht bij de teststraten van de GGD. De GGD financiert geen teststraten van derden.
Het reguleren en toezicht houden op het (commercieel) testen ligt bij andere partijen zoals de IGJ (Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd). Zo heeft het IGJ een standpunt over sneltesten. Van belang is het volgen van de RIVM-richtlijnen en het RIVM-protocol. Dat laatste is op dit moment nog niet beschikbaar. De WPG (Wet Publieke Gezondheid) geeft duidelijkheid over de meldingsplicht en het RIVM adviseert over het accorderen van de (snel)testen.
Op advies van het RIVM heeft het Ministerie van VWS de PCR-test en een aantal sneltesten geaccordeerd.
De GGD heeft daarin geen rol. De capaciteit van het laboratorium moet u zelf regelen.
COVID-19 is een meldingsplichtige ziekte.
De positief geteste cliënt wordt door de GGD voor een bron- en contactonderzoek benaderd nadat de arts of het laboratorium de positieve melding bij de GGD gedaan heeft.
Op de site van de GGD staat een overzicht van alle GGD-testlocaties. Op deze locaties wordt door de GGD een standaard PCR-test afgenomen. Andere testlocaties zijn niet verbonden aan de GGD.
Maak je gebruik van een commerciële aanbieder, stel dan de volgende vragen:
Het RIVM doet samen met de GGD onderzoek naar de betrouwbaarheid van sneltesten. Een klein aantal sneltesten is gevalideerd. Hiervan is voldoende vastgesteld dat ze een betrouwbaar testresultaat geven. Dit betekent dat bij een positieve uitslag van deze testen geen aanvullende PCR-test nodig is. Het gaat om deze vijf sneltesten:
Sneltesten hebben in vergelijking met de PCR-test iets vaker fout-negatieve uitslagen. Het kan dus zijn dat je ondanks een negatief resultaat bij de sneltest wel besmet bent met het coronavirus. Dit komt doordat een sneltest een beginnende infectie minder goed detecteert dan de PCR-test. Het is daarom belangrijk dat je alleen een test doet als je klachten hebt.
Is de uitslag negatief, maar ben je in quarantaine, omdat je onderdeel bent van een bron- en contactonderzoek? Dan blijf je in quarantaine tot de afgesproken datum en volg je de regels van de GGD.
Is de uitslag van de sneltest negatief en
Dan adviseren we je om bij klachten ook een PCR-test te doen op een GGD-testlocatie. Je kunt een afspraak maken via 0800-1202 of coronatest.nl. Blijf bij aanhoudende klachten thuis tot de uitslag van de PCR-test en houd je aan de voorschriften van het RIVM.
Heb je een niet-gevalideerde sneltest gedaan en is de uitslag positief? We adviseren je om ook een PCR-test te doen op een GGD-testlocatie. Je kunt een afspraak maken via 0800-1202 of coronatest.nl. Blijf tot de uitslag van de PCR-test thuis en houd je aan de voorschriften van het RIVM.
Heb je een gevalideerde sneltest gedaan en is de uitslag positief? Dan hoef je geen aanvullende PCR-test te doen. De gevalideerde sneltesten zijn betrouwbaar genoeg bij een positieve uitslag. Je gaat direct in isolatie en volgt de richtlijnen van het RIVM.
COVID-19 is een meldingsplichtige ziekte. Dit betekent dat de testaanbieder of de aanvragend arts de positieve uitslagen moet doorgeven aan de GGD. Wij kunnen dan de testresultaten beoordelen en het bron- en contactonderzoek uitvoeren.
Alle aanbieders van sneltesten zijn verplicht om testuitslagen en (contact)gegevens van de geteste persoon aan ons door te geven. Helaas gebeurt dit niet altijd goed. Heb je een positieve testuitslag, vraag dan altijd aan de aanbieder of hij dit doorgeeft aan de GGD.
Alleen als je getest bent met een gevalideerde sneltest en de aanbieder van de test de uitslag aan ons meldt, nemen wij contact met je op. Vraag daarom altijd aan de aanbieder van de test om welke test het gaat!
Als je ouder wordt heb je meestal wat minder eten nodig. Bekijk in de ‘Schijf van Vijf voor jou’ hoeveel je kunt eten.
Houd je niet van melk? Probeer dan yoghurt, karnemelk, magere kwark of 30+ kaas.
Drink water of thee of koffie (zonder suiker) in plaats van frisdrank en sap.
Zorg voor een gezond ontbijt, lunch en diner. Tussendoortjes zijn niet noodzakelijk.
Bij de warme maaltijd krijg je meestal voldoende eiwit binnen. Let er bij het ontbijt en de lunch op dat je producten met eiwit gebruikt. Denk bijvoorbeeld aan een bakje kwark of yoghurt bij het ontbijt en kaas op brood.
Kijk op deze website wat jouw huisarts voor je kan doen. Ook kun je terecht bij Tactus (regio Noord-Veluwe en Midden-IJssel/ Oost-Veluwe) of IrisZorg (regio Achterhoek) voor persoonlijke begeleiding (online of face-to-face). Kijk op www.tactus.nl of www.iriszorg.nl voor meer informatie.
Bijvoorbeeld van Mirro of op www.minderdrinken.nl (zij bieden ook (anonieme) online cursussen aan).
IkPas is een jaarlijkse actie in januari, waarbij deelnemers 30 dagen lang hun alcoholgebruik ‘op pauze zetten’. IkPas is een campagne die werkt. De meeste deelnemers aan IkPas houden het namelijk de gehele actieperiode vol, en velen drinken ook daarna nog steeds minder alcohol. Het is nu ook mogelijk om zelf te bepalen wanneer en hoe lang je jouw alcoholgebruik op pauze zet. Je kunt alleen of met een groepje je eigen IkPas challenge maken. Interesse? Kijk op www.ikpas.nl.
Bijvoorbeeld door mee te doen met het programma ‘Nederland in Beweging’ op NPO 2.
In Nederland zijn er veel mogelijkheden om te bewegen. Je kunt bijvoorbeeld denken aan Nordic walking, fietsen, gymnastiek, dansen, enzovoort. In de gemeentegids staat informatie over wat er in uw buurt te doen is. Fitnesscentra en zwembaden hebben vaak speciale uren en prijzen voor ouderen.
Heb je geen zin om alleen te bewegen? Samen bewegen is leuker! Er is vast een leeftijdsgenoot bij jouw in de buurt die met je mee wil. Kijk op beweegmaatje of hang een briefje op in de supermarkt of het buurthuis.
Moet je veel verdiepingen omhoog of omlaag? Loop een deel met de trap en neem daarna de lift.
Door iedere dag te gaan hoef je minder met boodschappen te sjouwen. Je komt zo ongemerkt aan heel wat beweging.
Een ommetje maken kan makkelijk tussendoor. Gebruik bijvoorbeeld de Ommetjes-app van de Hersenstichting.
Of parkeer je auto wat verder weg en loop het laatste stuk. Zo heb je op een makkelijke manier toch wat extra beweging.
Ook als je ouder wordt blijft daglicht belangrijk voor je lichaam en geest.
Het is nooit te laat om met bewegen beginnen. Bewegen is goed, meer bewegen is beter!
Zorg dat je producten in huis hebt die zorgen voor verkoeling. Bijvoorbeeld een ventilator of voetenbad (teiltje) en luchtige kleding van katoen of linnen.
Zorg dat je altijd een flesje water bij de hand hebt, zeker als je naar buiten gaat of met de auto op pad gaat. Drink ongeveer een glas water per uur, ook als je geen dorst hebt. Lees op deze pagina meer over voldoende drinken.
Maak gebruik van de koelere ochtend en avond voor je boodschappen of wandeling. Neem een (voeten)bad of douche. Zoek verkoeling onder een boom of bij water en slaap niet onder een te warme deken. En vermijd de zon.
Zorg voor extra frisse lucht door het openen van ramen en/of deuren op tijdstippen dat het buiten koeler is, zoals ’s ochtends, ‘s avonds, en ‘s nachts.
Let bij warm weer extra op mensen in je omgeving die jouw hulp kunnen gebruiken.
Door voldoende te bewegen blijf je zo lang mogelijk mobiel. Bewegen kan buiten, maar ook in huis Bekijk hier meer informatie over bewegen.
Hulpmiddelen zoals een elektrische fiets, scootmobiel of rollator kunnen enorm veel bewegingsruimte geven. Zie hiervoor ook tips op de website van www.blijfveiligmobiel.nl. Als autorijden niet meer lukt, maak dan gebruik van openbaar vervoer, een scootmobiel of de (regio)taxi.
Benader een wijkbeheerder of wijkmanager van de Gemeente voor een extra bankje of andere aanpassing in jouw buurt zodat je erop uit kunt.
Ouderen die last hebben van een mondaandoening, hebben vaak moeite met eten. Dit kan leiden tot tekorten en ondervoeding. Door goed voor je mond te zorgen, heb je minder kans op problemen met kauwen, slikken en eten.
Tandbederf, ontstoken tandvlees en slijmvliesinfecties kunnen erg pijnlijk zijn. Dit geldt ook voor blaren of drukplekken door een slecht passende kunstgebit. Dit voorkom je door je gebit goed te verzorgen en regelmatig naar de tandarts te gaan.
Een kwart van alle 70-plussers heeft last van een onfrisse adem, vaak veroorzaakt door bacteriën in de mond. Dit kan storend zijn in relaties.
Meervoudig medicijngebruik vermindert vaak de hoeveelheid speeksel (droge mond) en kan aanleiding zijn voor een schimmelinfectie.
Slechte mondhygiëne kan diverse problemen in de mond veroorzaken. Maar ziekten in de mond kunnen ook samenhangen met aandoeningen, zoals diabetes mellitus, hart- en vaatziekten en longontsteking. Ook daarom is regelmatige controle van belang.
Kijk op deze website om te zien wat voor hulp jouw huisarts kan geven bij het stoppen met roken.
Kijk op www.ikstopnu.nl voor informatie en al het aanbod (zowel individuele stoppen-met-roken begeleiding als groepstraining) bij jou in de buurt.
Op werkdagen van 9:00-17:00 uur op telefoonnummer 0800-1995, voor al je vragen over stoppen met roken.
Elk jaar in oktober is ‘Stoptober’, een landelijk initiatief waarin Stoppen met roken centraal staat. Er zijn dan diverse (gratis) mogelijkheden om te stoppen met roken. Kijk op www.stoptober.nl.
Kracht- en balansoefeningen zijn belangrijk om vallen te voorkomen. Je kunt een specifieke valtraining volgen of een andere activiteit die gericht is op kracht en balans, zoals (senioren)fitness of Tai Chi. Bekijk hier meer informatie over bewegen.
Pas gevaarlijke en onveilige situaties in huis aan. Zorg bijvoorbeeld voor voldoende loopruimte tussen je meubels. Berg losliggende spullen, kabels of vloerkleedjes op. En plaats bijvoorbeeld steunen en antislipmatten bij het sanitair. Bekijk hier meer informatie over wonen.
Zorg dat je schoenen stevig zijn, goed passen en geen hoge hak hebben. Draag je in huis liever pantoffels? Zorg dat de pantoffels goed om je voeten heen zitten en een stevige zool hebben.
Goed kunnen zien is belangrijk voor een goede balans. Laat elk jaar je ogen meten bij een optometrist of oogarts.
Vitamine D is onmisbaar voor het ouder wordende lichaam. Het helpt om je botten sterk te houden. Het heeft ook een gunstig effect op je spieren. Daardoor wordt de kans op vallen minder. Bekijk hier meer informatie over vitamine D.
In vrijwel elke gemeente worden valpreventie-trainingen of andere activiteiten gegeven om een val te voorkomen. Informeer bij je huisarts, ergotherapeut, fysiotherapeut, ouderenadviseur, wijkverpleegkundige of welzijnsorganisatie. Of zoek zelf op internet. Kijk daarvoor op het kaartje op deze website voor aanbieders van valpreventie programma’s in jouw regio.
Dit zijn ongeveer 10 kopjes/glazen. Het advies is om vooral thee, koffie, water of melk te drinken. In regio Noord- en Oost-Gelderland drinkt 81% van de 65-plussers minstens 1,5 liter vocht per dag.
Neem regelmatig een slok, ook als je geen dorst hebt.
Plas je duidelijk minder dan je normaal doet? Of is je urine donkergeel? Dan is het goed om extra te drinken. Eet ook groenten en fruit, want daarin zit ook veel water.
Bij koorts is het belangrijk om extra veel te drinken. Drink dan zo’n 2 tot 3 liter per dag.
Alcohol onttrekt juist vocht aan je lichaam. Drink je toch alcohol? Neem dan extra water ernaast. Lees hier meer over alcohol.
Zorg dat je altijd een flesje water bij de hand hebt, zeker als je naar buiten gaat of met de auto op pad gaat. Drink als het erg warm is ongeveer een glas water per uur, ook als je geen dorst hebt. Lees hier meer over wat je kunt doen bij hitte.
Doe de Huistest en ontdek de verbeterpunten van je huis. Je krijgt tips en handige oplossingen om je woning veiliger en comfortabeler te maken.
Benieuwd wat je aan je huis kunt doen om er zo lang mogelijk te kunnen wonen? Bekijk hier voorbeelden van aanpassingen om je huis veiliger te maken.
Informeer eens bij de gemeente waar je woont naar informatie of aanbod rondom langer thuis blijven wonen. Veel gemeenten hebben een woonadviseur.
De planning van de vaccinaties tegen het coronavirus is afhankelijk van veel factoren. Bijvoorbeeld de levering van de soorten vaccins. We kunnen daarom niet precies zeggen wanneer iedereen aan de beurt is.
De Rijksoverheid heeft deze vaccinatieplanning gemaakt die continu wordt bijgewerkt zodra er meer informatie bekend is.
Nee, je kunt niet zelf kiezen voor een bepaald vaccin. Het kabinet kijkt op basis van (internationale) adviezen welke vaccins voor een bepaalde doelgroep geschikt zijn.
Bekijk meer informatie over de werking en veiligheid van de vaccins.
Het coronavaccin lijkt op het coronavirus, maar is slechts een heel klein stukje van het virus. Wanneer dit kleine stukje in je lichaam komt, gaat je afweersysteem direct aan de slag om deze indringer uit te schakelen. Wanneer het echte coronavirus daarna probeert je lichaam binnen te dringen, herkent je afweersysteem dit virus en kan het meteen ingrijpen. Je bent dan beschermd tegen het coronavirus.
Bekijk hier een video van het Ministerie van VWS over hoe een vaccin werkt.
Vaccinatie maakt de kans op verspreiding van een ziekte kleiner. Als nagenoeg alle mensen zijn ingeënt, kan de ziekte zich niet meer verspreiden. Daardoor is iedereen beschermd, zelfs de mensen die niet zijn gevaccineerd. Dat noemen we groepsimmuniteit.
Om groepsimmuniteit te bereiken is het van belang dat minimaal 70% van de mensen zich daadwerkelijk laat inenten.
Veiligheid van het coronavaccin is het belangrijkste. Hier gelden strenge eisen voor. Net als bij andere vaccins. Bij twijfel over de veiligheid van een vaccin wordt het niet toegelaten in Nederland. Ook voor de bijwerkingen gelden strenge regels. De voordelen (de werkzaamheid van vaccins) moeten groter zijn dan de nadelen (eventuele bijwerkingen).
Bekijk op de website van de Rijksoverheid meer informatie over de veiligheid van de coronavaccins.
Bekijk hieronder een video van de Universiteit van Amsterdam over veiligheid, bijwerkingen en risico's van het coronavaccin.
Nee, je bent niet verplicht om je te laten vaccineren. Je kiest zelf of je de prikken wel of niet wilt.
Coronavaccins zijn snel ontwikkeld door verschillende fabrikanten. Dit heeft een paar redenen:
Wil je meer weten over de snelle ontwikkeling en veiligheid van coronavaccins? Lees het interview met klinisch onderzoeker, Leonoor Wijnans, die verder ingaat op deze vraag.
Voor je de vaccinatie krijgt, moet je aangeven of je een aandoening of allergie hebt. Vervolgens wordt beoordeeld of je het vaccin wel of niet toegediend mag krijgen. Dit moet je doen via het aanmeldingsformulier van de vaccinatie. De instructie hiervoor krijg je wanneer je wordt uitgenodigd.
De adviezen van de gezondheidsraad en het RIVM hierover moeten nog gepubliceerd worden. Het is dus belangrijk dat het advies wat aan jou gegeven wordt, gekoppeld wordt aan jouw vaccinatiedossier. Het heeft dus pas zin om de GGD hierover te benaderen op het moment dat je wordt uitgenodigd voor de vaccinatie. Jouw gezondheid staat hierin voorop.
Net als bij iedere andere vaccinatie kun je last krijgen van milde klachten. In het geval van het coronavaccin zijn dat roodheid, pijn of een zwelling op de plek van de prik. Daarnaast kun je last krijgen van spier- en gewrichtspijn, vermoeidheid, hoofdpijn, koude rillingen en verhoging. Deze klachten verdwijnen doorgaans na een paar dagen.
Het lijkt misschien vreemd dat je klachten krijgt, maar eigenlijk is dat heel logisch. Het afweersysteem in je lichaam reageert immers op de indringer. Het feit dat je milde klachten krijgt, is een teken dat het vaccin z’n werk goed doet.
Ondanks dat het vaccin bij tienduizenden mensen is getest, kunnen we nooit helemaal uitsluiten dat jij last van zeldzame, andere bijwerkingen krijgt. Daarom houden we de veiligheid van het vaccin continu goed in de gaten.
Bijwerkingen op lange termijn zien we eigenlijk zelden bij een vaccin. Dat komt omdat een vaccin maar heel kort in je lichaam zit. Het is als het ware een training voor je afweersysteem. Daarna breekt het lichaam de stoffen in het vaccin weer af, net als bij andere vaccinaties die je krijgt.
Dit heeft drie redenen:
Vanaf maandag 4 januari 2021 nodigen werkgevers van zorgorganisaties (eerst verpleeghuizen, gehandicaptenzorg, wijkverpleging en Wmo-ondersteuning) hun eigen werknemers uit met een informatiebrief van het RIVM. (Je hoeft hier zelf niets voor te doen.). Hier staat in op welke manier je je kunt aanmelden voor een coronavaccinatie. Je maakt dan meteen twee afspraken (met een tussentijd van ongeveer drie weken), omdat je twee vaccinaties nodig hebt om goed beschermd te zijn.
Afhankelijk van het aantal vaccinaties dat wij kunnen doen, zal het aantal mensen dat we nodig hebben variëren. Momenteel hebben we genoeg ondersteuning bij het vaccineren. Als je op dit moment het aanmeldformulier invult, kom je in ons ‘reservebestand’. Dat betekent dat we pas contact met je opnemen wanneer we weer mensen nodig hebben en/of het aantal vaccinaties verder kunnen opschalen.
Landelijk is gekozen voor grote vaccinatielocaties. Dit heeft een logistieke reden: het vaccin moet diepgevroren blijven en is verpakt per 1.000 stuks. Eenmaal geopend moeten we de vaccins binnen een paar dagen toedienen, anders zijn ze niet meer te gebruiken. Op één centrale locatie kunnen we dat proces goed organiseren.
Rijksoverheid heeft vragen en antwoorden op de website staan. Bijvoorbeeld: Ik heb al corona gehad. Moet ik me nog laten vaccineren? Deze vragen en antwoorden worden bijna dagelijks aangevuld en bijgewerkt. Vraag vooral ook informatie aan je eigen werkgever of de koepelorganisatie waaronder je valt.
Bekijk hier de volgorde en periode van het vaccineren. Deze planning wordt continu bijgewerkt met de meest actuele informatie.
Als je gevaccineerd bent kun je nog steeds besmet raken met het coronavirus. Ook na een boosterprik. De vaccinatie beschermt tegen ziek worden door het coronavirus. Er zijn studies verschenen die laten zien dat vaccinatie ook de overdracht van het virus van de ene persoon op de andere vermindert. Het aantal studies is beperkt en bewijs veelal indirect, maar de uitkomsten wijzen steeds in dezelfde richting. De Gezondheidsraad acht het dan ook waarschijnlijk dat vaccinatie in meer of mindere mate bijdraagt aan het voorkomen van infecties bij anderen. Er is echter meer onderzoek nodig om te bepalen in welke mate en onder welke omstandigheden vaccinatie virusoverdracht kan tegengaan en welke factoren hierop van invloed zijn.
De Gezondheidsraad heeft hier op 20 mei 2021 een document over gepubliceerd: Transmissie na vaccinatie
Ja, dat kan. Zeven dagen na de tweede vaccinatie is ruim 90% van de mensen beschermd tegen corona. Ook mensen die twee keer gevaccineerd zijn, kunnen dus nog corona krijgen. Maar de kans is wel klein en het ziekteverloop is dan meestal minder ernstig. Het blijft daarom altijd belangrijk om je te laten testen wanneer je klachten krijgt die passen bij corona.
Het RIVM adviseert alle zwangere vrouwen om zich te laten vaccineren met een mRNA-vaccin op het moment dat zij een oproep krijgen. BioNTech/Pfizer en Moderna zijn mRNA-vaccins. Bekijk de pagina over zwangerschap en coronavaccinatie voor meer informatie.
De GGD’en geven de vaccinatie op verschillende locaties in het land. U maakt zelf een afspraak voor het halen van de vaccinatie. Dat doet u via coronavaccinatie-afspraak.nl of door te bellen met het landelijk callcenter voor vaccinaties van de gezamenlijke GGD’en (0800 - 7070). Het callcenter is 7 dagen per week open, van 8.00 tot 20.00 uur. Op al onze vaccinatielocaties is het ook mogelijk vrij in te lopen om een coronavaccinatie te krijgen.
Nee. Als je positief bent getest op het coronavirus, moet je 8 weken wachten voordat je een coronavaccinatie kunt halen.
Bij de boostervaccinatie moet je 3 maanden wachten na de laatste vaccinatie óf positieve testuitslag bij de GGD. Anders heeft de booster geen effect.
Nee, wij volgen de vaccinatiestrategie van de overheid.
Een langere periode dan 3 weken tussen 2 coronaprikken in met BioNTech/Pfizer is veilig. Het is raadzaam om niet te lang te wachten met de tweede prik omdat de eerste prik niet voldoende bescherming geeft.
De 2e prik volgt vanaf 4 tot en met 12 weken na de 1e prik (vanaf 28 dagen tot aan 84 dagen). De Gezondheidsraad adviseert om de 2e prik in de 12e week na de 1e prik te geven. Op deze manier kunnen zoveel mogelijk mensen zo snel mogelijk een vaccin krijgen. Een 2e prik is nodig voor een goede bescherming tegen het coronavirus.
De vaccins BioNTech/Pfizer en Moderna bieden een effectiviteit tegen corona van ongeveer 95%. Het coronavaccin van AstraZeneca heeft een werkzaamheid van tenminste 60%. Dit betekent dat mensen die dat vaccin hebben gekregen 60% of 95% minder kans hebben om ziek te worden door coronavirus COVID-19 dan mensen die geen prik hebben gehad.
Het is vooral belangrijk dat mensen beschermd zijn tegen ernstige gevolgen van COVID-19. Het coronavaccin van AstraZeneca doet dit. Dat betekent dat er na vaccinatie met AstraZeneca minder mensen met COVID-19 in het ziekenhuis terechtkomen.
In de week van 22 maart 2021 begint het vaccineren met het coronavaccin van AstraZeneca weer. De tijdelijke pauze met prikken van AstraZeneca, die op 14 maart 2021 uit voorzorg werd ingelast, is niet langer nodig. Dat is besloten op basis van de nieuwste wetenschappelijke inzichten vanuit het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) en het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG).
Lees verder
Nee, het is niet mogelijk om een afspraak te maken om gezamenlijk gevaccineerd te worden.
Het is heel belangrijk dat zorgverleners en mensen die gevaccineerd zijn, alert zijn op symptomen die passen bij deze specifieke combinatie van stolselvorming én een verlaagd aantal bloedplaatjes (trombocytopenie). Het is belangrijk om direct medische hulp in te inschakelen wanneer de volgende klachten zich voordoen na vaccinatie met AstraZeneca:
Deze klachten treden meestal op binnen twee weken.
Alle mensen die al een 1e prik met AstraZeneca hebben gehad zonder zeer ernstige bijwerkingen, krijgen ook hun 2e prik met AstraZeneca. Het geboortejaar maakt hierbij niet uit. Dat is ook het advies van de Gezondheidsraad. De Gezondheidsraad geeft aan geen reden te zien om de vaccinatiereeks niet af te maken. Er zijn nog geen meldingen bekend van de zeer ernstige bijwerking na een 2e prik.
Ben je volledig gevaccineerd tegen het coronavirus? Dan kan je een coronatoegangsbewijs aanmaken in de CoronaCheckapp. Bijvoorbeeld om op reis te gaan binnen Europa of voor toegang tot evenementen en horeca in Nederland. Bekijk alle informatie over CoronaCheck op www.coronacheck.nl
Als je een vaccinatie tegen corona hebt gehad, krijg je van de GGD een bevestiging op papier mee. Dit is geen officieel vaccinatiebewijs. De bevestiging is voor persoonlijk gebruik, het is geen bewijs.
Heb je een geel vaccinatieboekje? Dan kan je de registratiekaart ook bewaren in dit boekje. GGD NOG kan ook een aantekening van de coronavaccinatie maken in het Gele Boekje. Lees hier hoe dat gaat.
Bekijk hier meer informatie.
Krijg je 2 uitnodigingen voor de coronaprik? Dan val je in meerdere doelgroepen. In principe kan je zelf kiezen op welke oproep je reageert. Het advies is om te kiezen voor de plek voor vaccinatie waar je het snelst terecht kunt. Let erop dat je de 1e en de 2e prik op dezelfde locatie krijgt. Het maakt niet uit of dit bij de priklocatie van de GGD, huisarts, arts van het verpleeghuis of in het ziekenhuis is.
Let op! Dit geldt niet voor mensen die zijn uitgenodigd door de medisch specialist en behoren tot de medische hoog-risicogroepen. Zij moeten zich voor de coronavaccinatie altijd tot hun medisch specialist wenden.
Dit kan verschillende redenen hebben.
Een registratie in MijnRIVM is geen verplichting. Voor het EU Digitaal Corona Certificaat (DCC) worden ook de gegevens opgehaald uit de CoronIT database van de GGD. Als uw gegevens daar goed in staan, maakt het niet uit als uw vaccinaties (nog) niet bij RIVM geregistreerd staan. Lees hier verder over de registratie van persoonsgegevens.
Het EU Digitaal Corona Certificaat (DCC) maakt het mensen makkelijker om binnen de Europese Unie te reizen tijdens de coronapandemie. Het DCC is te verkrijgen zijn met een negatieve testuitslag of een bewijs van herstel. Vaccinatie is en wordt géén voorwaarde om binnen de Europese Unie (EU) te reizen.
Een DCC kan je zelf aanvragen via de CoronaCheckapp of -website. Door via de app of website in te loggen met je DigiD worden de gegevens automatisch opgehaald uit de registratiesystemen van de GGD.
Bekijk hier alle informatie over het DCC.
Het EU Digitaal Corona Certificaat kan in alle EU-lidstaten (en in Noorwegen, IJsland en Liechtenstein) worden gebruikt. Landen in Europa bepalen zelf welke van deze bewijzen worden geaccepteerd bij binnenkomst in het land en onder welke voorwaarden. Bijvoorbeeld welke type testen geaccepteerd worden en hoe oud een test mag zijn. Ook andere maatregelen, zoals quarantaine voor reizigers, bepalen de lidstaten zelf. Nederland zet zich binnen Europa in om de voorwaarden zoveel mogelijk gelijk te trekken.
Bekijk reisadviezen per land op www.wijsopreis.nl
Je kunt een positieve testuitslag gebruiken om een herstelbewijs te maken met CoronaCheck. Hiervoor gelden een aantal voorwaarden:
Papieren herstelbewijzen uitgegeven voor 30 november blijven 180 dagen geldig (ook wanneer ze zijn toegevoegd in de app). Wil je een herstelbewijs ophalen voor 365 dagen? Haal je positieve uitslag op via DigiD op coronacheck.nl/print.
Let op: In Europees verband is afgesproken dat een herstelbewijs alleen afgegeven mag worden op basis van een PCR-test. Voor gebruik binnen Nederland (bijvoorbeeld voor toegang tot evenementen) wordt een herstelbewijs ook afgegeven op basis van een antigeentest. Een herstelbewijs wordt nooit verstrekt op basis van een zelftest of een serologische test.
Kijk voor alle regels rondom het maken van een herstelbewijs op de Rijksoverheid-pagina Herstelbewijs regelen als coronabewijs.
In Nederland kunnen ook jongeren vanaf 12 jaar een vaccinatie halen. Zij krijgen dezelfde dosis vaccin als volwassenen. Dit wordt niet aangepast op basis van het lichaamsgewicht. De dosisbepaling bij vaccins is voornamelijk gebaseerd op de werking van het immuunsysteem, niet op het gewicht. Jongeren van 12 tot en met 17 jaar krijgen Comirnaty (het vaccin van Pfizer/BioNTech). De volledige serie Comirnaty bestaat uit 2 doses van 0,3 ml (30 mcg/0,3 ml). Deze dosering geldt voor alle leeftijden vanaf 12 jaar en is onafhankelijk van het gewicht.
Kinderen van 5 tot en met 11 jaar krijgen het BioNTech/Pfizer-vaccin, net als volwassenen. Maar er is wel een verschil: kinderen hebben minder vaccin nodig. Zij krijgen een derde van de hoeveelheid die volwassenen krijgen: 10 microgram in plaats van 30 microgram. Kinderen hebben genoeg aan deze kleinere hoeveelheid per prik omdat hun afweersysteem sterker werkt dan bij volwassenen. Zij maken met minder vaccin evenveel antistoffen aan als volwassenen.
Ja, alle coronavaccins zijn halal en koosjer. De vaccins bevatten geen dierlijke producten, zoals gelatine.
Nee, de mRNA-moleculen in vaccins veranderen geen DNA. Bij iedere virusinfectie krijgt iemand die ziek wordt zogenaamde mRNA-moleculen van een virus binnen. Bijvoorbeeld van het griepvirus. Het lichaam maakt daarna de bijbehorende viruseiwitten aan. Als reactie hierop maakt het lichaam antistoffen en T-cellen aan. En geneest iemand, bijvoorbeeld van de griep.
Het mRNA in de coronavaccins van BioNTech/Pfizer en Moderna geven het lichaam informatie over een bijzonder eiwit van het coronavirus. Dat is het spike-eiwit. De cellen op de prikplek gaan met deze informatie het spike-eiwit maken. En daarna maakt het lichaam antistoffen en T-cellen aan. Komt iemand daarna in contact met het coronavirus? Dan beschermen de antistoffen en T-cellen het lichaam. Zo is de kans klein dat iemand ziek wordt van het virus. mRNA-moleculen veranderen geen DNA en het lichaam ruimt deze weer op. Het maakt niet uit of die mRNA-moleculen bij het lichaam horen, bij een virusinfectie of bij vaccinatie.
Op iedere vaccinatielocatie is een arts aanwezig. Met deze arts kun je in gesprek gaan over vaccineren.
Op www.coronavaccinatie-keuzehulp.nl kan je terecht voor vragen en antwoorden over de coronavaccinatie, ervaringen van anderen lezen en in gesprek gaan over de vaccinatie.
Wil je reizen binnen de Europese Unie of naar een evenement in Nederland? Dan heb je een coronabewijs nodig. Dat kan een negatieve testuitslag zijn, een vaccinatiebewijs, of een bewijs dat je hersteld bent van corona. Je kunt deze bewijzen laten zien met de CoronaCheck-app. Kijk altijd op de website van de Rijksoverheid voor actuele reisadviezen.
Bekijk hieronder een overzicht welk coronabewijs je waarvoor nodig hebt.
De 3e prik is alleen voor een selecte groep met een ernstige afweerstoornis.
Het gaat om patiënten die onder behandeling zijn van een medisch specialist voor een specifieke aandoening of bepaalde medicijnen voorgeschreven krijgen. Het RIVM houdt de bescherming door vaccins tegen corona nauwlettend in de gaten.
Lees verder over de 3e prik.
Een 3e prik is dus iets anders dan een boostervaccinatie. Over de boosterprik en het verschil tussen een 3e prik en de boosterprik, lees je hier meer.
De landelijke CoronaCheck-app is ontwikkeld door het ministerie van VWS. Omdat de app niet van de GGD is, betekent dit dat wij meestal niet verder kunnen helpen met vragen over de app. Op www.coronacheck.nl kan je alle informatie vinden over de CoronaCheck-app.
Lukt het niet om je vaccinatiebewijs, herstelbewijs of testbewijs op te halen in de app omdat er iets in je gegevens niet goed geregistreerd staat? Als je bij de GGD bent gevaccineerd of getest, kan je bellen naar de landelijke GGD: 0800 – 5090 (dagelijks van 08.00 – 20.00 uur).
Let op: als je niet bij de GGD bent getest of gevaccineerd kunnen wij je helaas niet helpen. Ga naar de partij waarbij je gevaccineerd of getest bent voor assistentie/
Wil je met je kind naar een van onze vaste vaccinatielocaties (in Apeldoorn, Doetinchem, Harderwijk of Lichtenvoorde)? Dan is dat voor kinderen van 5 t/m 11 jaar veelal alleen mogelijk op afspraak. Een afspraak kan telefonisch worden gemaakt via 0800 - 7070.
Tijdens de vaccinatietour in mei en juni zijn wij ook op tijdelijke locaties in de regio. Daar kun je zonder afspraak terecht.
Alle 18-plussers die nog niet zijn gevaccineerd tegen corona en interesse hebben in een vrijwillige vaccinatie met het Janssen-vaccin, kunnen hiervoor een afspraak maken via het telefoonnummer 0800 - 1295. Dat geldt ook voor de boostervaccinatie met het vaccin van Janssen (medische indicatie).
Vaccineren met Janssen kan niet in onze regio. De callcentermedewerker kijkt graag met je mee naar de dichtstbijzijnde locatie.
Het Novavax-vaccin is volgens de Gezondheidsraad een alternatief voor mensen die geen mRNA-vaccin (BioNTech/Pfizer en Moderna) of vector-vaccin (Janssen) willen. Het vaccin is op een aantal centrale GGD-vaccinatielocaties beschikbaar, maar nog niet in onze regio. Vanaf maandag 30 mei kun je hiervoor ook op onze locaties terecht.
Mensen die gevaccineerd willen worden met het Novavax-vaccin kunnen bellen naar het speciale nummer 0800-0174. Of vanaf maandag 30 mei op al onze vaste locaties langskomen zonder afspraak.
Vlijtseweg 106
Openingstijden vaccineren: maandag, donderdag en zaterdag van 08:00 tot 13.30 en woensdag van 08:00 tot 19.30.
Vaccineren kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via planjeprik.nl met je DigiD of via 0800 - 7070 (van 08.00 tot 20.00).
Voor het vaccineren van een kind kan je langskomen in even weken op woensdag van 15.00 tot 17.00 en 17.30 tot 19.30.
Openingstijden testen: 7 dagen per week van 08.30 tot 14.00. Vrije inloop tot 12.00.
Testen kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via 0800 -1202 of www.coronatest.nl.
Havenstraat 138
Openingstijden: woensdag van 08:00 tot 19.30 en vrijdag van 08:00 tot 13.30. Deze locatie sluit per 1 april.
Vaccineren kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via planjeprik.nl met je DigiD of via 0800 - 7070 (van 08.00 tot 20.00).
Voor het vaccineren van een kind kan je langskomen in oneven weken op woensdag van 15.00 tot 17.00 en 17.30 tot 19.30.
Openingstijden testen: 7 dagen per week van 08.30 tot 14.00. Vrije inloop tot 12.00.
Testen kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via 0800 -1202 of www.coronatest.nl.
Zuiderbreedte 8
Openingstijden vaccineren: maandag van 08:00 tot 19.30 en zaterdag van 08:00 tot 13.30.
Vaccineren kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via planjeprik.nl met je DigiD of via 0800 - 7070 (van 08.00 tot 20.00).
Openingstijden testen: maandag tot en met vrijdag van 08.30 tot 14.00. Vrije inloop tot 12.00.
Testen kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via 0800 -1202 of www.coronatest.nl.
Varsseveldseweg 8-12
Openingstijden: maandag van 08:00 tot 19.30 en zaterdag van 08:00 tot 13.30.
Vaccineren kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via planjeprik.nl met je DigiD of via 0800 - 7070 (van 08.00 tot 20.00).
Mensen van 60 tot en met 69 jaar kunnen via www.coronavaccinatie-afspraak.nl een afspraak maken voor een extra coronavaccinatie. Deze herhaalprik is mogelijk drie maanden na de laatste coronaprik of een doorgemaakte infectie.
Het RIVM stuurt deze groep daarnaast binnenkort een uitnodiging per brief. Pas op het moment dat de brief is ontvangen, kan ook telefonisch een afspraak gemaakt worden via 0800-7070.
Iedereen van 12 jaar en ouder komt in aanmerking voor de eerste boostervaccinatie. Je kunt voor je eerste booster met en zonder afspraak bij ons terecht.
Mensen die een afspraak hebben gemaakt, gaan bij (grote) drukte voor op de mensen die geen afspraak hebben gemaakt.
Krijg je ook de griepprik? Dan kun de de boostervaccinatie pas halen 2 weken voor of 2 weken na deze griepprik
Mensen van 60 jaar en ouder komen drie maanden na de laatste vaccinatie of besmetting in aanmerking voor de herhaalprik tegen corona (2e booster). Een afspraak maken mag, maar hoeft niet.
Bekijk hieronder of je voldoet aan 1 van de 5 opties:
De Stoven 22. Voor GPS gebruik: voer De Stoven 6 in.
Openingstijden: woensdag, donderdag en zaterdag van 08.00 - 19.30 uur. Vrijdag van 8.00 tot 13.30 uur. Vanaf 19 december is deze locatie gesloten.
Vaccineren kan met of zonder afspraak. Maak je afspraak via planjeprik.nl met je DigiD of via 0800 - 7070 (van 08.00 tot 20.00).
De boostervaccinatie is hetzelfde als de herhaalprik. Beide prikken zijn bedoeld om de afweer te verbeteren en extra te beschermen tegen het coronavirus. Vanaf nu houden we de term herhaalprik aan, dit geeft duidelijker aan dat de prik vaker herhaald kan worden. Hoe vaak hangt af van hoe het coronavirus zich verder ontwikkelt.
Iedereen van 12 jaar en ouder krijgt vanaf de tweede helft van september de mogelijkheid een herhaalprik tegen corona te halen. Als eerste worden de mensen met een hoger medisch risico en zorgpersoneel met patiëntencontact uitgenodigd, daarna volgen alle anderen van 12 jaar en ouder. Wanneer dit zal zijn is onder meer afhankelijk van de opkomst van de groepen die eerder zijn uitgenodigd, waardoor we hierover op dit moment nog geen specifieke datum kunnen communiceren. Zodra mensen aan de beurt zijn worden ze hiervoor opgeroepen. De herhaalprik kan worden gehaald vanaf drie maanden na de laatste coronaprik of een doorgemaakte besmetting. De herhaalprik tegen corona is nodig om de bescherming tegen ernstige ziekte en sterfte op peil te houden. Bekijk hier meer informatie.
Je huisarts verzorgt de uitnodiging. Deze brieven worden tussen 3 en 14 oktober verstuurd.
Zorgmedewerkers kunnen een afspraak maken zodra zij een uitnodiging van hun werkgever hebben ontvangen.
Nee, alleen mensen 60 jaar en ouder en mensen van 12 jaar of ouder die in de griepprikgroep vallen, zorgmedewerkers en bewoners van een zorginstelling ontvangen een uitnodiging per brief. Dit zijn de mensen met een verhoogd risico op ziekenhuisopname en overlijden. Omdat deze grote groep mensen niet allemaal tegelijk geprikt kan worden op de priklocaties, worden deze mensen vanaf de tweede helft van september gefaseerd uitgenodigd binnen een periode van ongeveer 6 weken.
Daarna kan iedereen vanaf 12 jaar een herhaalprik halen. Wanneer dit zal zijn is onder meer afhankelijk van de opkomst van de groepen die eerder zijn uitgenodigd, waardoor we hierover op dit moment nog geen specifieke datum kunnen communiceren. Zodra mensen aan de beurt zijn worden ze hiervoor opgeroepen via de (sociale) media.
De vaccinatieafspraak wijzigen of afzeggen kan online op planjeprik.nl door te klikken op ‘Mijn vaccinatieafspraken inzien’. Dit kan ook telefonisch door te bellen naar 0800-7070.
De huisarts kan mensen die niet zelf of met hulp naar een vaccinatielocatie kunnen komen, aanmelden om de prik thuis te krijgen. Bekijk hier meer informatie.
Heeft u een uitnodiging ontvangen en heeft u een partner die ouder is dan 60 jaar? Dan kunt u ook voor uw partner een afspraak maken. Dat kan online door voor ieder apart een afspraak te maken voor dezelfde dag of door te bellen met het nummer in de brief.
Is uw partner jonger dan 60 jaar? Dan moet deze persoon wachten op de persoonlijke uitnodiging.
Nee. U kunt pas een vaccinatie krijgen als uw laatste vaccinatie of doorgemaakte corona minimaal 3 maanden geleden was.
U kunt de GGD vragen om de coronavaccinatie in het gele boekje te registreren. Het gele boekje is geen officieel vaccinatiebewijs.
Het kan tot 18 oktober duren voor je de brief ontvangt. Heb je hierna niets ontvangen? Dan kun je contact opnemen met je huisarts. Hij kan de uitnodigingsbrief dan voor je uitprinten en meegeven.
GGD’en hebben de opdracht gekregen om de meest kwetsbare burgers als eerste te vaccineren. Mensen die tot de griepprikgroep behoren vallen in deze doelgroep. Ter controle kan er bij de vaccinatielocatie naar je brief worden gevraagd. GGD’en kunnen je weigeren te prikken als je deze brief niet kunt laten zien.
Nee, dat is niet nodig. Je mag beide vaccinaties bijvoorbeeld tegelijkertijd of kort na elkaar krijgen.
Op de website www.wijsopreis.nl kan je alle informatie vinden over de reisadviezen voor het buitenland.
Op www.wijsopreis.nl staat bij elke bestemming beschreven wat de voorwaarden zijn om naar het land toe te reizen.
De uitslag van een PCR-test bij GGD krijg je binnen 26 uur. Het kan daarna tot maximaal 4 uur duren voordat de testuitslag op te halen is in de CoronaCheck-app.
Nee. Voor een reizigerstest bij de GGD moet je bellen naar 0800 – 5005. Voor een test bij de GGD is een DigiD nodig.
Nee, een afspraak maken voor een reizigerstest bij de GGD kan alleen via 0800 – 5005.
Zonder DigiD kan je geen testafspraak bij de GGD maken. In dat geval ga je naar het afsprakenportaal van SON. Bekijk hier hoe dat werkt. De testuitslag heb je binnen 24 uur.
Nee, de GGD gebruikt alleen PCR-testen. Voor een sneltest ga je naar het afsprakenportaal van SON. Bekijk hier meer informatie daarover. De testuitslag heb je binnen 3 uur.
Je ontvangt een e-mail wanneer de uitslag is in te zien via coronatest.nl. Binnen 26 uur krijg je de uitslag van de test. Nadat deze uitslag bekend is, kan het 4 uur duren voordat de uitslag ook zichtbaar is in de coronacheck app.
Let op: de GGD kan niet garanderen dat je je testuitslag op tijd hebt. Heb je schade doordat je je testuitslag niet op tijd hebt? Dan is de GGD hiervoor niet aansprakelijk. Heb je extra kosten doordat je de testuitslag niet op tijd kreeg? Bijvoorbeeld voor een hotel of een vliegticket? Dan betaal je die zelf. De GGD betaalt geen kosten door een te late testuitslag.
Het kan tot maximaal 4 uur uren voordat de testuitslag is op te halen in de CoronaCheck-app of op coronacheck.nl. Neem contact op met de CoronaCheck helpdesk als je vragen hebt over de app.
Let op: de GGD kan niet garanderen dat je je testuitslag op tijd hebt. Heb je schade doordat je je testuitslag niet op tijd hebt? Dan is de GGD hiervoor niet aansprakelijk. Heb je extra kosten doordat je de testuitslag niet op tijd kreeg? Bijvoorbeeld voor een hotel of een vliegticket? Dan betaal je die zelf. De GGD betaalt geen kosten door een te late testuitslag.
Verblijf je nu in het buitenland en wil je (terug) naar Nederland? Controleer dan deze checklist voordat je vertrekt.
Iedereen die uit het buitenland naar Nederland (terug)komt krijgt het advies zich na aankomst te testen op corona. Ook als je volledig gevaccineerd bent. Welke test je gebruikt hangt af van het land waar je vandaan reist. Ga bij coronaklachten zoals hoesten of verkoudheid altijd in quarantaine. En maak een testafspraak bij de GGD.
Het positief geteste kind gaat thuis in isolatie.
Er geldt geen quarantaineadvies meer als kinderen of volwassenen in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief? Dan gaat het kind in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag het kind weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doet de GGD:
Dit doen de ouders van het kind:
Dit doet de kinderopvang:
De positief geteste medewerker gaat thuis in isolatie. Voor onderwijspersoneel gelden de quarantaineregels voor volwassenen.
Voor kinderen tot 18 jaar geldt geen quarantaineadvies meer als zij in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Maar bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief? Dan gaat het kind in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag het kind weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doet de medewerker:
Dit doet de kinderopvang:
Het positief geteste kind gaat thuis in isolatie.
Voor kinderen en volwassenen geldt geen quarantaineadvies meer als zij in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief, dan gaat het kind in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag het kind weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doet de GGD:
Dit doen de ouders van het kind:
Dit doet de school:
Een positief geteste medewerker gaat thuis in isolatie. Voor onderwijspersoneel gelden de quarantaineregels voor volwassenen.
Voor kinderen tot 18 jaar geldt geen quarantaineadvies meer als zij in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Maar bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief, dan gaat het kind in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag het kind weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doet de medewerker zelf:
Dit doet de school:
De positief geteste leerling gaat thuis in isolatie. Voor kinderen tot 18 jaar geldt geen quarantaineadvies meer als zij in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Maar bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief, dan gaat de leerling in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag de leerling weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doen de ouders van de leerling:
Dit doet de school:
Een positief geteste medewerker gaat thuis in isolatie. Voor onderwijspersoneel gelden de quarantaineregels voor volwassenen.
Voor kinderen tot 18 jaar geldt geen quarantaineadvies meer als zij in nauw contact zijn geweest met iemand die corona heeft. Maar bij klachten blijven kinderen altijd thuis en doen zij zo snel mogelijk een (zelf)test. Is deze test positief, dan gaat het kind in isolatie. Bij een negatieve testuitslag mag het kind weer naar school.
Als er over langere termijn meerdere besmettingen in de groep zijn, doet de GGD uitbraakonderzoek. In dat geval kan de GGD nog wel adviseren om een quarantaine-advies te geven voor de hele groep.
Dit doet de medewerker:
Dit doet de school:
Twijfel je of je wel of niet naar buiten mag? Doe dan de Quarantainecheck van de Rijksoverheid.
Op deze pagina staat alle informatie over corona op school en kinderopvang.
De student of leraar gaat in isolatie. De nauwe contacten (vriendengroep, mensen waarmee men in de klas naast elkaar heeft gezeten en / of mee heeft samengewerkt) worden geïnformeerd door de student of leraar zelf.
Als je kind corona gerelateerde klachten krijgt terwijl het op school zit, moet de school besluiten uw kind naar huis te sturen. Je zult hier als ouder gehoor aan moeten geven. Voor kinderen tot 12 jaar bij het kinderdagverblijf, de gastouder, BSO of basisschool geldt dit níet bij een snotneus of wat hoesten, maar wél als je kind koorts ontwikkelt of benauwd wordt.
Als je kind in de 10 dagen voor de klachten begonnen in contact is geweest met iemand die positief getest is dan is het wel van belang je kind zo snel mogelijk naar huis te laten gaan en te testen, ook bij lichte klachten.
Nee, dit mag niet.
Nee, niemand mag je kind tot een test verplichten. Het al dan niet opvolgen van het testadvies bij kinderen is aan jou of aan jou en je kind gezamenlijk.
Als je ervoor kiest een kind dat in quarantaine zit vanwege een besmetting in de nabije omgeving niet te laten testen, dan moet je kind wel 10 dagen thuis in
quarantaine blijven voordat het terug naar school of de kinderopvang mag. De keuze is geheel en al aan jou.
Heeft je kind klachten? Dan geldt voor kinderen van 0-12 jaar dat zij met verkoudheidsklachten naar het kinderdagverblijf, de gastouder, BSO of
basisschool mogen, tenzij het kind contact is van iemand die positief getest is op COVID-19. Lees hier meer over op de website van het RIVM.
Nee. Een ouder of kind moet altijd toestemming geven voor een test. Wie toestemming mag geven is afhankelijk van de leeftijd van je kind.
Een school mag dus nooit zonder toestemming van ouder of kind een test afnemen. Testen is altijd vrijwillig
Met de plannen kunnen scholen en kinderopvang zelf een draaiboek maken voor hun eigen locaties. Er zijn 4 fases met bijbehorende maatregelen die in een draaiboek komen (van licht naar zwaar):
Bekijk het sectorplan primair en voortgezet onderwijs
Bekijk het sectorplan mbo en hbo
De informatie uit dit meldformulier wordt gebruikt voor surveillance en het herstelbewijs. Alleen basisgegevens worden gedeeld met het RIVM.
Verzend het digitaal ingevulde formulier binnen 2 dagen na de positieve test.
Gegevens over ziektegeschiedenis en medicatie van de patiënt zijn voor de GGD noodzakelijk om het juiste advies te kunnen geven m.b.t. maatregelen voor contacten en handelingsadvies voor de zorginstelling. Deze informatie wordt in een medisch dossier opgeslagen en valt onder het medisch beroepsgeheim.
Zijn deze gegevens niet bekend bij de zorginstelling, vermeld dan de contactgegevens van de huisarts van de patiënt op het formulier.
Een 3e vaccinatie is voor patiënten met een ernstige afweerstoornis onderdeel van de basisvaccinatie. Bij een deel van deze patiënten is deze 3e prik nodig om goed beschermd te zijn tegen ernstige ziekte of sterfte door corona. Een ander deel van deze patiënten is ook na de 3e prik nog niet goed beschermd tegen COVID-19. Bij wie dat gebeurt is niet goed te voorspellen.
Voor de meeste andere mensen bestaat de basisvaccinatie uit 1 of 2 prikken. Zij zijn dan al optimaal beschermd. Daarmee is een 3e prik voor patiënten met een ernstige afweerstoornis iets anders dan een boostervaccinatie voor de rest van de mensen. Een boostervaccinatie is een extra vaccinatie bovenop de eerdere basisvaccinatie(s). Het is een prikkel voor het afweersysteem en bedoeld om de bescherming tegen covid-19 te versterken. De booster helpt daardoor tegen ernstige ziekte en sterfte door het coronavirus. Mensen ouder dan 60 krijgen de boostervaccinatie als eerste aangeboden, omdat zij na de eerste vaccinatie(s) een minder hoge bescherming bereiken tegen corona.
Alleen als je in aanmerking komt voor een derde vaccinatie ontvang je een uitnodiging van het ziekenhuis. In de uitnodiging staat een speciaal telefoonnummer waarmee je zelf een afspraak kunt maken voor de vaccinatie. De vaccinatie gebeurt op een GGD-priklocatie, en met een mRNA-vaccin (Pfizer of Moderna).
Je krijgt een uitnodiging voor de boosterprik. Hiervoor geldt geen vrije inloop.
Het heeft op dit moment geen zin om een afspraak in te plannen als je nog geen 18 jaar oud bent. GGD GHOR Nederland controleert iedere dag de ingeplande afspraken op geboortejaar. Wie ongeldig een afspraak maakt, krijgt vooraf bericht dat de afspraak wordt geannuleerd. Of komt op de vaccinatielocatie niet door de controle.
Bekijk meer informatie in dit nieuwsbericht.
Je krijgt een boostervaccinatie met een mRNA-vaccin van BioNTech/Pfizer of Moderna. Dit is afhankelijk van de beschikbaarheid op de locaties. Het maakt hierbij niet uit welk vaccin je eerder hebt gekregen. Je kunt niet zelf kiezen welk vaccin je krijgt.
Als u 60 jaar of ouder bent en thuis woont
De boostervaccinatie van 60-plussers die thuis wonen gaat van oud naar jong. Vanaf 18 november worden eerst de mensen van 80 jaar en ouder uitgenodigd. Zij krijgen een brief van het RIVM met de mogelijkheid om een afspraak te maken voor de boostervaccinatie bij de GGD’en.
Als de mensen van 80 jaar en ouder aan de beurt zijn geweest, volgen de mensen van 60 tot en met 79 jaar. Daarna alle 18-plussers van oud naar jong.
Bent u 60-plus en niet in staat om naar de GGD-vaccinatielocatie te gaan? Dan bestaat vanaf januari 2022 de mogelijkheid aan huis gevaccineerd te worden door de GGD. U kunt dit aangeven bij het maken van de afspraak.
Als u 60 jaar of ouder bent en in een instelling woont
Woont u in een instelling met een medische dienst? Dan ontvangt u de uitnodiging van de instelling en de prik van uw instellingsarts. Instellingen die er klaar voor zijn starten in december met vaccineren.
Woont u in een instelling zonder medische dienst? De GGD komt naar uw instelling toe om prik te geven.
Onder instellingen vallen verpleeghuizen, kleinschalige woonvormen, instellingen voor mensen met een verstandelijke beperking, revalidatiecentra, GGZ-instellingen en instellingen voor beschermd wonen.
Als u in de zorg werkt en direct patiëntcontact heeft
Vanaf december kan het personeel in de zorg met direct patiëntcontact een boostervaccinatie krijgen. Het credo luidt: de zorg prikt zoveel mogelijk de zorg. Wij ondersteunen als GGD’en daar waar nodig. Concreet: zorginstellingen met een medische dienst vaccineren zelf, naar de overige instellingen gaat de GGD toe. Zorgmedewerkers uit de ziekenhuizen, de acute zorg en de huisartsenzorg krijgen de vaccinatie aangeboden in het ziekenhuis. Het zorgpersoneel in de langdurige zorg krijgt zo snel mogelijk een boostervaccinatie aangeboden, waar en hoe wordt nog bepaald.
Overige groepen
Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bepaalt de volgorde waarin groepen worden gevaccineerd. Leidraad hiervoor zijn de adviezen die de Gezondheidsraad hierover heeft uitgebracht. De startdatum van de verschillende doelgroepen is afhankelijk van de beschikbaarheid van vaccins. Kijk voor de meest actuele volgorde van vaccineren op www.coronavaccinatie.nl.
De boosterprik heeft geen gevolgen voor coronabewijs. Zowel het coronabewijs voor reizen binnen Europa (DCC) als het coronatoegangsbewijs voor toegang tot activiteiten in Nederland blijven geldig, ongeacht een boostervaccinatie. De QR-code in de CoronaCheck-app blijft dus gewoon werken.
De boostervaccinatie moet in ieder geval 3 maanden na de laatste coronavaccinatie gegeven worden. Heb je corona gekregen na je eerste vaccinatie(s)? Dan moeten er 3 maanden tussen je besmetting en de boostervaccinatie zitten.
Het doel is om zoveel mogelijk mensen voor eind januari een booster aan te bieden.
Ja, de boostervaccinatie is voor iedereen vanaf 18 jaar die de basisvaccinatie(s) heeft afgerond, ook voor mensen die het Janssen-vaccin zijn gevaccineerd. Als uw leeftijd aan de beurt is, krijgt mensen die jonger zijn dan 60 jaar een boostervaccinatie 3 maanden na de laatste vaccinatie of recente coronabesmetting. Dit gaat van oud naar jong (tot 18 jaar).
Met de CoronaCheck-app kunt je een coronabewijs maken. Dit is een QR-code op basis van een test, herstel of vaccinatie. Je krijgt twee QR-codes: een Nederlandse QR-code en een internationale QR-code.
Je downloadt de app via de Apple App Store of de Google Play Store.
Daarna klik je op “QR-code maken”. Je klikt op “Volgende”. Je selecteert waar je een QR-code van wilt maken.
Voor het maken van een testbewijs gebruik je de ophaalcode die je per SMS of per email van de testlocatie ontvangt.
Voor het maken van een herstelbewijs of vaccinatiebewijs haal je je gegevens op met je DigiD.
De Nederlandse QR-code laat je scannen aan de deur van de locatie waar het coronabewijs nodig is. Je kunt de internationale QR-code laten scannen als je de grens over gaat. Het coronabewijs is niet in alle landen geldig. Zoek vooraf op wat de actuele coronaregels op het land van bestemming zijn op Wijs op Reis. Die kunnen namelijk wisselen.
Kijk op Vaccinatiebewijs na vaccinatie in het buitenland. Daar vind je altijd de laatste informatie.
Jazeker. In sommige gevallen wil je liever een papieren QR-code uitprinten. Bijvoorbeeld als je geen smartphone hebt. Of als je een QR-code wilt maken voor je kinderen. Je kunt een bewijs maken van een vaccinatie en/of van een testuitslag. Ga naar www.coronacheck.nl/print en volg de stappen. Je kunt de QR-code zelf uitprinten.
Ben jij volledig gevaccineerd en vraag je een papieren QR-code aan? Weet dan dat de papieren versie een jaar geldig is. Deze moet daarna opnieuw aangemaakt worden. Als je een QR-code krijgt voor een negatieve test, is de geldigheidsduur afhankelijk van het type test.
Je kan dan in sommige gevallen een coronabewijs op papier thuisgestuurd krijgen. Bel hiervoor naar de CoronaCheck helpdesk: 0800-1421. Houd er rekening mee dat het 5 dagen kan duren voordat je het bewijs ontvangt.
Ja dat kan. Als je een QR-code maakt, krijg je automatisch een QR-code voor Nederland en een internationale QR-code (EU Digitaal Corona Certificaat).
Gebruik in het buitenland altijd de internationale QR-code. Let op: deze QR-code is bedoeld om mee te reizen. Er kan naar gevraagd worden aan de grens of in het land van bestemming. Je kunt de internationale QR-code ook gebruiken voor evenementen in het land waar je heen reist. Daarvoor moet je wel voldoen aan de lokale regels.
Let op, per land verschilt het aan welke eisen je coronabewijs moet voldoen. Bijvoorbeeld:
Wil je weten of jouw coronabewijs geldig is in het land dat je bezoekt? Kijk dan op Wijs op Reis. Hier wordt een actueel overzicht bijgehouden van de coronaregels per land.
Als je bij de GGD bent gevaccineerd of getest, kan je bellen naar de landelijke GGD: 0800 – 5090 (dagelijks van 08.00 – 20.00 uur).
Let op: als je niet bij de GGD bent getest of gevaccineerd kunnen wij je helaas niet helpen. Ga naar de partij waarbij je gevaccineerd of getest bent voor assistentie.
Op www.coronacheck.nl kan je alle informatie vinden over de CoronaCheck-app.
Bel de helpdesk: 0800-1421 (gratis). Of als je vanuit het buitenland belt: +31 70 750 37 20. Bereikbaar van maandag t/m zondag 08.00 – 20.00 uur
Of stuur een e-mail naar: helpdesk@coronacheck.nl
Helaas is het nog niet mogelijk een vaccinatiebewijs te maken wanneer je geen BSN-nummer hebt. Er wordt hard gewerkt om dat wel mogelijk te maken.
Vermoedelijk kloppen je gegevens in het systeem niet. Neem dan contact op met de zorgverlener die je heeft gevaccineerd. Ben je bij de GGD gevaccineerd dan kun je bellen met onze backoffice op 0800-5090 om de gegevens te laten corrigeren.
Ben je gevaccineerd door je huisarts, ziekenhuis of zorginstelling? Neem dan contact met hen op. Zij kunnen een coronabewijs voor je maken met de juiste gegevens.
Duurt dat voor jou te lang? Dan kun je altijd gratis een testafspraak boeken zodat je een testbewijs kan maken. Bijvoorbeeld als je binnen een paar dagen op reis gaat of een evenement wilt bezoeken. Voor reizen binnen Europa: Testen voor je reis. Om toegang te krijgen tot een evenement: Testen voor Toegang.
Dit is afhankelijk van de leeftijd van het kind.
Kinderen tot 16 jaar mogen alleen met een volwassen begeleider naar de testlocatie. Een kind van 16 jaar of ouder mag zonder begeleiding komen.
De GGD neemt bij een positieve testuitslag contact op met jou en je kind en zal vervolgens het bron- en contactonderzoek opstarten. In het bron- en
contactonderzoek bepaalt de GGD samen met jou en je kind wie in de omgeving van je kind risico gelopen hebben om ook corona te krijgen.
De GGD belt vervolgens de mensen die het meeste risico gelopen hebben of vraagt jou of je kind om hen te informeren. De GGD zal je daarnaast vragen zelf (ook) de school te informeren om te zorgen dat de positieve testuitslag zo snel mogelijk de school bereikt. Wanneer je kind een DigiD heeft en je online de uitslag kan inzien, informeer dan bij een positieve uitslag ook zo snel mogelijk de school.
Indien je bij het maken van de testafspraak geen toestemming hebt gegeven om een positieve testuitslag te delen met de huisarts dan adviseren we om zelf de huisarts te bellen om te vertellen dat je kind corona heeft.
De keuze voor een coronavaccinatie is vrijwillig. Dit geldt voor vaccinaties voor jezelf en voor vaccinaties voor je kind. Je beslist dus zelf of je dit wel of niet wilt. De meeste kinderen hebben weinig klachten als zij besmet raken met het coronavirus. Maar sommige kinderen worden wel ernstig ziek en moeten opgenomen worden in het ziekenhuis.
Twijfel je over vaccinatie? Dat mag. Veel informatie over vaccineren vind je al op Coronavaccinatie.nl. Daarnaast zijn er op Overvaccineren.nl enkele veel voorkomende vragen en zorgen op een rijtje gezet die je kunnen helpen bij uw keuze.
Er is ook de mogelijkheid om met een onafhankelijke zorgprofessional te bellen via 0800 7707707. Meer informatie hierover vind je op Vragenovercorona.nl.
Kinderen van 5 tot en met 11 jaar zijn minderjarig, daarom is het nodig dat één ouder/verzorger meekomt naar de priklocatie. De ouder/verzorger die niet meekomt moet geïnformeerd zijn en ook toestemming hebben gegeven voor de vaccinatie. Op de priklocatie krijg je daarom eerst de vraag of beide ouders/verzorgers toestemming hebben gegeven voor de vaccinatie. Als op de GGD-locatie blijkt dat dit niet zo is, zullen wij niet vaccineren. Je krijgt dan een brief mee met informatie over wat je in dit geval kunt doen.
Op het moment is het nog niet bekend of kinderen van 5 t/m 11 jaar een boostervaccinatie nodig hebben. Als hier meer over bekend is, zal de Gezondheidsraad hier een advies over uitbrengen.
Plan in dit geval eerst de afspraak voor de andere vaccinatie, en/of laat de afspraak voor die vaccinatie staan. Er moeten minstens 14 dagen zitten tussen de coronavaccinatie en andere vaccinaties. Geef daarom ook bij de GGD aan dat je kind een andere vaccinatie krijgt.
Bekijk hier meer informatie.
Heeft jouw kind (in de leeftijd 5 t/m 11 jaar) onlangs COVID-19 doorgemaakt? Dan hoeft het geen vaccinatie tegen corona krijgen, maar mag het wel. Als besloten wordt om het kind toch te vaccineren, dan wordt er één vaccinatie gepland na minimaal 12 weken na de eerste ziektedag (of de dag van een positieve zelftest bij geen klachten).
Voor kinderen van 12 jaar of ouder gelden iets andere regels. Als het kind besmet een coronabesmetting heeft doorstaan voor de eerste prikafspraak? Dan biedt één vaccinatie voldoende bescherming. Deze 1e vaccinatie wordt gepland minimaal 8 weken na de eerste ziektedag (of dag van positieve test bij geen klachten). Heeft het kind een coronabesmetting doorstaan ná de eerste coronavaccinatie? Dan wordt een 2e vaccinatie ingepland minimaal 8 weken na de eerste ziektedag (of dag van positieve test bij geen klachten).
Plan de vaccinatie minimaal 2 dagen voor of na de operatie. Staat er al een vaccinatie gepland? Dan kan je het Landelijk Vaccinatie Afsprakennummer (0800- 7070) bellen om de afspraak van je kind te verzetten.
Je krijgt bij de GGD een papieren vaccinatieregistratiekaart. Een QR-code wordt in Nederland niet gebruikt voor kinderen jonger dan 13 jaar. In andere landen kan er wel naar worden gevraagd. U kunt met het DigiD van uw kind een QR-code aanmaken in de CoronaCheck-app. Lees meer: DigiD aanvragen.
De brandharen van de rups kunnen bij aanraking je huid irriteren. De brandharen zijn zo klein dat je ze niet kunt zien. Bij contact met brandharen dringen ze gemakkelijk in de huid, ogen, oren of keel.
Je kunt bij contact met de brandharen binnen een paar uur klachten krijgen:
Er zijn dit jaar veel eikenprocessierupsen. Het voorkomen van contact met de haren van de rups is lastig.
Het is niet verstandig om de was buiten te drogen als er eikenprocessierupsen in de buurt voorkomen.
Als je de groenten goed wast, dan kun je ze gewoon eten. Het eten levert dus geen problemen op. Maar pas goed op bij het oogsten, er kunnen brandharen op de groenten zitten.
Loopt er een rups in je huis, tent of caravan?
Als er bomen met eikenprocessierupsen vlak bij je huis staan (binnen 50 tot 100 meter), dan kun je daar last van hebben. Je kunt de overlast beperken:
Nee, meestal verdwijnen de klachten vanzelf binnen een paar dagen tot twee weken. Zijn de klachten ernstiger, overleg dan met de huisarts.
Neem gladde oppervlakken en vloeren af met een natte doek of dweil. Ben je klaar? Gooi de doek of dweil weg of was deze op 60ºC.
Zitten er brandharen in je slaapkamer? Was dan ook je beddengoed op 60ºC.
Zitten er brandharen op je vloerbedekking? Deze zijn lastig te verwijderen. Je kunt de vloer stofzuigen op de laagste zuigstand. De haartjes van de eikenprocessierups zijn heel licht. Bij een te hoge zuigkracht blaast de stofzuiger de haartjes de lucht in. Ook is het belangrijk dat je stofzuiger een HEPA filter heeft. Zonder dit filter gaan de brandhaartjes weer uit de stofzuiger.
Voorkom dat brandharen of nesten het huis binnenwaaien. Houd de ramen gesloten als de wind in de richting van je huis staat. Je kunt pollenhorren gebruiken om brandharen tegen te houden. Hier kunnen nog wel haren door heen gaan.
Bescherm je goed voor je begint met schoonmaken:
Breek de tent niet af. Dit is om te voorkomen dat de haartjes uit de tent vrij komen. Laat de tent dus uitgezet staan tijdens het schoonmaken. Spoel de tent of caravan af met lauwwarm water en een spons. Voer het water af via het afvoerputje.
Ben je klaar met schoonmaken? Stop de materialen in een plastic zak. Knoop de zak dicht en gooi deze weg in de container.
De haren zijn lastig te verwijderen uit kleding. Het beste is om deze kleding goed te wassen. Liefst op 60ºC. Kan je kleding niet zo warm worden gewassen? Gebruik dan voor het wassen een plakroller om de haren te verwijderen.
Ja, dat kan. Maar bescherm je goed voor je begint met maaien:
Ben je klaar met maaien? Stop de veiligheidsmaterialen in een plastic zak. Knoop de zak dicht en gooi deze weg in de container.
Ja, vaak worden de klachten heftiger als je vaker in aanraking komt met de brandharen van de eikenprocessierups.
Spoel de haren weg met een zachte straal water uit de tuinslang of met een gietertje. Voer het water af via het afvoerputje.
Gooi het water weg. Voer het water af via het afvoerputje.
Vul het badje met nieuw water. Zorg met een zeiltje dat er geen nieuwe haren in het badje komen.
Ga niet zelf de rupsen bestrijden. Er is een grote kans dat je gezondheidsklachten krijgt als je het zelf doet. Daarnaast verspreid je de brandharen naar de omgeving. Laat nesten in je tuin verwijderen door een deskundig bedrijf.
De eikenprocessierups heeft natuurlijke vijanden. Bijvoorbeeld koolmezen en pimpelmezen, zij eten de rupsen. Nodig de meesjes uit in je tuin: hang vogelhuisjes voor ze op!
Enkele dagen voor het gezondheidsonderzoek ontvangt u een brief met het verzoek een vragenlijst in te vullen via MijnKindDossier of via portaal.jeugdnoordveluwe.nl. Mocht u hier vragen over hebben, dan kunt u deze stellen via het mailadres van de assistent jeugdgezondheid, dat in de brief staat vermeld.
Het gezondheidsonderzoek wordt uitgevoerd door de assistent jeugdgezondheid. De assistent jeugdgezondheid kijkt of het kind goed groeit, hoort en ziet. Zij weegt de kinderen met kleren aan, zonder schoenen.
Voorafgaand aan het gezondheidsonderzoek wordt gevraagd om een vragenlijst in te vullen. Deze vragenlijst is een hulpmiddel om de gezondheid van het kind in kaart te brengen. De vragenlijst geeft ook een beeld over de ontwikkeling van uw kind.
Alleen de assistent Jeugdgezondheid en de jeugdverpleegkundige kunnen de (digitale) vragenlijst inzien en wanneer het nodig is de jeugdarts ook.
De ingevulde vragenlijst komt in het dossier van uw kind.
Het invullen van vragenlijsten en/of meedoen met een gezondheidsonderzoek is niet verplicht. Wilt u geen gebruik maken van het gezondheidsonderzoek? Dan kunt u dit aangeven via MijnKindDossier of het portaal.jeugdnoordveluwe of via het mailadres van de assistent jeugdgezondheid dat in de brief staat. Vermeld a.u.b. de naam en geboortedatum van het kind dat niet meedoet met het onderzoek.
Het gezondheidsonderzoek is een check die laat zien hoe het met de leerling gaat. De jeugdverpleegkundige van de Jeugdgezondheid voert dit onderzoek uit. Tijdens het onderzoek bespreekt de jeugdverpleegkundige met de leerling zijn/haar gezondheid. Ook meet de jeugdverpleegkundige de lengte en het gewicht. Natuurlijk kunnen er ook vragen gesteld worden.
Als de leerling dit graag wil, kunnen ouder(s)/verzorger(s) bij dit onderzoek zijn. De leerling kan dit aan de jeugdverpleegkundige laten weten. De contactgegevens staan in de uitnodiging.
De vragenlijst is een hulpmiddel bij het gesprek met de jeugdverpleegkundige. De leerling en de jeugdverpleegkundige bespreken de antwoorden op de vragen. Alles wat is ingevuld, of wordt besproken, is vertrouwelijk. Alleen de jeugdverpleegkundige kan de vragenlijst inzien en wanneer het nodig de jeugdarts ook.
Soms lukt het niet om in te loggen. Dit heeft verschillende oorzaken. Je kunt ze vaak zelf oplossen:
Meedoen met een gezondheidsonderzoek is niet verplicht. Wil je niet meedoen aan het gezondheidsonderzoek? Stuur dan een e-mail naar jgz@ggdnog.nl. Noem in elk geval je naam en geboortedatum.
Ja dat kan, je kunt altijd mailen of bellen naar onze jeugdverpleegkundige: jgz@ggdnog.nl of 088 – 443 31 00 (tussen 8.00-12.00 uur).
Het gezondheidsonderzoek wordt uitgevoerd door de jeugdverpleegkundige. Samen met ouder(s)/verzorger(s) kijkt de jeugdverpleegkundige of het kind goed groeit, hoort en ziet. Er is ook ruimte voor vragen over bijvoorbeeld slapen, eten, bedplassen, computeren en gedrag. Bekijk hier een kort filmpje over dit gezondheidsonderzoek.
De vragenlijst is een hulpmiddel bij het gesprek met de jeugdverpleegkundige. Zo kan de jeugdverpleegkundige zien wat belangrijk is voor jullie om te bespreken. Ook geeft het een beeld over de ontwikkeling van je kind.
Je kunt de ingevulde vragenlijst meenemen naar het gezondheidsonderzoek. Alleen de jeugdverpleegkundige kan de vragenlijst inzien en wanneer het nodig is de jeugdarts ook.
Het invullen van vragenlijsten en/of meedoen met een gezondheidsonderzoek is niet verplicht. Wil je geen gebruik maken van het gezondheidsonderzoek? Stuur dan een e-mail naar jgz@ggdnog.nl. Vermeld de naam en geboortedatum van het kind dat niet meedoet met het onderzoek.
De GGD nodigt kinderen uit op een leeftijd tussen 4 en 6 jaar. Het kan zijn dat jouw kind jonger is dan de andere kinderen. Je kind ontvangt dan volgend jaar een uitnodiging.
De meeste scholen sturen de uitnodiging per mail door naar ouders. Er kunnen dan een paar dingen aan de hand zijn:
- De uitnodiging is in uw 'spambox' terecht gekomen.
- De school beschikt niet over het juiste e-mailadres.
De school heeft een overzicht van de geplande onderzoeken ontvangen. Het kan zijn dat school vergeten is om dit overzicht mee te sturen. Je kunt daarom het beste contact opnemen met de school.
Misschien kun je onderling met andere ouders ruilen? Je hoeft de GGD dan niet op de hoogte te stellen.
Lukt het niet om te ruilen? Bel dan zo snel mogelijk met de GGD, telefoonnummer 088 - 443 31 00. Dat kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 12.00 uur.
Als je geruild hebt met een andere ouder, dan klopt het bericht niet.
Heb je niet geruild, en klopt het bericht niet? Stuur dan een mail naar jgz@ggdnog.nl. Vermeld de naam en geboortedatum van je kind, zodat wij de afspraak kunnen controleren.
De GGD beschikt niet automatisch over mobiele telefoonnummers. Het kan zijn dat de GGD nog niet over jouw telefoonnummer beschikt. Tijdens het gezondheidsonderzoek kun je je telefoonnummer aan ons doorgeven.
Op elke school houdt de Jeugdverpleegkundige inloopspreekuren. Je kunt op school vragen wanneer er een inloopspreekuur JG is. Je kunt ook altijd mailen of bellen naar onze jeugdverpleegkundige.
De kinderen van groep 6 komen om de beurt bij de assistente van de Jeugdgezondheid. Dat kan tijdens een gewone les, of tijdens een gymles. Tijdens een gewone les meet en weegt de assistente de kinderen in hun kleding, zonder schoenen. Als het tijdens een gymles is, meet en weegt de assistente de kinderen in gymkleding. Ouders hoeven hier niet bij aanwezig te zijn.
Dat kan. Wij horen dat graag uiterlijk drie werkdagen van tevoren. In de informatie die u van school kreeg, staan de contactgegevens van de assistente die komt meten en wegen.
Nee, de JG meet en weegt alleen.
Dat horen wij graag uiterlijk drie werkdagen van tevoren van u. In de informatie die u van school kreeg, staat het e-mailadres van de assistente JG die komt meten en wegen.
Controleert een andere professional lengte en gewicht van uw kind al? Ook dan horen wij dit graag drie werkdagen van tevoren.
In verband met de privacy wordt de lengte en gewicht niet meegegeven aan uw kind. De Jeugdgezondheid registreert lengte en gewicht in het digitaal dossier JG. Hier staan ook de resultaten van eerdere metingen. Zo krijgt de JG een goed beeld van de groei van uw kind.
Als u niets hoort, dan groeit uw kind goed. Bij vragen of bijzonderheden neemt de JG contact met de ouders op, dit (school)jaar. Samen met u kijken we of het nodig is om een afspraak te maken. Dat kan een afspraak zijn met de jeugdverpleegkundige of met de jeugdarts.
U kunt contact met ons opnemen als u graag de lengte en het gewicht van uw kind wilt weten of bespreken. Als u het fijn vindt, maken we een afspraak samen met uw kind.
Met vragen, advies en informatie kunt u ook altijd terecht bij het inloopspreekuur van de Jeugdgezondheid op school. Vraag op uw school wanneer er weer een inloopspreekuur is.
Wie in een politiecel zit, mag om een arts vragen. De GGD-arts neemt dan de rol van huisarts over. Het komt ook voor dat de politie zelf een arts inschakelt.
Bijvoorbeeld als een arrestant onder invloed van alcohol en/of drugs is of als het bekend is dat hij of zij een ziekte heeft waarvoor een behandeling met medicijnen noodzakelijk is (zoals bijvoorbeeld astma, epilepsie, suikerziekte of drugsverslaving). Ook kan de forensische arts gevraagd worden om op het politiebureau te beoordelen of psychiatrische of andere hulp noodzakelijk is.
Als iemand overlijdt na een ongeval, euthanasie, een misdrijf of bij zelfmoord, is er sprake van een niet-natuurlijke dood. In al deze gevallen mag de behandelend arts geen overlijdenspapieren tekenen en wordt de gemeentelijk lijkschouwer ingeschakeld.
Deze is benoemd door de burgemeester. Ook als een behandelend arts twijfels heeft of zijn/haar patiënt wel aan een natuurlijke doodsoorzaak is overleden, moet hij of zij meteen een gemeentelijk lijkschouwer daarover informeren. De gemeentelijk lijkschouwer onderzoekt dan het lichaam (alleen uitwendig) en de omstandigheden rondom het overlijden. Dit gebeurt vaak samen met de politie/technische recherche. Op deze manier wordt de eventuele niet natuurlijke doodsoorzaak achterhaald en wordt het tijdstip van overlijden vastgesteld. Ook kan de arts de Officier van Justitie adviseren, bijvoorbeeld om een verzoek in te dienen voor een gerechtelijke sectie (autopsie) bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) in Den Haag.
Als iemand wordt aangehouden voor rijden onder invloed van alcohol of drugs, of medicijnen die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, wordt de forensisch arts soms gevraagd om bloed af te nemen.
Op deze manier kan het gehalte aan alcohol, drugs of medicijnen bepaald worden. Bij alcohol gebeurt dat alleen als de blaastest (wettig bewijs) niet lukt, of als de ademanalyse niet kan worden uitgevoerd (bijvoorbeeld bij opname in een ziekenhuis vanwege letsel dat ontstaan is door het gevolg van een ongeval na rijden onder invloed). Als er materiaal afgenomen moet worden om een DNA-profiel te maken, kan de forensisch arts gevraagd worden om een uitstrijk te maken van het wangslijmvlies.
Bij geweldsmisdrijven vraagt de politie soms aan de forensisch arts om een beschrijving te geven van het aangetroffen letsel.
Die beschrijving kan gebruikt worden bij de opsporing en bij een eventuele rechtszaak. Dat kan zowel bij het slachtoffer, als bij de potentiële verdachten van het misdrijf gebeuren.
Ook bij zedenmisdrijven vraagt de politie (alleen met toestemming van het slachtoffer) aan de forensisch geneeskundige om onderzoek te doen om sporen te verzamelen (veilig te stellen) en vastgestelde letsels te beschrijven. Hierbij wordt gebruikgemaakt van een door het NFI ontwikkelde Ondezoeksset Zedenmisdrijven.
Artikel 1.3: de wet is, met het oog op duurzame ontwikkeling, gericht op het in onderlinge samenhang: bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit (…).
Door er voor te zorgen dat de omgeving niet ziek maakt (gezondheidsbescherming) en ook door de ruimte zo in te richten dat die uitnodigt tot gezond gedrag (gezondheidsbevordering).
Een omgeving die groen is en uitnodigt tot bewegen (bv fiets- en wandelpaden) en ontmoeten.
Een omgeving met een goede luchtkwaliteit en weinig lawaai.
Gezondheidsproblemen kosten tijd (inzet van professionals) en geld (o.a. zorgkosten, voorzieningen en verzuim). Door iets te doen aan deze problemen leidt dit tot minder negatieve effecten en zorgt het voor een positievere inzet van mensen en middelen.
Daarnaast kan een gezonde omgeving een aantrekkelijk vestigingsklimaat zijn voor particulieren en bedrijven.
Bij de:
Door:
Een gezonde leefomgeving ondersteunt ‘zelfredzaamheid’, nodigt uit tot gezonde keuzes en maakt het mogelijk dat mensen naar eigen inzicht kunnen leven.
Ja, het gaat om collectieve preventie en gezondheidsbevordering.
Toezicht op de Wmo is wettelijk belegd bij iedere gemeente. In het kader hiervan hebben gemeenten aan GGD Noord- en Oost-Gelderland gevraagd om een risicoanalyse uit te voeren over de dienstverlening van zorginstellingen in de regio Achterhoek.
In 2016 heeft de GGD een onderzoek gedaan naar het opgroeiklimaat van jonge gezinnen in de gemeente Zutphen.
In dit onderzoek zijn diverse aspecten van ‘gezond opgroeien’ in kaart gebracht. Primair met behulp van bestaande gegevens en aanvullend door interviews met jonge ouders. Door middel van dit onderzoek is een beeld geschetst van het huidige opgroeiklimaat van jonge gezinnen en zijn de wensen en behoeften van jonge ouders in kaart gebracht. De gemeente gebuikt de resultaten voor hun jeugdbeleid.
Lees verder
De gemeente Heerde wil graag weten wat gebruikers van de Wmo en jeugdhulp vinden van de ondersteuning. De gemeente heeft dit nodig om de uitvoering van de Wmo en de Jeugdhulp – waar nodig- te verbeteren. Lees verder
De gemeente Doetinchem heeft het lef getoond om onderzoek te verrichten naar de effecten van het beleid in het Sociale Domein en hier ook mee naar buiten te treden. Lees verder
In 2016 heeft Evaluatiebureau Publieke Gezondheid in opdracht van Stichting Jeugd Noord-Veluwe een adviserende rol gehad bij het definiëren van prestatie-indicatoren Jeugd.
Zie voor meer informatie: www.kvnog.nl
Het GGD-bestuur heeft de GGD-taken ingedeeld A-, B-, C-, en D-taken. Deze indeling laat zien wat de verantwoordelijkheid van de gemeenten voor de verschillende GGD-taken is. In het kort is de indeling:
Voor meer informatie over lokaal maatwerk en intensieve samenwerking bekijk deze infographic.
Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2022 hebben de gemeenten nieuwe colleges van B&W gevormd. De samenstelling van het GGD-bestuur is ook vernieuwd. Het nieuwe bestuur werkt aan een bestuursagenda die richting geeft aan de beïnvloedbare GGD-taken in de komende jaren.
Het dagelijks bestuur wil de concept-bestuursagenda in april 2023 aan de gemeenteraden voorleggen. Dan kunnen de raden een zienswijze indienen. Dit is tegelijk met de zienswijzenprocedure voor de Programmabegroting 2024.
Ieder jaar stelt het dagelijks bestuur van de GGD een uitgangspuntennota op. Hierin staan de algemene beleidsmatige en financiële kaders voor de betreffende begroting. In december 2021 stelde het dagelijks bestuur de Uitgangspuntennota 2023 vast. De raden van de gemeenten kunnen hierop een zienswijze geven. Deze zienswijzen betrekt het dagelijks bestuur bij het opstellen van de Programmabegroting 2023.
Leest u ook de uitgangspunten voor de begroting 2022.
Op 8 juli 2021 stelde het algemeen bestuur de Programmabegroting voor het jaar 2022 vast, en op 18 november 2021 de tweede begrotingswijziging 2022. Op 17 februari 2022 zijn door het algemeen bestuur de derde begrotingswijziging en vierde begrotingswijziging vastgesteld en op 7 juli 2022 de vijfde begrotingswijziging 2022. In de vergadering van het algemeen bestuur van 17 november 2022 is de zesde begrotingswijziging voor de Programmabegroting 2022 vastgesteld.
In de vergadering van het algemeen bestuur van 7 juli 2022 zijn de Programmabegroting 2023 en de eerste begrotingswijziging 2023 en de tweede begrotingswijziging 2023 vastgesteld. Op 17 november 2022 stelde het algemeen bestuur de derde begrotingswijziging 2023 en de vierde begrotingswijziging 2023 vast.
Na afloop van ieder jaar legt het bestuur verantwoording af in de jaarstukken. Het algemeen bestuur stelde op 7 april 2022 de jaarstukken 2021 vast.
De jaarstukken 2020 zijn op 8 april 2021 door het algemeen bestuur van de GGD vastgesteld.
De 22 gemeenten in het werkgebied van GGD NOG hebben hun afspraken over samenwerking voor de GGD vastgelegd in een gemeenschappelijke regeling, de 'statuten' van de GGD. De gemeenschappelijke regeling bepaalt welke taken de GGD heeft, hoe het bestuur wordt samengesteld en hoe de financiën worden geregeld. Zie de volledige tekst op Gemeenschappelijke regeling GGD Noord- en Oost-Gelderland 2016 (GR GGD NOG – 6e wijziging) (overheid.nl)
Per 1 juli 2022 is de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) gewijzigd. Deze wijziging heeft als doel versterking van:
De wijzigingen betreffen diverse onderwerpen, zoals het instellen van een adviescommissie met raadsleden, burgerparticipatie, een actieve informatieplicht en evaluatie van de GR.
Voor 1 juli 2024 moet de gemeenschappelijke regeling zijn aangepast aan deze wetswijziging. Zoals het er nu uitziet, kunnen de gemeenteraden in het najaar 2023 hun zienswijze geven op de voorgestelde wijziging van de GR GGD NOG. Vervolgens beslissen de raden in het voorjaar 2024 over de toestemming aan het college van B&W voor de (definitieve) wijziging van de GR.
Houd de zon zoveel mogelijk buiten uw woning. Gebruik zonwering van zonsopgang tot zonsondergang. Zonwering aan de buitenkant helpt het beste. Een zonnescherm uit, een schaduwdoek of wit laken ophangen aan de buitenkant van de ramen helpt tegen zoninstraling. Doe rolgordijnen, lamellen, luxaflex dicht als u geen zonwering aan de buitenkant heeft.
Drink veel water, thee of koffie. Liefst verdeeld over de dag. Ouderen hebben minder dorstgevoel. Drink ook als u geen dorst heeft. Het is ook belangrijk iets zouts te eten of te drinken zoals bouillon. U drinkt te weinig als u minder plast dan gebruikelijk of als de urine donker van kleur is. Door te zweten, verlies je ongemerkt veel vocht maar ook zout.
Let op: als de huisarts heeft gewaarschuwd om niet te veel te drinken, vraag dan aan uw huisarts advies wat minimaal gedronken moet worden.
Ouderen en personen met een kwetsbare gezondheid hebben sneller last van hitte. Ze hebben daarom eerder hulp nodig. Houd daarom bij warm weer een extra oogje in het zeil en bied waar nodig een helpende hand.
Zorgt u voor iemand? Help tijdig bij maatregelen tegen hitte als iemand ze niet goed zelfstandig uit kan voeren. Zorg tijdens uw eigen vakantie dat er vervangende hulp geregeld is.
Doe rustig aan en draag dunne, lichte kleding. Blijf in de schaduw en beperk lichamelijke inspanning in de middag (tussen 12:00 en 18:00 uur). Maak gebruik van de koelere ochtend en avond voor uw boodschappen of wandeling. Neem een verkoelend (voeten)bad of een douche.
Bij een aantal aandoeningen kunnen medicijnen de temperatuurregulatie beïnvloeden. Voorbeelden zijn medicijnen bij hartfalen, angina pectoris, hoge bloeddruk, de ziekte van Parkinson, depressie en psychose.
Meer informatie over deze medicijnen is te vinden op de volgende websites:
Als je kind in groep 2 zit is mogen jullie samen op bezoek komen bij de jeugdverpleegkundige. We sturen je hiervoor een uitnodiging en vragenlijst. Tijdens de afspraak kijken we naar de ontwikkeling van je kind. Zo doen we bijvoorbeeld een ogen- en gehoortest en gaan we meten en wegen. Daarnaast praten we over de gezondheid, het gedrag en de opvoeding van je kind. Heb je vragen of advies nodig? Daar is deze afspraak gelijk een goed moment voor!
Bekijk hier een filmpje hoe het gezondheidszonderzoek gaat.
In groep 6 komen wij langs om je kind te wegen en te meten. Meestal is dit gekoppeld aan de gymles. Wij vinden het belangrijk dat het wegen en meten voor kinderen zo prettig mogelijk gebeurt. Kinderen ervaren het meten en wegen tijdens een gymles als een natuurlijk onderdeel van de les. Hierdoor is het niet zo spannend. Via school hoor je wanneer jouw kind aan de beurt is. Soms wordt je kind nog een keer uitgenodigd voor een onderzoek.
Onze assistenten JG geven in groep 7 een interactieve les over gezonde Leefstijl. Met veel enthousiasme proberen zij de leerlingen bewust te maken van wat een 'gezonde leefstijl' is. Het gaat bijvoorbeeld over: Puberteit, voeding, Voeding en beweging, media.
Alle leerlingen uit klas 1 worden uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. Zij vullen thuis een digitale vragenlijst in. De vragen gaan over gezondheid en welzijn. De leerlingen krijgen na het invullen direct online tips. Tijdens het gezondheidsonderzoek weegt en meet de jeugdverpleegkundige de leerlingen. Ook kunnen de leerlingen zelf hun vragen stellen. Klik hier voor de meest gestelde vragen over het gezondheidsonderzoek.
Gaat je kind voor het eerst naar speciaal onderwijs? Dan bekijkt onze jeugdarts het dossier van je kind. Hij of zij beoordeelt wanneer een afspraak gewenst is: op korte termijn of pas op een later moment. We nodigen jullie uit voor een gezondheidsonderzoek. Bij de uitnodiging ontvang je als ouder/verzorger een vragenlijst om van tevoren in te vullen. Samen bespreken we de ontwikkeling van je kind. Eventuele vragen en zorgen kun je tijdens het onderzoek bespreken.
Als je kind 5 jaar oud is, mogen jullie samen langs bij de jeugdarts. We sturen je hiervoor een uitnodiging en vragenlijst naar je huisadres. De jeugdarts kijkt naar gezondheid en ontwikkeling, meet lengte en gewicht. En doet een gehoor- en oogtest. Daarnaast praten we over bijvoorbeeld eten, zindelijkheid, slapen, opvoeden en het gedrag van je kind. Heb je vragen of advies nodig? Daar is deze afspraak gelijk een goed moment voor!
Bekijk het filmpje om te zien hoe het onderzoek bij 5-jarigen gaat.
Als je kind 10 of 11 jaar oud is, komen we weer langs. De jeugdarts kijkt naar gezondheid en ontwikkeling, meet lengte en gewicht. En doet een gehoor- en oogtest. Als het nodig is doet de jeugdarts nog extra lichamelijk onderzoek. Je kind mag altijd het ondergoed aanhouden. Daarnaast praten we over bijvoorbeeld voeding, slapen, gedrag en opvoeding. Hebben jullie vragen over gezondheid of ontwikkeling? Stel ze vooral!
We nodigen je kind weer uit voor een gezondheidsonderzoek als hij of zij in de eerste klas van het voortgezet speciaal onderwijs zit. Ook dan meten en wegen we jouw kind weer.
Je kunt altijd - buiten de vaste afspraken om - bij ons terecht voor advies en ondersteuning als het om gezondheid en opvoeden gaat. Maak bijvoorbeeld gebruik van ons:
Een aantal keer per jaar houdt de jeugdverpleegkundige een spreekuur op basis- en op voortgezet onderwijs. Ouders, leerlingen en leerkrachten zijn welkom. De jeugdverpleegkundige helpt bij vragen over onder andere: gezondheid, opvoeding, ontwikkeling, pesten, faalangst, overgewicht, voeding of zindelijkheid. Als het nodig is schakelt de jeugdverpleegkundige de jeugdarts in. Bijvoorbeeld bij problemen met: horen, zien, groei, ontwikkeling en gedrag. Je kunt op school vragen wanneer er spreekuren zijn.
Een onverwacht sterfgeval doet zich - gelukkig - niet vaak voor binnen een school. Als het zich voordoet, is het een gebeurtenis die de hele schoolgemeenschap raakt. Om scholen te ondersteunen bij een plotselinge dood van een leerling of leerkracht heeft de GGD een protocol opgesteld.
Het protocol bevat onder meer achtergrondinformatie, verwijzingen, gesprekstips, aandachtspunten voor het verwerkingsproces en standaardbrieven. Het protocol is ook toegevoegd aan de materialen die het Informatie- en Documentatiecentrum uitleent over 'dood en rouw'.
Leraren op school worden regelmatig geconfronteerd met leerlingen die klagen over pijn die meestal met eenvoudige middelen te verhelpen is zoals hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn ten gevolge van een insectenbeet. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouders(s)/verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen toe te dienen.
Een enkele keer wordt werkelijk medisch handelen van leraren gevraagd zoals het geven van sondevoeding, het toedienen van een zetpil of het geven van een injectie. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden. Leraren begeven zich dan op een terrein waarvoor zij niet gekwalificeerd zijn. Met het oog op de gezondheid van kinderen is het van groot belang dat zij in dergelijke situaties zorgvuldig handelen. Zij moeten daarbij over de vereiste bekwaamheid beschikken. Leraren en schoolleiding moeten zich realiseren dat wanneer zij fouten maken of zich vergissen zij voor deze handelingen aansprakelijk gesteld kunnen worden. Daarom wil GGD Noord- en Oost-Gelderland middels dit protocol scholen een handreiking geven over hoe in deze situaties te handelen.
De drie te onderscheiden situaties zijn:
De eerste situatie laat de school en leraar geen keus. De leerling wordt ziek of krijgt een ongeluk en de leraar moet direct bepalen hoe hij moet handelen. Bij de tweede en de derde situatie kan de schoolleiding kiezen of zij wel of geen medewerking verleent aan het geven van medicijnen of het uitvoeren van een medische handeling. Voor de individuele leraar geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht.
Hieronder wordt elk onderdeel beschreven. In de bijlage is het toestemmingsformulier en/of bekwaamheidsverklaring te vinden. Zijn er naar aanleiding van dit protocol nog vragen neem dan contact op met de jeugdarts van de GGD van uw school.
Regelmatig komt een kind ’s morgens gezond op school en krijgt het tijdens de schooluren last van hoofd- buik- of oorpijn. Ook kan het bijvoorbeeld door een insect geprikt worden. Een leraar verstrekt dan vaak - zonder toestemming of medeweten van ouders - een 'paracetamolletje' of wrijft Azaron op de plaats van een insectenbeet.
In zijn algemeenheid is een leraar niet deskundig om een juiste diagnose te stellen. De grootst mogelijke terughoudendheid is hier dan ook geboden. Uitgangspunt moet zijn dat een kind dat ziek is, naar huis moet. De schoolleiding zal, in geval van ziekte, altijd contact op moeten nemen met de ouders om te overleggen wat er moet gebeuren (is er iemand thuis om het kind op te vangen, wordt het kind gehaald of moet het gebracht worden, moet het naar de huisarts, etc.?). Ook wanneer een leraar inschat dat het kind bij een eenvoudig middel gebaat is, dan is het gewenst om altijd eerst contact te zoeken met de ouders. Wij adviseren u het kind met de ouders te laten bellen. Vraag daarna om toestemming aan de ouders om een bepaald middel te verstrekken.
Problematisch is het wanneer de ouders en andere, door de ouders aangewezen vertegenwoordigers, niet te bereiken zijn. Het kind kan niet naar huis gestuurd worden zonder dat daar toezicht is. Ook kunnen de medicijnen niet met toestemming van de ouders verstrekt worden. De leraar kan dan besluiten, eventueel na overleg met een collega, om zelf een eenvoudig middel te geven. Daarnaast moet hij/zij inschatten of niet alsnog een (huis)arts geraadpleegd moet worden. Raadpleeg bij twijfel altijd een arts. Zo kan bijvoorbeeld een ogenschijnlijk eenvoudige hoofdpijn een uiting zijn van een veel ernstiger ziektebeeld. Het blijft zaak het kind voortdurend te observeren.
Iedere situatie is anders zodat we niet uitputtend alle signalen kunnen benoemen die zich kunnen voordoen.
Zaken waar u op kunt letten:
Realiseert u dat u geen arts bent en raadpleeg, bij twijfel, altijd een (huis)arts. Dit geldt uiteraard ook wanneer de pijn blijft of de situatie verergert. De zorgvuldigheid die u hierbij in acht moet nemen is dat u handelt alsof het uw eigen kind is.
Kinderen krijgen soms medicijnen of andere middelen voorgeschreven die zij een aantal malen per dag moeten gebruiken, dus ook tijdens schooluren. Te denken valt bijvoorbeeld aan pufjes voor astma, antibiotica of zetpillen bij toevallen. Ouders vragen dan aan de schoolleiding of een leraar deze middelen wil verstrekken. In deze situatie is de toestemming van de ouders gegeven. Het is in dit geval van belang deze toestemming schriftelijk vast te leggen.
Meestal gaat het niet alleen om eenvoudige middelen, maar ook om middelen die bij onjuist gebruik tot schade van de gezondheid van het kind kunnen leiden. Leg daarom schriftelijk vast om welke medicijnen het gaat, hoe vaak en in welke hoeveelheden ze moeten worden toegediend en op welke wijze dat dient te geschieden. Hiervoor is een medicijninstructie toegevoegd in bijlage 2.
Leg verder de periode vast waarin de medicijnen moeten worden verstrekt, de wijze van bewaren, opbergen en de wijze van controle op vervaldatum. Ouders geven hierdoor duidelijk aan wat zij van de schoolleiding en de leraren verwachten en die weten op hun beurt weer precies wat ze moeten doen en waar ze verantwoordelijk voor zijn.
Wanneer het gaat om het verstrekken van medicijnen gedurende een lange periode moet regelmatig met ouders overlegd worden over de ziekte en het daarbij behorende medicijngebruik op school. Een goed moment om te overleggen is wanneer ouders een nieuwe voorraad medicijnen komen brengen.
Praktische adviezen:
Het is van groot belang dat een langdurig ziek kind of een kind met een bepaalde handicap zoveel mogelijk gewoon naar school gaat. Het kind heeft contact met leeftijdsgenootjes, neemt deel aan het normale leven van een schoolkind en wordt daardoor niet de hele dag herinnerd aan zijn handicap of ziek zijn. Gelukkig zien steeds meer scholen in hoe belangrijk het is voor het psychosociaal welbevinden van het langdurig zieke kind om indien mogelijk, naar school te gaan.
Medische handelingen
In hoog uitzonderlijke gevallen zullen ouders aan schoolleiding en leraren vragen handelingen te verrichten die vallen onder medisch handelen. Te denken valt daarbij aan het geven van sondevoeding, het meten van de bloedsuikerspiegel bij suikerpatiënten door middel van een vingerprikje. In zijn algemeenheid worden deze handelingen door medewerkers van de thuiszorg of de ouders zelf op school verricht. In zeer uitzonderlijke situaties, vooral als er sprake is van een situatie die al langer bestaat, wordt door de ouders wel eens een beroep op de schoolleiding en de leraren gedaan. Bij voorkeur zouden scholen een vaste ruimte moeten hebben waar leerlingen zelf kunnen prikken (vb. diabetes) (met name VO).
Schoolbesturen moeten zich, wanneer wordt overgaan tot het uitvoeren van een medische handeling door een leraar, wel realiseren dat zij daarmee bepaalde verantwoordelijkheden op zich nemen. Dit hoeft niet onoverkomelijk te zijn, maar het is goed zich te realiseren wat hiervan de consequenties kunnen zijn. Het zal duidelijk zijn dat de ouders voor dergelijke ingrijpende handelingen hun toestemming moeten geven. Zonder toestemming van de ouders kan een schoolleiding of leraar al helemaal niets doen. Gezien de ingrijpendheid van de handelingen moet een schoolleiding een schriftelijke toestemming van de ouders vragen.
Wettelijke regels
Voor de hierboven genoemde medische handelingen heeft de wetgever een aparte regeling gemaakt. De wet beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (wet BIG) regelt wie wat mag doen in de gezondheidszorg. De wet BIG is bedoeld voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en geldt als zodanig niet voor onderwijzend personeel. Dat neemt niet weg dat in deze wet een aantal waarborgen worden gegeven voor een goede uitoefening van de beroepspraktijk aan de hand waarvan ook een aantal regels te geven zijn voor schoolbesturen en leraren als het gaat om in de wet BIG genoemde medische handelingen. Bepaalde handelingen – de zogenaamde voorgehouden handelingen – mogen alleen verricht worden door artsen. Anderen dan artsen mogen medische handelingen alleen verrichten in opdracht van een arts. De betreffende arts moet zich er dan van vergewissen dat degene die niet bevoegd is, wel de bekwaamheid bezit om die handelingen te verrichten.
Vorenstaande is ook van toepassing wanneer een leraar bij een leerling een medische handeling verricht. Technisch gezien vallen leraren niet onder de wet BIG. Deze geldt alleen voor medische - en paramedische beroepen. Soms worden leraren betrokken bij de zorg rond een ziek kind en worden daarmee partners in zorg. In zo’n geval kan het voorkomen dat leraren gevraagd wordt om een medische handeling bij een kind uit te voeren. Deze, niet alledaagse, positie van de leraar moet hierbij serieus genomen worden. Daarom moet een leraar een gedegen instructie krijgen hoe hij de handeling moet uitvoeren. Het naar tevredenheid uitvoeren van deze handeling wordt schriftelijk vastgelegd in een bekwaamheidsverklaring. Zodoende wordt een optimaal mogelijke zekerheid aan kind, ouders, leraar en schoolleiding gewaarborgd. Ook voor de verzekeraar van de school zal duidelijk zijn dat er zo zorgvuldig mogelijk is gehandeld. Dit betekent dat een leraar in opdracht van een arts moet handelen die hem bekwaam heeft verklaard voor het uitvoeren van die medische handeling.
Binnen organisaties in de gezondheidszorg is het gebruikelijk dat een arts, of een door hem aangewezen en geïnstrueerde vertegenwoordiger, een bekwaamheidsverklaring afgeeft met het oog op eventuele aansprakelijkheden. Heeft een leraar geen bekwaamheidverklaring dan kan hij bij onoordeelkundig handelen aangesproken worden voor de aangerichte schade. Het schoolbestuur is echter weer verantwoordelijk voor datgene wat de leraar doet. Kan een schoolbestuur een bekwaamheidsverklaring van een arts overleggen, dan kan niet bij voorbaat worden aangenomen dat de schoolleiding onzorgvuldig heeft gehandeld.
Een schoolbestuur dat niet kan bewijzen dat een leraar voor een bepaalde handeling bekwaam is, raden wij aan de medische handelingen niet te laten uitvoeren. Een leraar die wel een bekwaamheidsverklaring heeft, maar zich niet bekwaam acht - bijvoorbeeld omdat hij deze handeling al een hele tijd niet heeft verricht zou de medische handeling eveneens niet mogen uitvoeren . Een leraar die onbekwaam en/of zonder opdracht van een arts deze handeling verricht is niet alleen civielrechtelijk aansprakelijk (betalen van schadevergoeding), maar ook strafrechtelijk (mishandeling).
Het schoolbestuur kan op zijn beurt als werkgever eveneens civiel- en strafrechtelijk aansprakelijk gesteld worden. Om zeker te zijn dat de civielrechtelijke aansprakelijkheid gedekt is, is het raadzaam om, voordat er wordt overgegaan tot medisch handelen, contact op te nemen met de verzekeraar van de school. Het kan zijn dat bij de beroepsaansprakelijkheid de risico’s die zijn verbonden aan deze medische handelingen niet zijn meeverzekerd. Dat hoeft op zich geen probleem te zijn, omdat wanneer de verzekeraar van een en ander op de hoogte wordt gesteld hij deze risico’s kan meeverzekeren, eventueel tegen een hogere premie en onder bepaalde voorwaarden (bijvoorbeeld een bekwaamheidsverklaring).
Mocht zich onverhoopt ten gevolge van een medische handeling een calamiteit voordoen stel u dan direct in verbinding met de huisarts en/of specialist van het kind. Bel bij een ernstige situatie direct het landelijke alarmnummer 112. Zorg ervoor dat u alle relevante gegevens van het kind. Geef verder door naar aanleiding van welke handeling de calamiteit zich heeft voorgedaan en welke verschijnselen bij het kind waarneembaar zijn.
In de puberteit vinden allerlei ontwikkelingen in de hersenen plaats. Pubers hebben daardoor soms moeite met concentreren en keuzes maken. Ook het lichaam van pubers ontwikkelt zich onder invloed van hormonen in de richting van volwassenheid. Pubers krijgen seksuele gevoelens en gaan zich anders gedragen. Al deze veranderingen hangen samen met hun sociaal-emotionele ontwikkeling. De leeftijd waarop je kind in de puberteit komt, kan nogal verschillen. Meisjes beginnen eerder met een snelle groei dan jongens. Pubers groeien toe naar zelfstandigheid. Ze zijn veel met zichzelf bezig en gaan ontdekken wie ze zijn; ze ontwikkelen hun eigen identiteit. In het filmpje hieronder, gaat het over het zelfstandig worden van je puber. Filmpje van Fiona
Informatie over de puberteit voor je zoon of dochter is te vinden in de pubergids.
Bij de seksuele opvoeding is het belangrijk dat je kind voor zichzelf kan opkomen en kan laten merken wat het niet of juist wel wil. Het is belangrijk dat je hierover als ouder met je kind spreekt. Het is normaal dat kinderen wel eens onzeker zijn in de puberteit, over hun lichaam bijvoorbeeld, of hun populariteit, of de eerste keer verliefd zijn. Fiona vertelt je hier meer over.
Onzekere, blije, positieve en wisselende emoties horen bij deze leeftijd. Sommige pubers kunnen ook angstig zijn of overal controle over willen houden. Praat hierover met je kind, want dit soort gevoelens zijn vaak nieuw voor ze en ze weten niet altijd hoe ze daarmee om kunnen gaan. Als een puber met zichzelf in de knoop zit, wacht dan niet af, maar bespreek het, samen met je kind, op school of met een deskundige. Problemen zijn gemakkelijker oplosbaar als ze klein zijn, en er thuis over wordt gepraat. Pubers leren zichzelf steeds beter kennen en kunnen zich meer inleven in anderen en steeds beter samenwerken. Als ouder kun je jouw puber helpen zich emotioneel goed te ontwikkelen. In dit filmpje geeft Fiona tips over omgaan met het zelfstandig worden van je puber: https://www.youtube.com/watch?v=4jhs0HQuTRs
Pubers kunnen onzeker worden van al die veranderingen in hun lichaam en door de nieuwe eisen die aan hen worden gesteld op de middelbare school, door leeftijdsgenoten en anderen. Soms merk je als ouder misschien niet meteen dat je puber onzeker is. Dat geldt vooral voor jongens. Die kunnen zich dan stoer of brutaal gedragen. Probeer hier doorheen te kijken, want er zit vaak een onzeker kind achter die boze of koppige puber bekijk het volgende filmpje hierover: https://www.youtube.com/watch?v=4jhs0HQuTRs
In de puberteit is contact met leeftijdgenoten erg belangrijk. Elkaar ‘live’ treffen en sociale media zijn populair bij jongeren. Als ze geen internet hebben om contact te kunnen maken met hun vrienden, kunnen ze zich heel eenzaam voelen.
Online contact is een aanvulling op offline contact. Jonge pubers (12-15 jaar) zijn nog aan het ontdekken hoe online communicatie werkt. Ze begrijpen elkaar vaak verkeerd, er kan pestgedrag en ruzie ontstaan. Ook zijn ze erg bang om buitengesloten te worden. Hierdoor moeten ze van zichzelf misschien alle berichtjes lezen, ook al zijn het er honderden.
Sociale media kan je kind tot laat in de nacht bezighouden. Het is dan moeilijk om in slaap te vallen. Steeds vaker krijgen pubers hierdoor moeite met slapen. Als ouder kun je een belangrijke rol spelen. Zowel door het gesprek te blijven voeren met je kind over media en wat er online gebeurt en door afspraken hierover te maken. Je kunt ook een rol spelen als het gaat om het (slaap)gedrag van je kind. Door bijvoorbeeld vanaf jonge leeftijd in de slaapkamer de media te vervangen door een wekker. Zo ontkoppel je het slapen van beeldschermgebruik. Geef als ouder ook het goede voorbeeld.
Als cijfers op school achteruitgaan, en je kind ziet zijn vrienden niet meer ‘in de echte wereld’, dan is dit een signaal dat je kind (game) verslaafd kan zijn. Wacht niet, maar bespreek het op school of met een deskundige buiten school. Zie voor meer informatie en tips:
De Kindermonitor is een onderzoek naar het opvoeden en opgroeien van kinderen van 0-12 jaar in de regio Noord- en Oost-Gelderland. Ouders/verzorgers van kinderen in deze leeftijd wordt gevraagd om een vragenlijst over hun kind in te vullen.
Om de vier jaar onderzoekt de GGD in opdracht van de gemeenten hoe het gaat met de jongste inwoners (0-12 jaar). Hoe staat het met hun gezondheid? Zijn er voldoende voorzieningen voor uw kind? En dit jaar natuurlijk: welke gevolgen heeft de coronapandemie op het welzijn van de kinderen? De antwoorden op dit soort vragen helpen de gemeente om goede keuzes te maken. Keuzes die bijdragen aan een gezond en prettig leven voor uw kind.
In het onderzoek worden vragen gesteld over de gezondheid, de opvoeding en het welbevinden van uw kind. Het gaat bijvoorbeeld over voeding, bewegen en vrije tijd. Maar ook over hoe uw kind zich voelt en hoe het in de opvoeding gaat. Om te weten te komen wat de impact van de coronaperiode is op kinderen zijn extra vragen toegevoegd.
Bij de Kindermonitor werken we samen met de Jeugdgezondheidszorg-organisaties voor 0-4 jarigen in deze regio: Yunio, Vérian, Icare en CJG Apeldoorn. Daarnaast werken we ook samen met de andere GGD’en in Gelderland en Overijssel. Zij voeren gelijktijdig ook de Kindermonitor uit. Het versturen van de brieven, en het beheer van de digitale vragenlijst gebeurt door onderzoeksbureau I&O Research.
De antwoorden op de vragenlijst worden losgekoppeld van uw naam en adres gegevens. De verzamelde gegevens worden verwerkt door onderzoekers van de GGD. Uw gemeente krijgt de resultaten van het onderzoek. Deze gegevens worden gebruikt bij het vaststellen van gezondheids- en jeugdbeleid in de gemeente. In de resultaten van het onderzoek worden alleen gegevens gepresenteerd van de totale groep kinderen en ouders waarover de vragenlijst is ingevuld en van subgroepen, zoals jongens en meisjes.
De deelnemers aan dit onderzoek zijn ouders/verzorgers van kinderen van 0-12 jaar. Uit de adressenregistratie zijn willekeurig adressen gekozen. De GGD stuurt alleen deze geselecteerde personen een uitnodiging voor het onderzoek. Samen vormen zij een doorsnee van de bevolking. Personen die niet geselecteerd zijn, krijgen geen vragenlijst en kunnen niet aan het onderzoek meedoen.
In de digitale vragenlijst wordt een vraag opgenomen waarmee (expliciete) toestemming wordt gevraagd voor het gebruik van de gegevens die u invult. Deelname aan het onderzoek is altijd vrijwillig. Daarnaast mag u een vraag overslaan, wanneer u deze niet wilt beantwoorden. Uw antwoorden worden altijd vertrouwelijk behandeld.
Ja, heel graag. We willen met dit onderzoek een goed beeld krijgen van het opgroeien en opvoeden in uw gemeente, dus niet alleen van mensen waarmee het niet goed gaat. Het zou jammer zijn als ouders van kinderen waar het goed mee gaat niet zouden meedoen, omdat dit de resultaten zou vertekenen.
Nee, u bent niet verplicht om mee te doen. We stellen het wel zeer op prijs. Uw deelname is namelijk belangrijk, want met de resultaten van het onderzoek kunnen gemeenten en andere organisaties in de regio hun activiteiten beter aanpassen op de vragen van de kinderen en hun ouders.
Nee, het is belangrijk dat de vragenlijst wordt ingevuld door de persoon aan wie de uitnodigingsbrief is gericht. Controleer daarom of u de ouder/verzorger bent van het kind dat op de brief staat. Is dit niet het geval, wilt u de vragenlijst dan doorgeven aan de
persoon aan wie de vragenlijst is gestuurd?
Het is belangrijk dat de vragenlijst wordt ingevuld over het kind dat in de uitnodigingsbrief wordt genoemd. U mag dus niet de vragenlijst invullen over een ander kind in uw gezin.
Nee, uw kind dat in de brief wordt genoemd is willekeurig geselecteerd uit ons adressenregister. Wij verzoeken u vriendelijk om de vragenlijst in te vullen over het kind dat bovenaan de brief genoemd is.
U kunt de vragenlijst tot 10 december invullen. Daarna kunt u niet meer meedoen.
Waarschijnlijk heeft u de vragenlijst ingevuld nadat de herinneringen zijn klaar gemaakt voor verzending met de post. U hoeft de GGD hier niet over te bellen en u kunt de herinnering weggooien.
Om te zorgen dat zoveel mogelijk mensen meedoen, sturen we een herinnering.
Bij dit onderzoek zijn de gegevens van de deelnemers veilig. Dat is verplicht. Dit is onder andere in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) bepaald. Er zijn verschillende maatregelen getroffen om de gegevens van de deelnemers te beschermen. Zo schrijft de wet voor dat de gegevens alleen voor statistische doelen gebruikt mogen worden. Meer over hoe de GGD met uw privacy omgaat kunt u lezen in de privacyverklaring.
In dit onderzoek beschermen wij de privacy zoals in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) staat. De onderzoeksgegevens worden niet gekoppeld aan uw naam- en adresgegevens. Het onderzoek gaat niet om individuele personen. In de resultaten van het onderzoek worden gegevens gepresenteerd van groepen. Er wordt wel een inlogcode gebruikt voor het invullen van de digitale vragenlijst. Deze code worden alleen gebruikt om een herinnering te kunnen sturen naar de mensen die de vragenlijst nog niet hebben ingevuld. En door die code is het mogelijk de vragenlijst tussentijds af te breken en later verder in te vullen.
Alle inwoners van een gemeente staan in het bevolkingsregister van die gemeente. De gemeente is verplicht op grond van wet- en regelgeving uw (persoons-)gegevens uit het bevolkingsregister te verstrekken aan bepaalde (overheids-)instanties. Omdat de GGD een overheidsinstantie is en wij een wettelijke taak hebben om dit onderzoek uit te voeren, krijgen we van de gemeente uw gegevens. Uit ons register zijn willekeurig namen en adressen getrokken. Uw kind is toevallig ook één van de personen die wij op deze manier geselecteerd hebben.
Na 10 december kan de vragenlijst niet meer worden ingevuld en worden uw naam en adresgegevens verwijderd door het onderzoeksbureau. Vanaf dan zijn uw antwoorden ook niet meer direct terug te leiden naar u of uw kind. Tot 10 december heeft u dus nog de mogelijkheid op inzage, rectificatie, beperking en verwijdering van uw antwoorden, na deze datum is dit niet meer mogelijk omdat de data niet meer naar u te herleiden zijn.
Dit onderzoek wordt door de GGD uitgevoerd in samenwerking met een onderzoeksbureau (I&O Research in Enschede). Via de inlogpagina komt u terecht op de afgeschermde pagina van het onderzoeksbureau. Hier kunt u veilig uw antwoorden geven op de vragen die we stellen. Voor anderen is het onmogelijk om op deze pagina te komen. De gegevens worden vertrouwelijk behandeld en alleen voor dit onderzoek gebruikt.
Nee, wij gebruiken uw naam en adres alleen voor het versturen van de vragenlijsten en voor de herinneringen. Het bestand met namen en adressen wordt na afloop vernietigd. Het onderzoek gaat ook niet om individuele personen. In de resultaten van het onderzoek worden alleen maar gegevens gepresenteerd van groepen.
Het is mogelijk dat u de vragenlijst niet wilt of kunt invullen. Neem dan contact op met 0800-0191 (gratis) of helpdesk@ioresearch.nl. De helpdesk is geopend van maandag tot en met vrijdag tussen 8.30 en 21.30 uur en op zaterdag van 10.00-16.00 uur.
U kunt te allen tijde stoppen met de vragenlijst. Indien u geen herinnering meer wilt ontvangen kunt u zich afmelden door contact op te nemen met 0800-0191 (gratis) of helpdesk@ioresearch.nl. De helpdesk is geopend van maandag tot en met vrijdag tussen 8.30 en 21.30 uur en op zaterdag van 10.00-16.00 uur.
Ondanks de zorgvuldige manier van adressen verzamelen is het mogelijk dat u een lijst heeft ontvangen voor iemand die niet meer op dit adres woont. Om te voorkomen dat de GGD u nog een herinnering stuurt om de vragenlijst in te vullen, willen wij u vragen dit te melden via 0800-0191 (gratis) of mailen naar helpdesk@ioresearch.nl. De helpdesk is geopend van maandag tot en met vrijdag tussen 8.30 en 21.30 uur en op zaterdag van 10.00-16.00 uur.
Wanneer de aangeschreven persoon/personen niet in staat is/zijn om de vragenlijst in te vullen voor het kind, bijvoorbeeld door ziekte of andere omstandigheden, is het heel vervelend als deze persoon nog een herinneringsbrief ontvangt. Om te voorkomen dat de GGD nog een herinnering stuurt om de vragenlijst in te vullen, willen wij u vragen dit te melden via 0800-0191 (gratis) of mailen naar helpdesk@ioresearch.nl. De helpdesk is geopend van maandag tot en met vrijdag tussen 8.30 en 21.30 uur en op zaterdag van 10.00-16.00 uur.
Als u bij het intypen van de website een fout maakt, dan komt u de site niet op. Probeer het altijd opnieuw, wanneer u niet direct op de site of in de vragenlijst komt. Lukt het nog steeds niet? Controleer dan of de pc of tablet wel met het internet verbonden is. Of probeer het eens op een andere pc of tablet, misschien werkt het dan wel. Lukt het alsnog niet? Neem dan contact op met 0800-0191 (gratis) of helpdesk@ioresearch.nl. De helpdesk is geopend van maandag tot en met vrijdag tussen 8.30 en 21.30 uur en op zaterdag van 10.00-16.00 uur.
U kunt terug naar een vorige vraag door op de linker pijl te klikken. De antwoorden die u al gegeven heeft, worden automatisch opgeslagen.
Liefst wel: hoe meer u er beantwoordt, hoe preciezer de resultaten straks zijn. Sla een vraag over, wanneer u hem echt niet wilt of kunt beantwoorden.
Het is vooral van belang dat de basisgegevens voor het onderzoek worden ingevuld. Gebeurt dit niet, dan is de rest van de vragenlijst niet bruikbaar. Daarom zijn leeftijd en geslacht verplichte vragen om in te vullen.
U kunt de vragenlijst in meerdere sessies invullen. Als het invullen bijvoorbeeld is afgebroken door een computerstoring of omdat uw pagina is verlopen, kunt u meteen weer beginnen als u opnieuw inlogt. De antwoorden die u al heeft ingevuld zijn dan automatisch bewaard. U kunt weer verder gaan met de vraag waar u gebleven was. U hoeft dus niet de hele vragenlijst opnieuw in te vullen.
Vanaf 16 december 2019 krijgen zwangere vrouwen de 22 wekenprik gratis aangeboden. Hiermee bescherm je je baby vanaf de geboorte tegen kinkhoest.
Kinkhoest is een besmettelijke ziekte. Het is vooral gevaarlijk voor baby's die nog niet zijn ingeënt. Zij kunnen erg ziek worden van kinkhoest. Vaccinatie (inenting) van baby’s kan pas vanaf zes weken na de geboorte.
Zelf afspraak maken
Vaccineren kan vanaf week 22 in de zwangerschap. Je moet hiervoor wel zelf een afspraak maken met het consultatiebureau, dus NIET bij GGD Noord- en Oost-Gelderland.
Kies voor een afspraak het consultatiebureau in je woonplaats:
• Yunio
• Vérian JGZ
• Icare JGZ
• CJG Apeldoorn
Heb je vragen?
Kijk op 22wekenprik.nl voor meer informatie.
Het Vangnet - Zutphen probeert door middel van ketensamenwerking de kwaliteit van leven van sociaal kwetsbare mensen met zorg mijdend gedrag én van hun omgeving te verbeteren.
Deze doelstelling wordt gerealiseerd door afstemming tussen de verschillende ketenpartners over waar een cliënt al in beeld of in zorg is en door de acties van de verschillende partners te coördineren. Ketensamenwerking voorkomt dat er allerlei verschillende instanties bij een cliënt of gezin betrokken zijn, zonder dat iemand overzicht heeft of de regie voert.
Waar doen we dit?
In de gemeente Zutphen.
Voor wie doen we dit?
In principe voor 18+ cliënten waar sprake is van een multiprobleem situatie. Er zijn vaak indirect minderjarige kinderen betrokken.
Wat is onze werkwijze?
De GGD verzorgt de coördinatie en secretariële ondersteuning van het Vangnet. Het Vangnet komt om de week bij elkaar en wordt voorgezeten door de procesregisseur Vangnet. Ketenpartners kunnen (ook buiten het vangnetoverleg) casussen inbrengen of om advies vragen. De procesregisseur organiseert MDO’s met betrokkenen ketenpartners en vaak ook samen met cliënten.
Met wie werken we samen?
Vaste ketenpartners (die in Zutphen deelnemen aan het vangnetoverleg) zijn GGNet, Bijzonder Zorgteam Deventer, Tactus, Perspectief, Woningcorporatie Ieder1, Politie, Het Plein, Trajectum en het CJG.
Privacy
Met de samenwerkingspartners zijn afspraken gemaakt over de gegevensuitwisseling voorafgaand en gedurende het bemoeizorg- of hulpverleningstraject. Lees het Procotol.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
Ketenpartners kunnen een casus inbrengen in het vangnetoverleg. Zij kunnen daarnaast telefonisch of per e-mail om advies vragen aan de coördinator, of tussentijds een acute casus voorleggen.
Hoe kunt u ons bereiken?
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon : 088 – 443 31 27
E-mail: maatschappelijkezorg@ggdnog.nl
In complexe casussen waarbij veel hulpverleners betrokken zijn, ontbreekt vaak de regie. Hierdoor kan de situatie onnodig escaleren. De procesregisseur bewaakt het proces en zal indien nodig opschalen.
Waar doen we dit?
In de gemeente Zutphen.
Voor wie doen we dit?
Voor complexe multiprobleem cliënten (in principe 18+) waar de situatie dreigt te escaleren. Er zijn vaak indirect minderjarige kinderen betrokken.
Wat is onze werkwijze?
In een complexe casus wordt (al dan niet binnen het vangnet) een casusregisseur benoemd. De casusregisseur is inhoudelijk verantwoordelijk en staat in direct contact met de cliënt. De procesregisseur ondersteunt de casusregisseur in het betrekken van andere professionals en organisaties. Zij is bevoegd om in overleg met de casusregisseur betrokken partijen bijeen te roepen voor overleg en afstemming (bijvoorbeeld in een MDO).
Met wie werken we samen?
Ketenpartners waaronder die in het vangnet maar ook breder binnen de gemeente en de regio.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
Binnen het vangnetoverleg of via de e-mail of telefoon.
Hoe kunt u ons bereiken?
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon : 088 – 443 31 27
E-mail: maatschappelijkezorg@ggdnog.nl
Dak- en thuislozen met psychiatrische en/of verslavingsproblemen die beperkt zelfredzaam zijn, krijgen in de maatschappelijke opvang een persoonlijk traject dat hen helpt een stabieler bestaan op te bouwen, met inkomen, zorg en een dak boven het hoofd.
Het traject is gericht op zoveel mogelijk zelfstandigheid en indien mogelijk uitstroom uit de maatschappelijke opvang naar zelfstandig wonen, al dan niet met begeleiding.
Waar doen we dit?
In de 6 Noord-Veluwse gemeenten in de regio Noord- en Oost-Gelderland: Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten
Voor wie doen we dit?
Voor mensen die dakloos zijn of dakloos dreigen te raken. Daarnaast spelen vaak tegelijkertijd problemen zoals verslaving, psychiatrische problematiek, gebrek aan sociale contacten, schuldenproblematiek, huiselijk geweld, vervuiling of zorgmijding.
Wat is onze werkwijze?
GGD Noord- en Oost-Gelderland beoordeelt aanvragen voor begeleiding vanuit de Maatschappelijk Opvang. Aanvragen worden gedaan door betrokken hulpverleners die bijvoorbeeld werkzaam zijn bij de nachtopvang. Het besluit over het wel of niet afgeven van een indicatie voor begeleiding vanuit de Maatschappelijke Opvang wordt genomen in een twee wekelijks overleg met ketenpartners. Als er sprake is van spoed of een herindicatie, beslist de GGD zelf over het afgeven van een indicatie. Het besluit wordt teruggekoppeld aan de aanvrager en de cliënt. Als er een indicatie wordt afgegeven, worden de beschikking en het onderzoeksverslag verstuurd naar de cliënt en de instelling waar de beschikking verzilverd gaat worden.
Daarnaast heeft de centrale toegang een signalerende functie. Als er bijvoorbeeld sprake is van een opvallende toename van aanvragen door adolescenten, of een gebrek aan beschikbare plekken in de nachtopvang, gaat de GGD in gesprek met de opdracht gevende gemeenten.
Met wie werken we samen?
We werken samen met de aanvragende hulpverleners, opvanginstellingen, politie, woningcorporaties, de eigen GGD-collega’s van Team VIA en Maatschappelijke Opvang en de Noord-Veluwse gemeenten. Daarnaast beslissen we in overleg met ketenpartners over het wel of niet toekennen van de indicatie.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
Aanmeldingen worden gedaan door een hulpverlener samen met de cliënt. U kunt een aanmelding doen door het aanmeldformulier in te vullen en ondertekend aan ons op te sturen. Als er vragen zijn, nemen wij contact met u op.
Hoe kunt u ons bereiken?
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon: 088 – 443 31 27
E-mail: centraletoegang@ggdnog.nl
Er is een groep psychiatrisch patiënten die niet zelfstandig/zelfredzaam genoeg is om zelfstandig te kunnen wonen. Deze mensen kunnen terecht in een Beschermde woonvorm waar ze 24 uur per dag begeleid en ondersteund worden, waardoor zij mogelijk in de toekomst wel weer zelfstandig kunnen gaan wonen.
Een deel van de cliënten heeft daarnaast behoefte aan begeleide dagbesteding. De centrale toegang van GGD NOG beoordeelt of iemand in aanmerking komt voor een indicatie voor Beschermd Wonen al dan niet aangevuld met een indicatie voor dagbesteding.
Waar doen we dit?
In de 6 Noord-Veluwse gemeenten in de regio Noord- en Oost-Gelderland: Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten.
Voor wie doen we dit?
Voor mensen die niet zelfstandig kunnen wonen en waar sprake is psychiatrische problematiek en/of verslaving waarbij 24 uurs toezicht en nabijheid noodzakelijk is. Daarnaast zijn er vaak problemen op het gebied van financiën, vervuiling, overlast of gevaar voor zichzelf of anderen. Er bestaat overlap met de doelgroep die in de maatschappelijke opvang verblijft. Beschermd wonen is bedoeld voor volwassenen (18+). Indicaties voor jeugd worden afgegeven door het Centrum voor Jeugd en Gezin. Mensen met een verstandelijke beperking (IQ onder de 70) hebben intensieve en langdurige zorg nodig. Indicaties voor verstandelijk beperkten worden afgegeven door het CIZ.
Wat is onze werkwijze?
De cliënt doet samen met behandelaar of begeleider een aanmelding. Dit kan bijvoorbeeld een WMO-consulent zijn, de betrokken behandelaar van een GGZ instelling, of als de cliënt net 18 is geworden een begeleider vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin. Nadat de aanmelding is ontvangen heeft de GGD acht weken de tijd om tot een besluit te komen. Binnen deze termijn wordt de cliënt en indien nodig de betrokken hulpverlener uitgenodigd voor en gesprek. De GGD neemt haar besluit in samenspraak met ketenpartners. Mocht de GGD besluiten om de aanvraag af te wijzen, komt zij met een onderbouwing en advies over wat wel een goede vorm van begeleiding zou kunnen zijn. Als er wel een beschikking wordt afgegeven, mag de cliënt kiezen waar hij - binnen de 6 Noord-Veluwse gemeenten - beschermd wil gaan wonen. De GGD geeft hierover wel advies.
Beschermd wonen wordt gefinancierd vanuit de WMO. Dit kan op twee manieren worden geregeld. Door een plek die direct wordt gefinancierd vanuit de WMO-gelden van de gemeente, of door middel van een PGB. De GGD beoordeeld of de cliënt al dan niet in staat is om een PGB te beheren en toetst of de kwaliteit van zorg voldoende is.
De Centrale toegang van de GGD heeft ook een signalerende functie. Als er sprake is van (een vermoeden van) misstanden in een Beschermd wonen vorm of een opvallende trend in de problematiek van de doelgroep, overlegt de GGD met de gemeenten.
Met wie werken we samen?
We werken samen met de aanvragende hulpverleners, zorgaanbieders, politie, woningcorporaties, de eigen GGD-collega’s van Team VIA en Beschermd Wonen en de Noord-Veluwse gemeenten. Daarnaast beslissen we in overleg met ketenpartners over het wel/niet toekennen van de indicatie.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
Aanmeldingen worden gedaan door een hulpverlener samen met de cliënt. U kunt een aanmelding doen door het aanmeldformulier in te vullen en ondertekend aan ons op te sturen. Wanneer de aanvraag compleet is, ontvangt u van ons een ontvangstbevestiging.
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon: 088 – 443 31 27
E-mail: centraletoegang@ggdnog.nl
De Centrale Uitgang is bedoeld voor inwoners in de gemeente Harderwijk, Ermelo, Putten, Oldebroek, Elburg en Nunspeet die verblijven in een beschermde woonvorm of in de maatschappelijke opvang.
Bij de Centrale Uitgang kan men een aanvraag indienen om in aanmerking te komen voor een woning via bijzondere toewijzing om uitstroom uit de maatschappelijke opvang en de beschermde woonvorm te bevorderen en de zelfredzaamheid van mensen te vergroten.
Waar doen we dit?
In de 6 Noord-Veluwse gemeenten in de regio Noord- en Oost-Gelderland: Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten
Voor wie doen we dit?
Voor mensen die verblijven in een voorziening voor beschermd wonen of de maatschappelijke opvang die uit kunnen stromen naar zelfstandig wonen, maar waarbij het niet lukt om huisvesting te vinden.
Wat is onze werkwijze?
GGD Noord- en Oost-Gelderland, Centrale uitgang, beoordeelt aanvragen om in aanmerking te komen voor een woning via bijzondere toewijzing. Elke 4 weken worden de aanvragen besproken binnen een overleg met een afgevaardigde vanuit de woningcorporaties en vanuit de zorgorganisaties. Na dit overleg wordt er een terugkoppeling gegeven van het genomen besluit. Bij een akkoord worden de documenten verzonden naar Uwoon, vervolgens zet Uwoon de zoekopdracht onder de andere woningcorporaties uit. De Woningcorporatie neemt contact op met de aanvrager zodra er een passende woning wordt aangeboden. Bij afwijzing van de woning, zonder gegronde redenen, kan de aanvrager niet meer gebruik maken van de Centrale Uitgang. Bij een afwijzing worden er andere opties meegegeven.
Voorwaarden waaraan moet worden voldoen voor het indienen van een aanvraag:
Met wie werken we samen?
We werken samen met de aangesloten zorgorganisaties en de woningcorporaties.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
Aanmeldingen worden gedaan door een hulpverlener samen met de cliënt. De aangesloten zorgorganisaties zijn op de hoogte van de procedure en in het bezit van het aanmeldformulier.
Hoe kunt u ons bereiken?
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon: 088 – 443 31 27
E-mail: centraleuitgang@ggdnog.nl
Er zijn mensen waarvan de omgeving (familie, vrienden, buren, betrokken hulpverleners) vindt dat zij hulp nodig hebben, terwijl zij zelf vinden dat ze geen hulp nodig hebben. Het doel is om zowel de situatie van de zorgmijder, als die van zijn/haar omgeving te verbeteren.
Waar doen we dit?
In de 6 Noord-Veluwse gemeenten in de regio Noord- en Oost-Gelderland: Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten.
Voor wie doen we dit?
Het team VIA richt zich op kwetsbare volwassenen (18+), die op meerdere leefgebieden problemen ervaren en zelf geen hulpvraag willen of kunnen stellen. Er is bijvoorbeeld sprake van financiële problemen, psychische problemen, eenzaamheid, vervuiling of overlast voor de omgeving.
Wat is onze werkwijze?
Een cliënt kan worden aangemeld door een betrokken hulpverlener, buurman, familielid, politie, of woningcorporatie. Na de melding wordt eerst geïnventariseerd bij welke zorg en/of ondersteuning de persoon al bekend is. Vervolgens wordt de situatie van de persoon en directe omgeving in kaart gebracht. Als er al een zorgverlener betrokken is, kan het team VIA ondersteunen, of in geval van een vastgelopen traject de casus (tijdelijk) overnemen. Het team VIA focust in eerste instantie op het maken van contact met de cliënt. Als er contact is gemaakt, worden er vervolgens samen met de cliënt doelen opgesteld om de situatie te stabiliseren. De omgeving van de cliënt en ketenpartners worden hierbij betrokken. Het team VIA zet zich daarnaast in om de cliënt over te dragen naar reguliere zorg.
Met wie werken we samen?
Het team VIA bestaat uit gedetacheerde medewerkers van verschillende zorgaanbieders uit de regio onder coördinatie van de GGD. Hierdoor is expertise vanuit verslavingszorg, geestelijke gezondheidszorg en maatschappelijke zorg binnen het team vertegenwoordigd. Dit bevordert daarnaast de samenwerking met lokale zorgaanbieders. Daarnaast wordt samengewerkt met de veiligheidskamer, de politie, woningbouwcorporaties en de lokale sociale wijkteams.
Hoe kunt u een aanmelding doen?
U kunt een aanmelding doen door team VIA een e-mail te sturen of telefonisch contact met hen op te nemen via onderstaande contactgegevens. Of vul dit contactformulier in.
Hoe kunt u ons bereiken?
U kunt ons telefonisch en per e-mail bereiken tijdens kantooruren.
Telefoon: 088 – 443 30 06
E-mail: teamvia@ggdnog.nl
Om in aanmerking te komen voor een traject binnen de maatschappelijke opvang dien je te voldoen aan de volgende punten:
Verblijf je momenteel niet in de regio Noord-Veluwe, maar wil je toch gebruik maken van de maatschappelijke opvang in de regio? Neem dan eerst contact met ons op, voordat je een aanmelding doet. Onze contact gegevens staan onderaan deze pagina.
Op basis van de afspraken rondom landelijke toegankelijkheid, kijken wij of een traject binnen de maatschappelijke opvang in de regio Noord-Veluwe de meeste kans van slagen heeft.
Om goed zicht te krijgen op je persoonlijke situatie en de reden dat je een aanmelding onze regio doet, kunnen wij je vragen om een formulier landelijke toegankelijkheid in te vullen.
Het invullen van het aanmeldformulier duurt 45 tot 60 minuten en kan tussentijds niet worden opgeslagen. Om de aanvraag in behandeling te kunnen nemen hebben wij naast het volledig ingevulde aanmeldformulier ook een ondertekend toestemmingsformulier nodig.
Let op: Om je aanvraag in behandeling te nemen dien je het toestemmingsformulier eerst te downloaden en te ondertekenen.
Zonder een ingevuld en ondertekend toestemmingsformulier, kunnen wij de aanvraag niet in behandeling nemen. Zorg dus dat je het formulier toevoegt in de laatste stap van de aanmelding. Eventuele aanvullende informatie kan ook bij de laatste stap van de aanmelding worden toegevoegd.
Je hebt een bestaande maatwerkvoorziening voor Maatschappelijke Opvang en je wilt een wijziging doorgeven. Graag ontvangen wij het ingevulde wijzigingsformulier. Je kunt het formulier sturen naar centraletoegang@ggdnog.nl. Mocht het nodig zijn, nemen wij contact met je op over de doorgegeven wijziging.
Zijn er naar aanleiding van bovenstaande informatie nog vragen? Neem gerust contact op met de Centrale toegang. Wij zijn tijdens kantooruren bereikbaar op 088 – 443 31 27 of via centraletoegang@ggdnog.nl
Hier lees je hoe er een aanvraag kan worden gedaan bij de Centrale Toegang. Dit kan direct online worden gedaan. Lees alle informatie goed door voordat je aan de slag gaat met de aanmelding. Zo voorkom je dat je tijdens het invullen niet alle gegevens bij de hand hebt. Het formulier kan tussendoor niet worden opgeslagen.
Om in aanmerking te komen voor beschermd wonen dien je te voldoen aan de volgende punten:
Woon je niet in de regio Noord-Veluwe, maar wil je toch gebruik maken van een beschermd wonen locatie in de regio? Neem dan eerst contact met ons op, voordat je een aanmelding doet. Onze contact gegevens staan onderaan deze pagina.
Op basis van de afspraken rondom landelijke toegankelijkheid, kijken wij of een beschermd wonen traject in de regio Noord-Veluwe de meeste kans van slagen heeft.
Om goed zicht te krijgen op je persoonlijke situatie en de reden dat je een aanmelding onze regio doet, kunnen wij je vragen om een formulier landelijke toegankelijkheid in te vullen.
Het invullen van het aanmeldformulier duurt 45 tot 60 minuten en kan tussentijds niet worden opgeslagen. Om de aanvraag in behandeling te kunnen nemen hebben wij naast het volledig ingevulde aanmeldformulier de volgende documenten nodig:
Indien aanwezig ontvangen wij ook graag:
Let op: Om je aanvraag in behandeling te nemen dien je het toestemmingsformulier eerst te downloaden en te ondertekenen.
Zonder een ingevuld en ondertekend toestemmingsformulier, kunnen wij de aanvraag niet in behandeling nemen. Zorg dus dat je het formulier toevoegt in de laatste stap van de aanmelding.
Wanneer wij alle gevraagde informatie hebben ontvangen, sturen wij u per post een ontvangstbevestiging van je aanmelding. Je aanvraag zal dan binnen 8 weken worden behandeld.
Je hebt een bestaande maatwerkvoorziening voor Beschermd Wonen en je wilt een wijziging doorgeven. Graag ontvangen wij het ingevulde wijzigingsformulier. Je kunt het formulier sturen naar centraletoegang@ggdnog.nl. Mocht het nodig zijn, nemen wij contact met je op over de doorgegeven wijziging.
Wanneer je er voor kiest om jouw beschermd wonen pakket zelfstandig in te kopen, kan dit worden aangevraagd bij de Centrale Toegang. Hiervoor heeft de centrale toegang een volledig ingevuld persoonlijk budgetplan en zorgplan nodig. Aan de hand van beide plannen en een persoonlijk gesprek beoordeeld de Centrale Toegang of je wel of niet in aanmerking komt voor een PGB.
Een persoonlijk budgetplan is nodig voor het aanvragen, uitbreiden of verlengen van een PGB Beschermd Wonen. Alle voorwaarden met betrekking tot het PGB zijn terug te vinden in het persoonlijk budgetplan of op de website van één van de samenwerkende gemeenten op de Noord-Veluwe.
Zijn er naar aanleiding van bovenstaande informatie nog vragen? Neem gerust contact op met de Centrale toegang. Wij zijn tijdens kantooruren bereikbaar op 088 – 443 31 27 of via centraletoegang@ggdnog.nl
Leraren op school worden regelmatig geconfronteerd met leerlingen die klagen over pijn die meestal met eenvoudige middelen te verhelpen is zoals hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn ten gevolge van een insectenbeet. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouders(s)/verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen toe te dienen.
Een enkele keer wordt werkelijk medisch handelen van leraren gevraagd zoals het geven van sondevoeding, het toedienen van een zetpil of het geven van een injectie. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden. Leraren begeven zich dan op een terrein waarvoor zij niet gekwalificeerd zijn. Met het oog op de gezondheid van kinderen is het van groot belang dat zij in dergelijke situaties zorgvuldig handelen. Zij moeten daarbij over de vereiste bekwaamheid beschikken. Leraren en schoolleiding moeten zich realiseren dat wanneer zij fouten maken of zich vergissen zij voor deze handelingen aansprakelijk gesteld kunnen worden. Daarom wil GGD Noord- en Oost-Gelderland middels dit protocol scholen een handreiking geven over hoe in deze situaties te handelen.
De drie te onderscheiden situaties zijn:
De eerste situatie laat de school en leraar geen keus. De leerling wordt ziek of krijgt een ongeluk en de leraar moet direct bepalen hoe hij moet handelen. Bij de tweede en de derde situatie kan de schoolleiding kiezen of zij wel of geen medewerking verleent aan het geven van medicijnen of het uitvoeren van een medische handeling. Voor de individuele leraar geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht.
Hieronder wordt elk onderdeel beschreven. In de bijlagen is het toestemmingsformulier en/of bekwaamheidsverklaring te vinden. Zijn er naar aanleiding van dit protocol nog vragen neem dan contact op met de jeugdarts van de GGD van uw school.
Regelmatig komt een kind ’s morgens gezond op school en krijgt het tijdens de schooluren last van hoofd- buik- of oorpijn. Ook kan het bijvoorbeeld door een insect geprikt worden. Een leraar verstrekt dan vaak - zonder toestemming of medeweten van ouders - een 'paracetamolletje' of wrijft Azaron op de plaats van een insectenbeet.
In zijn algemeenheid is een leraar niet deskundig om een juiste diagnose te stellen. De grootst mogelijke terughoudendheid is hier dan ook geboden. Uitgangspunt moet zijn dat een kind dat ziek is, naar huis moet. De schoolleiding zal, in geval van ziekte, altijd contact op moeten nemen met de ouders om te overleggen wat er moet gebeuren (is er iemand thuis om het kind op te vangen, wordt het kind gehaald of moet het gebracht worden, moet het naar de huisarts, etc.?). Ook wanneer een leraar inschat dat het kind bij een eenvoudig middel gebaat is, dan is het gewenst om altijd eerst contact te zoeken met de ouders. Wij adviseren u het kind met de ouders te laten bellen. Vraag daarna om toestemming aan de ouders om een bepaald middel te verstrekken.
Problematisch is het wanneer de ouders en andere, door de ouders aangewezen vertegenwoordigers, niet te bereiken zijn. Het kind kan niet naar huis gestuurd worden zonder dat daar toezicht is. Ook kunnen de medicijnen niet met toestemming van de ouders verstrekt worden. De leraar kan dan besluiten, eventueel na overleg met een collega, om zelf een eenvoudig middel te geven. Daarnaast moet hij/zij inschatten of niet alsnog een (huis)arts geraadpleegd moet worden. Raadpleeg bij twijfel altijd een arts. Zo kan bijvoorbeeld een ogenschijnlijk eenvoudige hoofdpijn een uiting zijn van een veel ernstiger ziektebeeld. Het blijft zaak het kind voortdurend te observeren.
Iedere situatie is anders zodat we niet uitputtend alle signalen kunnen benoemen die zich kunnen voordoen.
Zaken waar u op kunt letten:
Realiseert u dat u geen arts bent en raadpleeg, bij twijfel, altijd een (huis)arts. Dit geldt uiteraard ook wanneer de pijn blijft of de situatie verergert. De zorgvuldigheid die u hierbij in acht moet nemen is dat u handelt alsof het uw eigen kind is.
Het aantal tekenbeten neemt de laatste jaren flink toe. Van een tekenbeet kun je de ziekte van Lyme krijgen.
Teken leven in struikgewas en hoog gras. Ze komen in heel Nederland voor en zien eruit als spinnetjes. Op de tekenradar kun je zien waar veel teken zijn.
Controleer goed
Dan kun je contact opnemen met het team Infectieziektebestrijding, T: 088 - 443 33 55.
Mazelen komt in Nederland nauwelijks meer voor, omdat de meeste mensen zijn ingeënt tegen deze ziekte. Maar er zijn in Nederland af en toe uitbraken van mazelen in gebieden waar weinig mensen worden gevaccineerd.
Mazelen begint 8 tot 14 dagen nadat je besmet bent. Symptomen zijn:
Een mazelenpatiënt is vier dagen voor tot vier dagen na het krijgen van huiduitslag besmettelijk.
Kinderen worden twee keer gevaccineerd tegen mazelen (het BMR-vaccin): één keer als ze 14 maanden zijn en één keer als ze 9 jaar zijn. Kinderen die gevaccineerd zijn, lopen geen risico op mazelen.
De GGD informeert huisartsen, kinderartsen en consultatiebureaus en vraagt hen alert te zijn op signalen van mazelen en deze te melden aan de GGD. De GGD neemt dan maatregelen om te voorkomen dat de ziekte zich verder verspreidt. Daarnaast informeert de GGD scholen, kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en gastoudergezinnen over mazelen.
Een voedselinfectie is een ontsteking van maag en darmen. Dit kun je krijgen als je iets eet of drinkt dat besmet is met een bacterie of virus.
Je kunt al snel na het eten van besmet voedsel ziek worden. Maar soms kan het een paar dagen of langer duren.
Veel voedselinfecties ontstaan bij mensen thuis. Bijvoorbeeld: Je wast je handen niet nadat je naar het toilet bent geweest. Daarna maak je eten klaar.
Voor meer informatie lees hier verder.
Q-koorts is een infectieziekte die van dieren op mensen overgaat. Mensen krijgen de ziekte meestal als ze lucht inademen waar de bacterie inzit. Dus niet altijd via direct contact met dieren. Je kunt gemiddeld 2 tot 3 weken (oplopend tot 6 weken) na besmetting klachten krijgen.
Meestal gaat het om lichte griepklachten. Bij een ernstiger verloop begint de ziekte meestal acuut met heftige hoofdpijn, hoge koorts en een longontsteking met droge hoest en pijn op de borst. Soms veroorzaakt de bacterie een leverontsteking. Heb je klachten na contact met dieren, of nadat je in de buurt van een besmet bedrijf bent geweest? Ga dan naar de huisarts.
Binnen een cirkel van 5 km rond een besmet bedrijf loop je vooral in de lammerperiode, van februari tot en met mei, een verhoogd risico op besmetting met Q-koorts. Hoe groot dat risico is, is onbekend. Daarnaast zijn in 2008, 2009 en 2010 in Brabant en in heel Nederland alle melkgeiten en melkschapen tegen Q-koorts gevaccineerd.
Nee, je kunt besmetting niet voorkomen. Je kunt de bacterie namelijk via de lucht inademen. Hoor je bij de risicogroepen? Vermijd dan contact met melkgeiten en melkschapen.
Is bij jou Q-koorts vastgesteld? Dan krijg je meestal een antibioticumkuur. Je kunt lang vermoeidheidsverschijnselen overhouden die niet te behandelen zijn, maar die uiteindelijk wel genezen. Dit is iets anders dan de chronische vorm van Q-koorts. Deze vorm van Q-koorts komt vrijwel alleen voor bij mensen uit de risicogroepen.
Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft besloten het vaccin tegen Q-koorts beschikbaar te stellen aan mensen die vanwege specifieke hart- en vaatziekten een verhoogd risico lopen om door Q-koorts langdurig en ernstig ziek te worden.
Neem dan contact met de afdeling Infectieziektebestrijding op via T: 088 - 443 33 55.
De Q-koortsepidemie is voorbij, de gevolgen van de Q-koorts niet. Nog dagelijks hebben mensen in heel Nederland te maken met de ernstige gevolgen van deze besmetting. Vaak zonder dat zij het zelf weten. Zij hebben het Q-koortsvermoeidheidssyndroom (QVS) ontwikkeld en houden last van chronische vermoeidheid, spier- en gewrichtsklachten en geheugen- en concentratieproblemen. Anderen hebben chronische Q-koorts. Onbehandeld is dat een levensgevaarlijke ziekte.
Naar schatting 250 Nederlanders lijden aan chronische Q-koorts zonder dat zij en hun artsen dat weten.
Eind 2013 heeft de overheid Stichting Q-support in het leven geroepen om voor de duur van 5 jaar mensen met Q-koorts te adviseren en begeleiden bij problemen op allerlei leefgebieden: medische vraagstukken, werk, inkomen, verzekeringen en maatschappelijke participatie. Verder ondersteunt Q-support onderzoek naar de gevolgen van Q-koorts.
Kijk voor meer info op: www.q-support.nu
Een zikavirusinfectie heb je vaak zonder symptomen. Heb je wel klachten, dan lijkt dat op griep. Bijvoorbeeld een iets verhoogde temperatuur, spierpijn, malaise en hoofdpijn. Maar het kan ook ergere klachten geven. Er is geen behandeling mogelijk. De symptomen gaan vanzelf over. Het lijkt op een dengue-infectie. De klachten kunnen 2 - 7 dagen duren. De tijd tussen besmet worden en ziek worden varieert van 3-12 dagen.
Een infectie met het zikavirus tijdens de zwangerschap kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind.
Kijk voor meer informatie op: Zikavirus en zwangerschap.
Muggenbescherming is belangrijk, ook i.v.m. dengue en chikungunya in deze gebieden. Zwangeren moeten extra zorgvuldig antimuggenmaatregelen toepassen.
Het Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering houdt per land bij waar mensen een verhoogd risico lopen op besmetting met het zikavirus.
Kijk dan op de website van het RIVM.
Norovirussen zijn heel besmettelijke virussen, die zorgen voor een ontsteking van het slijmvlies in het maag-darmkanaal. In de volksmond wordt dit vaak ‘buikgriep’ genoemd.
De klachten ontstaan één tot drie dagen nadat je het virus binnenkrijgt. Na maximaal vier dagen zijn de klachten meestal weer verdwenen. Bij jonge kinderen, ouderen en mensen met een verzwakte afweer kunnen de klachten langer aanhouden en zijn ze vaak ook heviger. Hierbij kan uitdroging ontstaan.
Het zeer besmettelijke norovirus wordt overgedragen via ontlasting en braaksel. Als de patiënt heeft gebraakt, is besmetting via de lucht ook mogelijk. Het virus wordt onder andere overgebracht als je je handen niet goed wast na een toiletbezoek of voor het eten. Ook als je eten niet hygiënisch klaarmaakt, kun je het virus overdragen.
Er is geen medicijn voor de behandeling van het norovirus. Bij de meeste mensen verdwijnen de klachten snel. Het is wel belangrijk dat de patiënt voldoende vocht, suikers en zouten (ORS) binnenkrijgt om niet uit te drogen. Kies voor licht verteerbeer eten en vermijd alcohol en koolzuurhoudende dranken. Bij twijfel over je herstel kun je contact opnemen met de huisarts.
Als er een uitbraak is van diarree of braken, dan kan de GGD worden ingeschakeld om onderzoek te doen naar de oorzaak hiervan. Daarnaast kan de GGD adviseren over passende hygiënemaatregelen om te voorkomen dat meer mensen ziek worden.
Dengue (of knokkelkoorts), is een virusinfectie die wordt overgebracht door de Aedesmug. Deze mug komt voor in tropische gebieden. De ziekte komt af en toe voor bij mensen die een tropisch land hebben bezocht waar de ziekte voorkomt. De infectie die ontstaat na een steek van de Aedesmug, kan van mens op mens worden overgedragen.
Dengue komt steeds meer voor voor in de stedelijke gebieden van Midden- en Zuid-Amerika, het Indiase subcontinent en Afrika. Vooral tijdens het regenseizoen kan de ziekte epidemische proporties aannemen. Dengue komt naar schatting voor bij 1 op 100 tot 1000 reizigers. De Aedes-mug verblijft met name in en rond de steden. De mug rust in huis en steekt overdag, vooral in de vroege ochtend en late namiddag.
Acute koorts, hoofdpijn en vaak uitgesproken spierpijn. Na 3 tot 4 dagen kan een vlekkerige huiduitslag ontstaan. Heel soms ontstaan huid- en slijmvliesbloedingen.
De kans op deze ernstige verschijnselen is 10 maal hoger als men al een keer dengue heeft gehad.
· Draag bedekkende kleding, ook overdag.
· Gebruik een muggenwerend middel voor de niet-bedekte delen.
· Zorg dat de kamers mugvrij zijn.
Kijk dan op de website van het RIVM.
Het MERS-Coronavirus kan heel ernstige luchtwegklachten veroorzaken. Patiënten hebben last van koorts, hoesten, kortademigheid en soms braken of diarree. Vanwege de ernstige klachten worden deze mensen opgenomen in het ziekenhuis.
Sinds 2012 veroorzaakt het MERS-coronavirus een uitbraak in het Midden Oosten, in de landen Saoedi-Arabië, Verenigde Arabische Emiraten, Qatar, Oman en Jordanië.
De GGD adviseert mensen met een zwakkere gezondheid of met een chronische ziekte om met de behandelend (huis)arts te overleggen of het op dit moment wel verstandig is om een reis naar het Midden-Oosten te maken. Dat geldt ook voor zwangeren, kinderen jonger dan 12 jaar en ouderen boven 65 jaar. Bij gezonde en jongere mensen is de ziekte vaak minder ernstig.
Het is nog niet helemaal duidelijk hoe iemand het virus precies oploopt. Daar wordt onderzoek naar gedaan. Het virus komt ook voor bij dromedarissen in het Midden-Oosten. Daarom vermoedt men dat het virus voornamelijk door deze dieren op mensen wordt overgedragen. Overdracht van mens op mens gebeurt bijna nooit. Als dat wel het geval is, gebeurt het meestal in het ziekenhuis.
Krijg je binnen twee weken na terugkeer uit het Midden-Oosten last van bovenstaande klachten, neem dan direct contact op met je huisarts en zeg dat je in het Midden-Oosten bent geweest.
De Meticilline Resistente Staphylococcus Aureus, MRSA, is een stafylokok. Stafylokokken zijn bacteriën die veel voorkomen bij gezonde mensen, zonder dat zij daar last van hebben. De MRSA is een bijzondere stafylokok want hij is ongevoelig (resistent) voor behandeling met de meeste antibiotica. In Nederland komt MRSA regelmatig voor.
Lees hier de meest gestelde vragen over MRSA
Lees ook: Suske en Wiske 'Tante Biotica'
Mensen krijgen Psittacose door een bacterie. Mensen kunnen door deze bacterie een ontsteking in de longen krijgen. Psittacose heet ook wel papegaaienziekte.
Sommige mensen hebben er helemaal geen klachten van. De klachten kunnen zijn:
De bacterie zit in poep van vogels, vogelsnot en oogvocht van vogels. Als dit opdroogt, kan het in stof terecht komen. Iemand kan besmet raken door het inademen van besmet stof. Bijvoorbeeld door het schoonmaken van vogelkooien. Poep van vogels kan wel 8 maanden lang besmettelijk blijven.
De tijd tussen besmet raken en ziek worden is meestal 7 tot 14 dagen.
Iedereen kan besmet raken met de bacterie en ziek worden. De ziekte komt vooral voor bij mensen die veel met vogels werken of vogels als huisdier hebben. Ook mensen die een plek bezoeken waar veel vogels zijn, hebben een grotere kans om besmet te raken. Bijvoorbeeld bezoekers van een tentoonstelling.
Een heel enkele keer komt het voor dat mensen aan de ziekte overlijden. Iemand die papegaaienziekte heeft gehad, kan de ziekte vaker krijgen.
Maak je hokken en kooien van besmette vogels schoon? Ventileer dan goed door ramen en deuren open te zetten. Maak voor het schoonmaken alles op de bodem van de kooi eerst vochtig. Een mondkapje kan er voor zorgen dat je geen besmette stof inademt.
Zet besmette vogels apart. De dierenarts moet de vogels behandelen met medicijnen.
Mensen die ziek zijn, krijgen medicijnen van de arts. Vooral voor oudere mensen is het belangrijk dat ze medicijnen krijgen. Anders kunnen ze ernstiger ziek worden. Soms is opname in een ziekenhuis nodig.
Voelt iemand met papegaaienziekte zich goed? Dan kan hij gewoon naar kindercentrum, school of werk.
Tijdens de herfst en winter lopen veel mensen griep of verkoudheid op. De virussen die dat veroorzaken, zitten in druppeltjes snot, slijm en speeksel. Deze druppeltjes worden door praten, hoesten of niezen verspreid. De kans op besmetting is vooral groot in ruimten waar mensen dicht bij elkaar zitten en waar slecht gelucht wordt. Virussen worden ook overgedragen via handen.
Besmetting van jezelf of van anderen is nooit helemaal te voorkomen. Mensen zijn al besmettelijk als ze zich ziek beginnen te voelen. Maar via onderstaande maatregelen verklein je wel de kans dat je besmet raakt, of dat je griep of verkoudheid overdraagt.
Bij gezonde mensen genezen griep en verkoudheid vaak zonder behandeling. De volgende tips kunnen de klachten wel verlichten:
De GGD ondersteunt verpleeg- en verzorgingshuizen als er griep uitbreekt. Daarnaast adviseert en coördineert de GGD bij de preventie van griep, bijvoorbeeld door middel van voorlichting aan scholen, kinderopvangcentra, leerkrachten en ouders.
Kwik is een vloeistof met een zilveren kleur. Het is een metaal. Kwik zit in kwikthermometers, kwikbarometers en oude thermostaten. Als ze breken, zijn druppeltjes kwik te zien. Ook zit er kwik in lampen, zoals tl-lampen en spaarlampen. In deze lampen zit niet veel kwik. Daardoor zijn er geen kwikdruppels te zien als ze breken.
Als een apparaat kapot valt, kan de kwik eruit lopen of spatten. En kwik kan verdampen: er ontstaat kwikdamp. Wanneer je kwikdamp inademt, kun je meteen klachten krijgen:
Als mensen de kwikdamp lange tijd inademen, kunnen zij ernstige klachten krijgen. Het kwik kan het zenuwstelsel en de nieren aantasten. Daarom is het belangrijk dat je kwik goed opruimt.
De kleine druppeltjes kwik rollen soms meters weg van de plek waar het is gevallen. De druppels kun je moeilijk terug vinden. Belangrijk is dat je het kwik veilig opruimt. Hoe dat moet? Dat ligt aan waar het kwik in zit en op welke vloer het gevallen is. Het RIVM geeft duidelijke instructies voor het opruimen van kwik.
Heb je voorwerpen in huis waar veel kwik in zit? Wees voorzichtig! Voorkom dat ze breken. Lever ze in als klein chemisch afval. Gebruik in plaats van een kwikthermometer een digitale thermometer. In spaarlampen zit niet veel kwik. Daarom is het niet nodig om deze te verwijderen uit huis.
Het klimaat verandert langzaam maar zeker en daardoor zijn hittegolven eerder regel dan uitzondering. Dat is een reden om actie te ondernemen, want veel (oudere) mensen hebben flink last van hitte. Er is een nationaal hitteplan opgesteld door verschillende organisaties, hierin staan praktische tips die de gevolgen van hitte voor ouderen moeten verlichten. Zowel thuis als in verpleeg- en verzorgingshuizen.
Vooral ouderen (65+), kinderen en mensen met een long- of hartaandoening hebben last van hoge temperaturen. Bij hoge temperaturen koelt je lichaam voornamelijk af door verdamping van transpiratievocht. Daarom is het belangrijk om veel te drinken. Ouderen hebben een verminderde dorstprikkel, voor hen is het extra belangrijk om in de gaten te houden dat zij goed drinken.
Gebruik je medicijnen of heb je een ziekte waarbij veel drinken juist niet mag? Neem dan contact op met je huisarts. Hij kan bepalen wat het beste voor je is.
Meer informatie?
Wij geven je graag meer informatie, bel ons tussen 9.00 tot 17.00 uur op: 088 - 443 30 00
Kijk ook eens op www.kwf.nl voor tips om verstandig te zonnen.
Koolmonoxide is een onzichtbaar en geurloos gas. Je ziet en ruikt het niet, maar het is wél gevaarlijk. Jaarlijks overlijden in Nederland tien mensen aan koolstofmonoxidevergiftiging, zo'n honderdvijftig mensen belanden in het ziekenhuis. Koolmonoxide kan vrijkomen als een open haard, kachel of geiser niet goed werkt.
Als er koolmonoxide in huis vrijkomt, adem je dat in. Bij een kleine hoeveelheid ontstaan er meestal geen klachten. Bij het inademen van veel koolmonoxide, ontstaat een koolmonoxidevergiftiging. Dit is te herkennen aan:
Bij het inademen van een grote hoeveelheid koolmonoxide is het mogelijk dat iemand buiten bewustzijn raakt en/of overlijdt.
Hoe voorkom ik koolmonoxidevergiftiging?
Onderzoeksraad voor Veiligheid
De Onderzoeksraad voor Veiligheid heeft onderzoek gedaan naar ongevallen door koolmonoxide. Hieruit is gebleken dat 46% van de ongevallen gebeurt met een cv-installatie. Het grootste deel hiervan is modern en goed onderhouden. Ook periodiek onderhoud aan installaties vormt geen afdoende bescherming tegen koolmonoxideongevallen.
Klikhier voor het filmpje van de Onderzoeksraad voor Veiligheid: Koolmonoxide - Onderschat en onbegrepen gevaar
De eikenprocessierups is de larve van een nachtvlinder. In april en mei komen de rupsen uit hun eitjes. Na een tijdje komen de rupsen samen en vormen ze grote nesten op de stammen van eikenbomen. Deze nesten bestaan uit een dicht spinsel van draden, brandharen, vervellingshuidjes en uitwerpselen.
Gezondheidsklachten
Een eikenprocessierups heeft ongeveer 700.000 brandhaartjes op zijn lichaam. Ze zijn zo klein dat je ze niet kunt zien. Als je de rups aanraakt, dringen de pijlvormige brandharen makkelijk in je huid, ogen en luchtwegen. Het veroorzaakt binnen een paar uur klachten, zoals (hevige) jeuk, bultjes, blaasjes, roodheid en ontstekingen. Je ogen kunnen rood en dik worden en/of gaan ontsteken. Andere klachten zijn: een loopneus, kriebel in de keel, hoesten, moeilijk slikken en kortademigheid. Braken, duizeligheid, koorts en algehele malaise behoren ook tot de symptomen. De overlast van de brandharen van de rups start meestal in mei en loopt door tot en met augustus.
Wat kan ik eraan doen?
Heb je klachten? Voorkom dan dat de brandharen zich verder over je lichaam verspreiden. Strip je huid direct na aanraking met de haren met plakband. Spoel daarna je huid met lauw water. De brandharen krijg je niet gemakkelijk uit je kleren, je kleding wassen op 60ºC helpt wel.
Jeukklachten verdwijnen vanzelf binnen een paar dagen tot twee weken. Zalf op basis van mentol verlicht de jeuk. Blijven je klachten langer bestaan, ga dan naar de huisarts.
Hoe voorkom ik problemen?
Het is natuurlijk een open deur, maar vermijd contact met de eikenprocessierups. Je gaat in de lente natuurlijk niet fietsen met een coltrui, maar wees alert dat de rupsen in en rondom eikenbomen voorkomen. Zorg er ook voor dat kinderen weten dat ze de rupsjes niet mogen pakken.
Meer informatie
www.oakie.info is een site met begrijpelijke info over de eikenprocessierups voor inwoners en professionals. Op de website vind je informatie over gezondheid, blootstelling voorkomen en wat je kan doen als je gezondheidsklachten ervaart.
De landbouwontwikkelingsgebieden (LOG’s) en megabedrijven in de intensieve veehouderij krijgen zowel politiek als in de media veel aandacht. Omwonenden en maatschappelijke organisaties maken zich zorgen om de verstoring van het landschap, het dierenwelzijn en de gezondheid van omwonenden. Vanuit gemeenten of omwonenden ontvangt de GGD regelmatig de vraag of er mogelijke gezondheidseffecten zijn.
Infectieziekten die van dieren op mensen overdraagbaar zijn heten Zoönosen. Dit kan bijvoorbeeld via direct diercontact, lucht, mest en voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong. Bij influenza kan een mens tegelijkertijd besmet raken met een menselijk en dierlijk virus. Daardoor kan een heel nieuw virus ontstaan. Dat kan een virus zijn waartegen (nog) geen weerstand bestaat en dat van mens op mens overdraagbaar is. In stallen met veel dieren dicht bij elkaar kunnen micro-organismen zich gemakkelijker verspreiden. Zeker in combinatie met slechte hygiënische omstandigheden. Hierdoor neemt het risico op infectieziekten toe.
Naast zoönosen spelen stoffen zoals fijn stof en biologische agentia een grote rol bij gezondheidseffecten in de omgeving van intensieve veehouderijen. Ook geur is een belangrijke factor. Omwonenden van intensieve veehouderijen rapporteren vaker gezondheidsklachten dan normaal. Denk aan o.a. luchtwegklachten, irritatie van de ogen, stress, hartkloppingen, hoofdpijn, misselijkheid en aantasting van de stemming. Geurhinder veroorzaakt mogelijk een deel van deze klachten.
Om zoönosen te voorkomen moeten bedrijven de kans op ziekteverwekkers verkleinen en verspreiding voorkomen. Dit kan door goede bedrijfsvoering en een stalontwerp. Voldoen aan milieuwetgeving betekent nog niet automatisch dat het gezondheidsaspect ook voldoende aandacht krijgt. De maatschappelijk afnemende acceptatie speelt een steeds grotere rol bij de discussie over het oprichten van megastallen in de omgeving.
Lees het standpunt van GGD GHOR Nederland: Acceptabele geurhinder bij ontwikkeling veehouderij
Onze medewerkers van het team Medische Milieukunde beantwoorden je vragen graag! Tel. 088 - 443 30 00.
Een houtkachel of open haard brengt sfeer in huis. Nadeel is dat een houtkachel of open haard veel meer verontreiniging verspreidt dan andere verwarming. In huis komen door het stoken meer schadelijke stoffen in de lucht, ook als het binnen niet rokerig is. Buitenshuis kunnen de schadelijke stoffen in de lucht blijven hangen, vooral bij windstil en mistig weer.
In huizen waar regelmatig hout wordt gestookt, hebben vooral kinderen een groter risico op luchtwegklachten. Voorbeelden zijn verkoudheid, astma, bronchitis en longontsteking. De rook van een houtkachel of open haard kan voor de omgeving veel overlast zorgen. Het is de belangrijkste bron van geurhinder in de leefomgeving. Vooral mensen met gevoelige luchtwegen, zoals mensen met astma, kunnen gezondheidsklachten krijgen door de laaghangende rook. Lees hier de 10 stooktips om overlast te voorkomen.
Hinder door houtkachels komt vaak door slecht stookgedrag. Heb je last van een open haard of houtkachel die in de omgeving gestookt wordt, ga dan eerst in overleg met de stoker. Vaak kan de overlast op eenvoudige wijze worden verholpen.
In het stappenplan lees je hoe je in deze situatie kunt handelen. Dit stappenplan is niet van toepassing bij rookoverlast door een bedrijf.
In de folder houtkachels, openhaarden en gezondheid staan ook adviezen voor de stoker hoe de overlast voorkomen kan worden.
Soms zijn grotere ingrepen noodzakelijk, bijvoorbeeld het verhogen van de schoorsteen of het aanpassen van het rookkanaal. Wanneer het gesprek aangaan niet mogelijk is of moeilijk verloopt, dan kun je buurtbemiddeling inschakelen.
Als je er samen niet uitkomt, kun je contact zoeken met de GGD of de gemeente. Ondanks een zorgvuldige behandeling van een klacht door de GGD of gemeente lukt het niet altijd om een bevredigende oplossing te vinden. Dit komt omdat het ingewikkeld is om objectief de overlast door houtrook vast te stellen.
Op veel plekken in Nederland zit lood in de bodem. Heb je thuis loden waterleidingen? Dan kun je via het drinkwater lood binnenkrijgen. Voor volwassenen is dat niet erg, maar voor kinderen is dat niet goed. Zij kunnen ook lood binnenkrijgen als ze spelen op plekken waar lood in de grond zit.
Als jonge kinderen lood binnenkrijgen, heeft dat gevolgen voor hun hersenen. Die ontwikkelen zich dan minder goed. Hierdoor krijgen deze kinderen een iets lager IQ. Het is daarom belangrijk dat kinderen tot zeven jaar zo weinig mogelijk lood binnenkrijgen. Dat geldt ook zwangere vrouwen. Want ook baby’s in de buik kunnen lood binnenkrijgen, via hun moeder.
Op veel plekken in Nederland zit lood in de grond. Vooral in gebieden met oudere gebouwen. Bijvoorbeeld in wijken die voor de oorlog gebouwd zijn, in het centrum van oude dorpen of bij (oude) industriegebieden.
Als jonge kinderen spelen op grond waar lood in zit, krijgen ze lood binnen. Bijvoorbeeld doordat ze hun vieze handen in hun mond stoppen. Zo zorg je ervoor dat kinderen zo weinig mogelijk lood binnenkrijgen:
Woon je in een huis dat vóór 1960 gebouwd is? Dan kunnen er waterleidingen van lood in je huis zitten. Als dat zo is, moet je deze leidingen laten vervangen door koperen waterleidingen. Meer informatie hierover vind je op milieucentraal.nl.
Zolang je de oude waterleidingen nog hebt, doe je dit:
Woon je in een nieuwbouwhuis? Dan kan er de eerste maanden te veel lood in het drinkwater zitten. Dat komt niet door de leidingen, want die zijn van koper. Het komt door de nieuwe kranen. Daar kan in het begin nog lood vanaf komen. Kijk op kraandoorspoelen.nl voor meer informatie en adviezen.
Bij het klussen of uitoefenen van een hobby kun jein contact komen met stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid. Bijvoorbeeld oplosmiddelen in verf of lijm, of stof dat vrijkomt bij het schuren van materialen. Ook huisgenoten van de klusser of hobbyist kunnen in contact komen met deze schadelijke stoffen. Het is belangrijk dat je contact met schadelijke stoffen voorkomt. Voor jezelf, maar vooral ook voor kinderen en zwangere vrouwen in je gezin of omgeving. Lees meer over de risisco's en de maatregelen die je kunt nemen als je lood gebruikt.
Meningokokkenziekte is een ziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie, de meningokok. Van deze bacterie bestaan meerdere typen. De typen A, B, C, W en Y zijn de bekendste. Als de bacterie in je neus zit kun je een ander besmetten zonder zelf ziek te zijn. De bacterie wordt via de lucht, door hoesten en niezen, of door zoenen van mens op mens overgedragen.
Peuters en tieners krijgen een vaccinatie de beschermt tegen meningokokken typen A, C, W en Y.
Meningokokkenprik voor jongeren
Tieners krijgen een oproep voor vaccinatie in het jaar dat ze 14 worden. Sinds 2020 krijgen 14-jarigen de prik tegen meningokokkenziekte vanuit het Rijksvaccinatieprogramma aangeboden. Zij krijgen met de post een uitnodiging om in het voorjaar 2022 de vaccinatie te komen halen. In die brief staat waar en wanneer de vaccinatie gehaald kan worden. De vaccinatie is gratis.
De vaccinatie tegen meningokokkenziekte bij peuters gaat via het consultatiebureau.
De meningokok zit in de neus of keel. Veel mensen dragen deze bacterie tijdelijk bij zich zonder dat zij zelf ziek worden. Door hoesten, niezen en praten komen druppeltjes met de bacterie in de lucht. Mensen kunnen deze druppeltjes inademen en zo besmet raken. De bacterie blijft niet in de buitenlucht zweven, maar gaat daar snel dood.
De tijd tussen besmet raken en ziek worden is 2 tot 10 dagen. Meestal is dit 3 tot 4 dagen. Maar de kans om na besmetting ziek te worden, is heel klein.
Iemand met meningokokkenziekte kan heel snel en ernstig ziek worden. Dat kan soms binnen enkele uren. Waarschuw meteen de huisarts als iemand deze klachten heeft.
Iedereen kan deze ziekte krijgen. Het komt het meest voor bij jonge kinderen en bij tieners.
Er zijn verschillende types meningokokken. Iemand die de ziekte heeft gehad bouwt er afweer tegen op. Maar alleen voor het type meningokok waar hij ziek door is geworden. Iemand kan dus vaker meningokokkenziekte krijgen.
Wil je meer weten over de Meningokokkenziekte of de vaccinatie MenACWY?
Ben je tussen de 12 en 18 jaar?
Heb je nog vragen?
Bel dan met de medewerkers Jeugdgezondheid van de GGD op 088 - 443 30 00. Dit kan op werkdagen van 8.00 - 17.00 uur.
De GGD is de gezondheidsdienst van en voor de gemeenten Aalten, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Elburg, Epe, Ermelo, Hattem, Harderwijk, Heerde, Lochem, Montferland, Nunspeet, Oldebroek, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Voorst, Winterswijk en Zutphen. De GGD werkt aan het bevorderen van de gezondheid en het voorkomen van gezondheidsproblemen bij inwoners van GGD Noord- en Oost-Gelderland.
GGD Noord- en Oost-Gelderland is de gezondheidsdienst van 22 gemeenten. De GGD biedt actief 'Een gezond houvast' en bewaakt, beschermt en bevordert de gezondheid van de inwoners.
GGD NOG is werkzaam voor zowel de hele samenleving in Noord- en Oost-Gelderland, afzonderlijke gemeenten of gedeelten daarvan zoals buurten of scholen. GGD NOG doet dit namens de gemeenten. Hierbij nemen we geen verantwoordelijkheden over, maar signaleren actief, verbinden, geven richting en zo nodig praktische ondersteuning om lokale aanpak te realiseren.
Bij GGD NOG staat de gezondheid van de inwoners centraal. Dat geldt zowel voor acute situaties (crisissen en incidenten) als voor de langere termijn waar preventie een rol speelt.
GGD'ers nemen de visie op Positieve Gezondheid als basis voor het handelen: "Gezondheid is het vermogen zich aan te passen en eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven." Dit vanuit het vertrouwen dat ieder van ons een actieve bijdrage kan leveren aan de gezonde toekomst van onze gemeenschap. Door het opbouwen en onderhouden van betekenisvolle samenwerkingsrelaties werken GGD'ers samen met vele partijen aan de gezondheid van de burgers van Noord- en Oost-Gelderland.
Heeft uw gemeente beleidsadvies of aanvullende ondersteuning nodig bij het bevorderen van een gezonde leefstijl van uw inwoners? Een adviseur Gezondheidsbevordering van GGD NOG kan u helpen bij een concreet vraagstuk of project op het gebied van leefstijl (bewegen, roken, alcohol/drugs, voeding en mentale gezondheid).
Beleidsadvies
Een adviseur Gezondheidsbevordering van GGD NOG kan adviseren over:
Projectleiding van en procesbegeleiding bij preventieve leefstijlprogramma's
Een adviseur Gezondheidsbevordering kan uw gemeente helpen door:
Implementatie van leefstijlprogramma’s en activiteiten
Kosten
Vanuit de basisdienstverlening kan de adviseur Gezondheidsbevordering adviseren ten aanzien van gemeentelijk beleid en over leefstijlprogramma’s. Voor de projectleiding / procesbegeleiding van lokale preventie programma’s of implementatie van lokale programma’s en activiteiten wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief.
Onze inzet is altijd maatwerk. Wij selecteren de adviseur die het beste bij uw vraag past. De inzet is flexibel: van enkele uren tot fulltime en van een kort concreet project tot langlopende betrokkenheid. Wilt u een objectief advies, zonder commercieel belang, waarbij uw inwoners centraal staan? Neem dan contact met ons op.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Simpel Fit! is een cursus over gezonde voeding en beweging voor kinderen. De cursus is bedoeld voor Turkse moeders met kinderen in de leeftijd van 0 t/m 12 jaar en wordt in het Turks gegeven. Daarnaast is er ook een Marokkaanse variant.
Waarom deze cursus?
“Gezond leven en opgroeien” dat willen we allemaal! Tegenwoordig is één op de zeven kinderen in Nederland te zwaar. Bij Turkse en Marokkaanse kinderen ligt dit aantal nog hoger. Gezond eten en veel bewegen helpt bij het tegengaan van overgewicht. Moeder (en oma’s) spelen een belangrijke rol in de opvoeding van hun kinderen en hebben daarmee ook een grote invloed op het gewicht van hun kind. In de praktijk is dit niet altijd zo makkelijk. In de cursus krijgt de moeder / oma achtergrondinformatie en praktische tips om met gezond eten en bewegen aan de slag te gaan.
Inhoud cursus
De cursus bestaat uit zeven bijeenkomsten van 2 uur per bijeenkomst. Tijdens de cursus leren de cursisten waarom het belangrijk is dat een kind gezond eet en veel beweegt. Tijdens elke bijeenkomst staat een ander thema centraal:
Tijdens elke bijeenkomst is er ruimte voor theorie, opdrachten, het uitwisselen van ervaringen en beweging.
Simpel Fit! is een erkende interventie en staat in de database van Centrum Gezond Leven.
Contact
Wilt u meer weten over Simpel Fit! of heeft u vragen over de kosten? Neem contact met ons op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Heeft uw gemeente beleidsadvies of tijdelijk aanvullende ondersteuning nodig? Een beleidsadviseur van GGD NOG kan u helpen. Voor een concreet vraagstuk of project op het brede domein van de publieke gezondheid.
Beleidsadvies
Een beleidsadviseur van GGD NOG ondersteunt onder meer bij:
Projectbegeleiding
Bij lokale projecten, samenwerkingsverbanden of nieuwe netwerken is soms extra capaciteit nodig. De adviseurs van GGD NOG kunnen hierbij ondersteunen. U kunt denken aan de volgende activiteiten:
Kosten
Beleidsadvies en projectbegeleiding kan soms binnen de basisdienstverlening worden geleverd. In andere gevallen wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief.
Onze inzet is altijd maatwerk. Wij selecteren de adviseur die het beste bij uw vraag past. De inzet is flexibel: van enkele uren tot fulltime en van een kort concreet project tot langlopende betrokkenheid. Wilt u een objectief advies, zonder commercieel belang, waarbij uw inwoners centraal staan? Neem dan contact met ons op.
Contact
Dienstverlening@ggdnog.nl.
GGD NOG voert jaarlijks gezondheidsmonitors en andere regionaal onderzoek uit vanuit de basisdienstverlening. Deze onderzoeken geven inzicht in de gezondheid van de regionale bevolking. Resultaten en cijfers kunt u vinden op www.kvnog.nl (Kompas Volksgezondheid NOG).
Onderzoekers van de GGD leveren ook extra diensten en adviezen op maat. Denk hierbij aan:
Onderzoek of advies op maat kan soms binnen de basisdienstverlening worden geleverd. In andere gevallen wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Gemeenten krijgen per 2022 via de nieuwe wet Inburgering meer verantwoordelijkheden en taken rond de inburgering van statushouders. De GGD-coördinator gezondheid statushouders geeft de gemeente advies én praktische ondersteuning bij het beleid en de uitvoering rond taal, werk en opleiding. Want gezondheid speelt een grote rol voor het slagen van deze trajecten.
Bijvoorbeeld: zijn de werkbegeleiders zich bewust van de invloed van cultuurverschillen op de werkvloer; weten zij bij problemen de statushouder anders te benaderen en komen zij samen tot een oplossing? Weten zij hoe een gesprek aan te gaan rond de gezondheid van de statushouder? Hoe kunnen psychische klachten zich uiten tijdens de inburgeringslessen en hoe kunnen docenten daar tijdig mee omgaan om lesverzuim te voorkomen?
De coördinator zorgt voor of ondersteunt onder andere bij het opstellen van beleid; de coördinatie van uitvoering van (deel)beleid; voert activiteiten uit; regelt voorlichting voor professionals, vrijwilligers en statushouders. Indien gewenst met de inzet van een sleutelpersoon, die de drempel voor oplossingen kan verlagen.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Elk kind verdient een gezonde start. Met de Gezonde Kinderopvang kan structureel aan de gezondheid van kinderen en medewerkers worden gewerkt. De Gezonde Schooladviseur van GGD NOG kan u hierbij helpen.
Advies en begeleiding bij de Kinderopvang
De Gezonde Schooladviseurs van GGD NOG zijn nu veelal nog alleen actief op het onderwijs. Het aanleren van gezond gedrag kan echter niet vroeg genoeg beginnen. De Gezonde Schooladviseur kan de kinderopvang in uw gemeente ondersteunen met:
Kosten
Kortdurende advisering aan basisscholen wordt vanuit de basisdienstverlening opgepakt. Voor de begeleiding en advisering aan de kinderopvang wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief. Wilt u meer weten over de mogelijkheden in uw gemeente? Neem dan contact met ons op.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Vindt uw gemeente het belangrijk dat er op scholen in uw gemeente aandacht is voor een specifiek (leefstijl)thema? De Gezonde Schooladviseur van GGD NOG kan u helpen. Scholen die aansluiten bij het project krijgen advies op maat en scholing, waarbij ook aandacht is voor het betrekken van leerlingen en ouders.
Gezonde Schoolaanpak in het DNA van iedere school
Een Gezonde Schooladviseur van GGD NOG ondersteunt basisscholen vanuit de basisdienstverlening onder meer door het geven van kortdurende adviezen en begeleiding rondom de Gezonde Schoolthema’s (welbevinden, voeding, beweging, relaties en seksualiteit, mediawijsheid, natuur en milieu). Gezien het aantal scholen in de regio NOG zijn de mogelijkheden voor ondersteuning beperkt.
Wilt u in uw gemeente met een project rondom een specifiek (leefstijl)thema aan de slag en is het belangrijk dat ook scholen hierbij aansluiten dan kan GGD NOG u hierbij ondersteunen door:
Wilt u geen project starten, maar vindt u het wel belangrijk dat de Gezonde Schooladviseur vanuit zijn/haar expertise structureel aansluit bij bepaalde lokale overleggen? Ook dat is mogelijk.
Kosten
Kortdurende advisering aan scholen kan vaak vanuit de basisdienstverlening worden opgepakt. Bij grootschalige aanpak, met meer scholen wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief. Ook voor het structureel aansluiten bij lokale overleggen wordt extra financiering gevraagd.
Wilt u meer weten over de mogelijkheden in uw gemeente? Neem dan contact met ons op.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Via het platform NOG Fitter en Vitaler biedt GGD NOG vanuit de basisdienstverlening werkgevers in de NOG-regio advisering over en ondersteuning bij het realiseren van een gezonde werkomgeving voor hun werknemers. Dat doen we online via Nogfitterenvitaler.nl
de nieuwsbrief en persoonlijk via onze gezonde werkvloer adviseur over de BRAVO leefstijl thema’s (Bewegen, Roken, Alcohol, Voeding en Ontspanning/Mentale gezondheid).
Vanuit NOG Fitter en Vitaler kunnen we ook extra diensten en adviezen op maat leveren, in de hele NOG-regio en/of een of meer gemeenten. Denk hierbij aan:
Voor extra diensten en adviezen op maat vanuit NOG Fitter en Vitaler wordt extra financiering gevraagd tegen een vast uurtarief. Heeft u interesse? Wij horen graag van u.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
De jeugdgezondheidszorg biedt alle kinderen op vaste momenten een gezondheidsonderzoek aan. Tijdens dit onderzoek is er aandacht voor de gezondheid en ontwikkeling van het kind. Samen met de ouders wordt er gekeken naar het opvoeden en gezond opgroeien van hun kind.
Buiten deze vaste contactmomenten kan de jeugdgezondheidszorg een extra gezondheidsonderzoek in de basisschoolperiode aanbieden. Soms spelen er bij kinderen op specifieke scholen of in specifieke wijken opvallende gezondheidsthema’s. Deze thema’s krijgen dan in dit gezondheidsonderzoek extra aandacht.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Informatie over opvoeden en opgroeien gaat vaak over de taak ‘opvoeden’ en niet over wat het ouderschap met mensen zelf doet. Door vanuit het perspectief van ouderschap te spreken met ouders over opvoeden van hun kinderen, worden ouders gezien en gehoord.
GGD/JGZ faciliteert het groepsgesprek met en tussen ouders (maximaal circa 12 personen), waarin het gaat over wat ouders nodig hebben om hun kind goed te begeleiden. Maar ook gaat het gesprek over wat ouders niet nodig hebben om hun kind te begeleiden in het opgroeien.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
>> TOLK voor taalontwikkeling
TOLK staat voor Taal aanbieden, Overnemen, Luisteren en Kijken. De methode versterkt ouderbetrokkenheid bij taal- en denkstimulering. Doel is schoolsucces en ontplooiing.
TOLK wil een brug slaan tussen school en thuis. Films laten zien hoe thuis kan worden gepraat over wat voor kinderen dagelijks aan de orde is. Met kijkvragen kunnen logopedisten/intermediairs die de films aanbieden, de aandacht sturen. Door beantwoording van de vragen verwoorden ouders zelf wat belangrijk is voor taalstimulering. Om deelname aan bijeenkomsten op de locatie te vergroten zijn leuke aan de films gerelateerde activiteiten voor ouders en kinderen geformuleerd. Alles is erop gericht ouders te enthousiasmeren om aan de slag te gaan. Suggesties voor thuis en digitale reminders in de vorm van een email verduurzamen de gedragsverandering van ouders. Opdrachten en oefeningen zijn dan niet nodig. TOLK wordt in 3 tot 5 bijeenkomsten gegeven en kan zowel op de basisschool als op kinderdagverblijven/peuterspeelzalen ingezet worden.
>> Coaching taalstimulering in de klas/peuterspeelzaal
Ten behoeve van de spraak-taalstimulering van kinderen observeert de logopedist de interactie tussen leerkracht /pedagogisch medewerker en kinderen. Deze observatie werkt zij uit in een observatieverslag en daarna geeft zij gerichte handelingsadviezen aan de leerkrachten/pedagogisch medewerkers in een TEAMS-meeting. Daarin verwerkt zij ook de theorie over de spraak-taalontwikkeling van de desbetreffende leeftijdsgroep, zodat de leerkrachten/pedagogisch medewerkers (en intern begeleider) weten wat leeftijdsadequaat is en dit, waar nodig, op een passende wijze kunnen stimuleren.
>> Taalstimulering en begeleiding taalgroepjes
Gedurende een schooljaar worden taalzwakke kinderen die niet in aanmerking komen voor externe logopedie, door de logopedist begeleid. De logopedist komt daartoe 1 dagdeel per week of 1 dagdeel per twee weken op school, betrekt de ouders bij de begeleiding en coacht de leerkracht.
>> Logopedisch spreekuur
In samenwerking met het consultatiebureau wordt maandelijks een logopedisch spreekuur op afspraak gehouden. Zowel ouders als jeugdverpleegkundigen, jeugdartsen en leerkrachten/pedagogisch medewerkers kunnen kinderen hiervoor aanmelden. Aantal uren in overleg.
>> Observeren Peuterspeelzalen
De logopedist komt een dagdeel op de peuterspeelzaal de spraak-taalontwikkeling van kinderen observeren. Door middel van een kort observatieverslag worden de resultaten teruggekoppeld aan ouders en pedagogisch medewerkers.
De logopedist geeft advies aan ouders en pedagogisch medewerkers of geeft kleine oefeningen mee naar huis om de spraak-taalontwikkeling adequaat te stimuleren. Daarnaast stuurt zij, waar nodig, de kinderen door naar een vrij gevestigde logopedist, zodat de spraak-taalachterstand zo minimaal mogelijk is voordat kinderen naar de basisschool gaan.
>> Webinar ‘Leren praten Vanzelfsprekend?’
Webinar over spraak-taalontwikkeling 0-6 jaar en logopedie kan ingezet worden voor pedagogisch medewerkers en leerkrachten onderbouw basisschool. In de webinar komen spraak- taalontwikkeling en diverse aspecten van logopedie en spraak-taalstimulering aan de orde. De webinar wordt gehouden via Microsoft MS teams. Tijdsinvestering: 3 uur
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
De jeugdgezondheidszorg kan vanuit de basis enkele kinderen op het voortgezet onderwijs op het spreekuur zien wanneer er sprake is van (ziekte)verzuim. Met de juiste medische advisering kan een passende oplossing gezocht worden en langdurig schooluitval worden voorkomen.
Als plustaak kan de jeugdgezondheidszorg meer kinderen verzuimbegeleiding bieden. Niet alleen op het voortgezet onderwijs, maar ook op het basisonderwijs, MBO en bij jongeren (18+) is dit mogelijk.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
De jeugdgezondheidszorg biedt alle kinderen de vaccinaties uit het rijksvaccinatieprogramma aan. Naast de vaccinatiemomenten is er ook tijdens het reguliere contactmoment aandacht voor de vaccinatie. Ook kunnen ouders en kinderen voor hun vragen terecht bij de jeugdgezondheidszorg.
Als plustaak kan de jeugdgezondheidszorg extra (groeps)voorlichting geven aan ouders. Ook is er een voorlichtingsprogramma beschikbaar dat kinderdagverblijven of scholen kunnen gebruiken bij een ouderavond.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Heeft u advies nodig op het gebied van milieu en gezondheid van over het inrichten van een gezonde leefomgeving? Daar kan het team medische milieukunde u over adviseren. Wij nemen in onze advisering zowel gezondheidsbeschermende als gezondheidsbevorderende aspecten mee.
Advies
Het team mmk levert onder meer:
Kosten
Vaak kunnen onze activiteiten vanuit de basisdienstverlening plaatsvinden en zijn er geen kosten aan verbonden. In sommige gevallen is er echter sprake van een bijzondere situatie door de aard van de urenbelasting van de opdracht. U kunt contact opnemen met ons opnemen over de mogelijkheden en de kosten te bespreken.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Procesregie, Vangnet, Informatie & Advies
Team maatschappelijke zorg van GGD NOG richt zich op de sociaal kwetsbare inwoners. Door middel van ketensamenwerking wordt er geprobeerd de kwaliteit van leven van deze mensen én hun omgeving te verbeteren. Dit doen wij voor kwetsbare volwassenen en gezinnen die op meerdere leefgebieden problemen ervaren en soms geen hulpvraag hebben of die niet kunnen stellen. Hierbij kan onder andere sprake zijn van psychische problemen, verslavingsproblemen, financiële problemen, huiselijk geweld, vervuiling, eenzaamheid en overlast.
Maatschappelijke zorg biedt ondersteuning bij:
Centrale Toegang WMO
De centrale toegang werkt als onafhankelijke partij binnen de kaders van de WMO 2015 en richt zich voornamelijk op de Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen. Door de toegang centraal te regelen kan de GGD opkomen voor de belangen van alle betrokkenen (gemeente, burgers & zorg- en welzijnsorganisaties), met als doel de juiste zorg in te zetten. De centrale toegang beschikt over de kennis en expertise om de volgende taken uit te voeren:
Verpleegkundig Spreekuur Dak- en thuislozen
De GGD NOG werkt nauw samen met ketenpartners in de dak- en thuislozen opvang, door het aanbieden van een spreekuur. De insteek is laagdrempelig en biedt mensen in de opvang de mogelijkheid om in gesprek te gaan over fysieke en mentale ongemakken. Waar nodig kunnen mensen worden doorverwezen naar een huisarts voor verder onderzoek.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Team seksuele gezondheid ondersteunt professionals op school en in de wijk bij het opzetten en uitvoeren van een gender- en cultuur sensitieve relationele en seksuele vorming. Dit doen wij door op maat trainingen, advies &ondersteuning en de uitleen van lesmaterialen. Voor jongeren is er het spreekuur op een van onze 4 locaties.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
GGD NOG voert het programma Nu Niet Zwanger uit. Dit programma ondersteunt kwetsbare mensen bij het maken van een bewuste keuze over het moment van hun kinderwens. Als professionals eerlijk en proactief in gesprek gaan over kinderwens, seksualiteit en anticonceptie, dan zijn cliënten beter in staat daar een bewuste keuze over te maken. Zo kan een onbedoelde zwangerschap worden voorkomen. Binnen het programma doen we zoveel mogelijk regulier waar het kan. Dit doen we door het creëren van draagvlak (bij hulpverleners en het somatisch netwerk), het scholen en coachen van aandachtsfunctionarissen en het organiseren van intervisie. Daarnaast biedt de GGD, in situaties waar het niet regulier kan, een opschalingsfunctie.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
De toezichthouder Wmo van de GGD houdt toezicht op de kwaliteit van ondersteuning die geleverd wordt vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo2015). De toezichthouder voert onderzoeken uit in samenwerking met of in opdracht van de gemeente met als doel: kwalitatieve, verantwoorde en veilige ondersteuning voor de burger. Waarom toezicht bij de GGD? Deze taak is vanuit de GGD onafhankelijk; op basis van eigen inzichten en professionaliteit. De toezichthouder voert onderzoeken uit in samenwerking en/of in opdracht met de gemeente.
Het toezicht vindt plaats op grond van de kwaliteitseisen uit de Wmo2015, de gemeentelijke verordeningen, beleidsregels en de contractuele afspraken welke de aanbieders met gemeenten hebben afgesloten.
Soorten toezicht WMO:
Lees meer op Wmo Toezicht | GGD NOG.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Binnen KinderrechtenNU vindt een kringgesprek plaats in groep 6, 7 van 8 waarin elke leerling aan bod komt en benoemt wat hem of haar bezighoudt. Corona kan hierin een plaats hebben, maar KinderrechtenNU gaat over alle onderwerpen, die opgenomen zijn in het Verdrag van de Rechten van het Kind. Na dit gesprek in de klas, wordt in kleine groepjes het KinderrechtenNU spel gespeeld (de leerkracht, de gespreksleider van de GGD en idealiter, een collega van het CJG/lokaal team is aanwezig). Kinderen leren dat het normaal is om met elkaar over gevoelens en gedachten te spreken. En als ze ergens mee zitten, dat ze dit met een volwassene bespreken.
KinderrechtenNU is in 1x per klas uit de basisfinanciering van de GGD. Idealiter is dit 3 jaar bij 1 groep.
Meer informatie is te vinden op: kinderrechtennu.nl
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
DE GGD/JGZ kan een workshop geven op locatie voor leerkrachten over Mentale Veerkracht van leerlingen. Dit kan gaan over wat een gezonde sociaal emotionele ontwikkeling is, wat normaal is, maar ook wat niet normaal is. In overleg met de school wordt bepaald wat in de workshop voor leerkrachten/docenten aan bod komt.
Deze workshop wordt gegeven door Mw. Dr. Monique L’Hoir (klinisch pedagoog) en/of een jeugdarts of jeugdverpleegkundige.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
De workshop Veerkracht & corona kan worden aangevraagd voor klas 3 en 4 (vmbo, havo, vwo). De leerlingen leren dat zij zelf invloed hebben op wat zij denken, voelen en doen. Maar dat ook hun omgeving, zoals bijvoorbeeld covid-19 en sociale media, hier invloed op heeft. Daarnaast bespreken we hoe leerlingen met negatieve emoties en gedachten kunnen omgaan. En bij wie zij terecht kunnen als ze hier vragen over hebben.
Contact
Neem voor meer informatie contact op via dienstverlening@ggdnog.nl.
Persoonsgegevens zijn gegevens die iets zeggen over jou. Wij verwerken ‘gewone’ persoonsgegevens als naam, adres, e-mailadres en leeftijd. Als het nodig is verwerken wij bijzondere persoonsgegevens, vooral gezondheidsgegevens. Soms zijn wij verplicht je burgerservicenummer te gebruiken. Bij de spreekuren seksuele gezondheid kun je ook anoniem terecht.
In veel gevallen krijgen wij persoonsgegevens van jouzelf, bijvoorbeeld als je een afspraak maakt, een formulier invult of informatie geeft in een (telefoon)gesprek of e-mailcontact.
Ook ontvangt de GGD persoonsgegevens van derden. Hierbij gaat het om de Basisregistratie persoonsgegevens, het Basisregister Onderwijs (BRON, beheerd door DUO), scholen, gemeenten, zorgverleners en zorginstellingen.
Wij gebruiken persoonsgegevens om onze taken zorgvuldig en verantwoord uit te voeren. Bij die taken gaat het om de publieke gezondheidszorg, maatschappelijke welzijn en crisisbeheersing. Voorbeelden zijn:
Het verschilt hoeveel en welke persoonsgegevens wij gebruiken. Dat hangt af van de dienst waarvoor je bij de GGD bent. Wij verwerken niet meer persoonsgegevens dan noodzakelijk is en alleen voor de volgende doelen:
GGD NOG werkt vaak samen met andere organisaties en personen. Wij delen persoonsgegevens alleen als dat nodig is voor een wettelijke verplichting of onze taak. Het verstrekken van jouw persoonsgegevens doen wij zoveel mogelijk in overleg met jou en met jouw toestemming. Als je toestemming hebt gegeven, kun je die ook weer intrekken.
Wij hebben verschillende bedrijven ingeschakeld die in onze opdracht persoonsgegevens verwerken. Wij gebruiken bijvoorbeeld online softwarepakketten voor medische dossiers. Met deze “verwerkers” sluiten wij overeenkomsten. Hierin maken wij afspraken over de beveiliging en vertrouwelijkheid bij de verwerking van persoonsgegevens. Wij blijven verantwoordelijk voor deze verwerkingen.
Wij mogen persoonsgegevens niet zomaar opvragen of gebruiken. De wet bepaalt dat wij daarvoor een ‘grondslag’ moeten hebben. Jouw gegevens gebruiken we alleen om één of meer van de volgende redenen.
Soms mogen wij je persoonsgegevens verwerken zonder jouw toestemming. Dit mag dan op basis van één of meer van de grondslagen die we hierna noemen.
Wij nemen maatregelen om verlies, onbevoegde toegang en misbruik van persoonsgegevens te voorkomen. Deze maatregelen hebben wij opgenomen in ons informatiebeveiligingsbeleid.
Jij kunt ook helpen. Je kunt ons mailen met vragen of suggesties over de bescherming van jouw persoonsgegevens via fg@ggdnog.nl.
Let zelf ook op de veiligheid van jouw persoonsgegevens. Controleer of de partij aan wie je jouw persoonsgegevens wilt geven, te vertrouwen is. Let erop dat jouw eigen apparatuur computer of smartphone veilig genoeg is om persoonsgegevens te ontvangen en te verzenden.
Wij bewaren jouw persoonsgegevens zolang dit nodig is voor de dienstverlening aan jou. Soms staan er in wetten bewaartermijnen. Dan bewaart GGD NOG persoonsgegevens zo lang als de wet voorschrijft.
Het kan zijn dat wij te maken krijgen met een rechtszaak of andere procedure. Om aan te kunnen tonen hoe de zaak in elkaar zit, kunnen wij gegevens hierover bewaren.
Je hebt een aantal rechten bij de verwerking van jouw persoonsgegevens.
Wil je gebruik maken van één van de hierboven genoemde rechten? Stuur dan een verzoek aan fg@ggdnog.nl.
Wil jij de eerder gegeven toestemming voor het gebruik van jouw gegevens intrekken? Bespreek dat met de betrokken GGD-medewerker of stuur een e-mail aan fg@ggdnog.nl.
GGD NOG verstuurt verschillende nieuwsbrieven in de vorm van een mailing naar geïnteresseerden. Wij versturen nieuwsbrieven alleen aan bestaande contacten en aan personen die daarvoor toestemming geven bij aanmelding. Onderaan iedere mailing vind je de mogelijkheid om de gegevens aan te passen of om je af te melden.
[1] https://www.evaluatiebureau.nl/, https://www.kvnog.nl/, https://www.aw-agora.nl, https://www.nogfitterenvitaler.nl
Verantwoordelijke voor de verwerking van persoonsgegevens binnen GGD NOG is het dagelijks bestuur van GGD Noord- en Oost-Gelderland. Het dagelijks bestuur heeft deze verantwoordelijk neergelegd bij de directeur publieke gezondheid.
GGD Noord- en Oost-Gelderland
Telefoonnummer 088 - 443 30 00
E-mail ggd@ggdnog.nl
Postadres:
Postbus 3
7200 AA Zutphen
Bezoekadres:
Rijksstraatweg 65
7231 AC Warnsveld
Wij hebben een functionaris voor de gegevensbescherming, die adviseert en toeziet op naleving van de privacyregels. Als je vragen hebt over het gebruik van persoonsgegevens door de GGD, stuur dan een mail aan fg@ggdnog.nl.
Ben je het niet eens met de manier waarop wij omgaan met jouw persoonsgegevens? Dan kun je een klacht indienen via fg@ggdnog.nl.
Je kunt ook contact opnemen met de onafhankelijke klachtenfunctionaris van GGD NOG, Wiena Bakker. Je bereikt haar via wienabakker@adviespuntzorgbelang.nl of op 06 – 53 88 54 59. Op de website van de GGD staat meer informatie over wat je kunt doen met je opmerking, suggestie of klacht.
Het kan zijn dat we er samen niet uitkomen en dat je vindt dat GGD NOG persoonsgegevens verwerkt in strijd met de privacywet. Dan kun je een klacht indienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). De AP houdt toezicht op de naleving van de regels voor bescherming van persoonsgegevens.
Wij blijven onze diensten ontwikkelen en verbeteren. Daarom kunnen wij deze privacyverklaring van tijd tot tijd wijzigen.
Versie 1.4 vastgesteld 27 mei 2019
Locatie Warnsveld
Rijksstraatweg 65 in Warnsveld
Spreekuur: maandag
Locatie Apeldoorn
Gelre ziekenhuis, Albert Schweitzerlaan 31 in Apeldoorn.
Spreekuur: woensdagmiddag en avond & vrijdag.
Locatie Doetinchem
Kruisbergseweg 47 in Doetinchem (naast het Slingeland ziekenhuis)
Spreekuur: dinsdagmiddag en avond
Locatie Harderwijk
Oosteinde 17 in Harderwijk
Spreekuur: donderdag
De GGD leent gratis lesmateriaal uit aan professionals, zoals leskisten, spellen, dvd’s en boeken over seksuele gezondheid en aanverwante thema’s als weerbaarheid, seksuele diversiteit en anticonceptie. Voor advies, meer informatie of het reserveren van lesmaterialen kun je terecht bij de Internetcatalogus van de GGD of neem contact op met Margreet Dragt: 088 443 3169 of Maureen Maneschijn: 088 443 3359 of via documentatiecentrum@ggdnog.nl
Acties en gadgets
Wil je een activiteit uitvoeren rondom het thema seksuele gezondheid? En heb je daar ondersteuning bij nodig?
Bijvoorbeeld bij het organiseren van de 'Week van de Liefde' of de 'Week van de Lentekriebels'? Neem vrijblijvend contact met ons op via seksenzo@ggdnog.nl.
De Week van de Lentekriebels is een nationale projectweek, waarin aan kinderen van groep 1 t/m 8 van het basisonderwijs een hele week relationele en seksuele vorming gegeven wordt. De GGD ondersteunt scholen bij de voorbereiding en uitvoering van de projectweek.
Meedoen aan de Week van de Lentekriebels? Geef uw school dan op bij Rianne Swijtink via: r.swijtink@ggdnog.nl
Meer informatie: https://www.seksuelevorming.nl/onderwijssoort/basisonderwijs/week-van-de-lentekriebels
Week van de liefde is een educatief project over verliefdheid, liefde, relaties en seksualiteit voor jongeren. VO scholen organiseren dit meestal elk jaar rond Valentijnsdag, in samenwerking met de GGD.
Week van de liefde is een educatief project over verliefdheid, liefde, relaties en seksualiteit voor jongeren op het VO. Het project zorgt er voor dat seksualiteit op een leuke en speelse manier bespreekbaar wordt gemaakt. Het kan door scholen op elk gewenst moment in het jaar uitgevoerd worden. De GGD ondersteunt docenten van leerlingen van het voortgezet onderwijs bij de organisatie en indien mogelijk bij de uitvoering van de activiteiten in de Week van de Liefde. Wil uw school hieraan mee doen? Mail dan naar seksenzo@ggdnog.nl.
Op alle roc's in de regio wordt ieder jaar een speciaal project georganiseerd rondom relaties en seksualiteit. In dit project worden studenten uit leerjaar 3 door middel van liefdeslessen opgeleid om zelf voorlichting te geven aan eerstejaars studenten. Dit wordt ook wel ‘peereducatie’ genoemd. Het project wordt afgesloten met de Dag van de liefde.
Het peerproject bestaat uit drie onderdelen:
Lees het ervaringsverhaal van ROC Aventus in Apeldoorn.
Lees meer over de interventie en de erkenning van het loket gezond leven.
Of mail naar seksenzo@ggdnog.nl voor meer informatie.
Kinderen en jongeren komen regelmatig in aanraking met (online) seksualiteit. Door te experimenteren leren ze hun eigen lichaam en de wensen en grenzen van zichzelf en anderen kennen. Maar wanneer gaat dit gedrag te ver? Hoe reageer je als je hier als professional mee geconfronteerd wordt? En hoe bespreek je dit met collega’s?
Het Vlaggensysteem stimuleert gezond seksueel gedrag en draagt bij aan het voorkómen en terugdringen van seksueel grensoverschrijdend gedrag onder kinderen en jongeren. Het biedt professionele opvoeders handvatten om seksueel gedrag adequaat te beoordelen, bespreekbaar te maken en gepast te reageren.
Deelname is gratis (minimaal 8 personen)
Duur: 3 uur
Heb je belangstelling voor de workshop werken met het vlaggensysteem? De workshop kan incompany gegeven worden bij minimaal 8 personen. Voor meer informatie kun je contact opnemen met Carolien Gooiker via C.Gooiker@ggdnog.nl
GGD Noord- en Oost-Gelderland en GGD IJsselland werken nauw samen op het gebied van de preventie van meisjesbesnijdenis en het nazorgspreekuur voor vrouwen die in het land van herkomst besneden zijn.
Meisjesbesnijdenis of Vrouwelijke Genitale Verminking (VGV) is een ingreep aan de uitwendige geslachtsorganen, waarvoor geen medische noodzaak is.
Er zijn verschillende vormen van VGV: vaak wordt de clitoris gedeeltelijk of geheel verwijderd, soms ook de kleine schaamlippen en soms de grote schaamlippen. In sommige culturen wordt de vaginale opening vernauwd door het wegsnijden en aan elkaar hechten van de kleine en/of grote schaamlippen, met of zonder verwijdering van de clitoris.
Situatie in Nederland
In Nederland beschouwen we meisjesbesnijdenis als een ernstige vorm van kindermishandeling. Het is een medische ingreep die niet noodzakelijk is en die tot ernstige gezondheidsrisico’s kan leiden. Alle vormen van meisjesbesnijdenis zijn in ons land verboden en strafbaar. Maar ook als ouders hun dochter in het buitenland laten besnijden, terwijl ze in Nederland wonen, kunnen zij daar voor gestraft worden.
Nazorgspreekuur voor vrouwen die besneden zijn
Vrouwen die besneden zijn, kunnen problemen hebben op lichamelijk, psychisch en/of sociaal gebied. Het is belangrijk dat deze vrouwen goede nazorg krijgen. Zij kunnen hiervoor naar het speciale ‘nazorgspreekuur’, waar zij gratis en anoniem met al hun vragen terecht kunnen. Waar nodig wordt een vrouw verwezen naar specialistische hulpverlening.
Vragen of afspraak maken?
Voor dit nazorgspreekuur kunt u terecht bij onze speciaal daarvoor verpleegkundigen.
Heeft u vragen, of wilt u een afspraak maken voor het nazorgspreekuur? Stuur dan een e-mail naar nazorgspreekuur@ggdnog.nl. De verpleegkundige neemt zo snel mogelijk contact met u op.
Folders
Wij bieden aan vrouwen/mannen werkzaam in de prostitutie, massagesalons en escortclubs, een soa-onderzoek en hepatitis B vaccinatie aan.
Vrouwen/mannen kunnen bij het prostitutieteam terecht met vragen over gezondheid, seksualiteit, anticonceptie e.d.
Een team van verpleegkundigen bezoekt met vaste regelmaat clubs in de regio. Zo nodig kunnen de vrouwen/mannen voor onderzoek en vaccinaties terecht op de verschillende locaties van de GGD.
Heeft u vragen?
Neem dan contact op met GGD Noord- en Oost-Gelderland 088 – 443 30 00, en vraag naar het team seksuele gezondheid. Of stel uw vraag per e-mail: seksenzo@ggdnog.nl.
Loverboys vinden hun slachtoffers vaak via het internet. Sexting en grooming zijn bijvoorbeeld voor de meeste professionals geen onbekende fenomenen. Veel jongeren krijgen er mee te maken. De ketenaanpak biedt de training ‘ Herkennen en Signaleren loverboyproblematiek, sexting en grooming aan.
Duur: Hele dag
Kosten: Op aanvraag
Daarnaast kunnen V(S)O scholen een ouderavond en gastlessen Loverboys, Social Media en Internet voor leerlingen aanvragen. Interesse? Neem dan contact op via preventieloverboys@ggdnog.nl
GGD Noord- en Oost-Gelderland coördineert het programma ‘Nu Niet Zwanger’. Hiermee ondersteunen we kwetsbare (potentiële) ouders de regie te nemen over hun kinderwens, seksualiteit en anticonceptie. Zij gebruiken vaak geen anticonceptie door gebrek aan kennis, ondersteuning of geldgebrek. Dat kan komen door verslaving, illegaliteit, psychische problemen, verstandelijke beperking, of een combinatie ervan. De geboorte van (meer) kinderen kan de (bestaande) problemen verergeren.
Nu Niet Zwanger wil cliënten bewust maken van hun situatie en de mogelijke gevolgen van een (volgende) zwangerschap. Als hulpverleners het gesprek aangaan krijgen (potentiële) ouders de kans afwegingen te maken over hun huidige situatie en kunnen zij tot een vrijwillige anticonceptiekeuze komen. Wanneer de cliënt kiest voor anticonceptie wordt er ook ondersteuning geboden bij verstrekking en plaatsing.
De aanpak van nu niet zwanger wordt zoveel mogelijk onderdeel van reguliere zorgverlening. Via het projectteam Nu Niet Zwanger (NNZ) krijgen hulpverlenings- organisaties een training voor aandachtsfunctionarissen aangeboden. De training is gericht op het overdragen van kennis m.b.t. de methodiek van het project. Het gaat ook in op anticonceptiemiddelen en vaardigheden voor de gespreksvoering met cliënten.
De aandachtsfunctionaris draagt opgedane kennis en vaardigheden over aan collega’s. Doel is dat hulpverleners zelf volgens deze specifieke methode in gesprek gaan met hun (kwetsbare) cliënten over hun kinderwens en het toekomstbeeld dat zij daarbij hebben. Met de cliënt wordt besproken of het in deze fase van hun leven wenselijk is aan die kinderwens te voldoen en hoe deze (tijdelijk) uit te stellen.
Pilots in Tilburg en Rotterdam hebben aangetoond dat deze methode werkt. Ruim 80% van de cliënten besloot tot langdurige anticonceptie.
Natasha is 19 alleenstaand en psychiatrisch patiënt. Zij heeft al twee kinderen, die zij beiden heeft moeten afstaan omdat zij er niet voor kan zorgen. Dit heeft veel leed veroorzaakt. Haar leefwijze is grillig en hulpverleners vrezen een volgende zwangerschap. Een gesprek heeft haar doen besluiten over te gaan tot anticonceptie. Hulpverleners zijn meegegaan naar de apotheek, de anticonceptie is betaald en er was ook begeleiding bij de plaatsing. Natasha leidt nog steeds een zeer onrustig en instabiel leven, maar daarin is wel de rust gekomen dat zij niet ook nog eens zwanger raakt.
De GGD coördineert en organiseert een netwerk voor (bij)scholing en intervisie, evt. vergoeding anticonceptie, extra mogelijkheden voor plaatsing anticonceptie. Neem contact op met het projectteam Nu Niet Zwanger voor meer informatie via nunietzwanger@ggdnog.nl of kijk op www.nunietzwanger.nl.
Wij houden betrokken en geïnteresseerde partijen op de hoogte met onze nieuwsbrief. Download hier de laatste editie(s):
Wil je deze nieuwsbrief voortaan per mail ontvangen? Meld je dan aan door een mailtje te sturen naar nunietzwanger@ggdnog.nl met als onderwerp 'Aanmelden nieuwsbrief NNZ'.
In deze training verkennen we samen de mogelijkheden en belemmeringen om les te geven over dit mooie onderwerp. In een veilige omgeving bieden we docenten de kans om te ontdekken waar ze ondersteuning nodig hebben.
Zoek je een geschikte methode? Wil je graag weten hoe je om moet gaan met (seksueel getinte) opmerkingen in de klas of in de docentenkamer? Vraag je je af welk aanbod past bij welke leeftijd? En hoe het nou zit met gender en seksuele diversiteit? In deze training komt dit allemaal aan bod. We gaan graag met je in gesprek om de mogelijkheden te bespreken en de training op jouw school af te stemmen.
Deelname is gratis (minimaal 8 personen).
Duur: 2,5 – 3 uur
Aanmelden en meer informatie
De training wordt ook op aanvraag voor minimaal 8 personen (eventueel in company) gegeven. Stuur een e-mail naar Carolien Gooiker: c.gooiker@ggdnog.nl.
Je Lijf, je Lief!’ is een lesprogramma met als doel relationeel en seksueel gezond gedrag bij leerlingen in het praktijkonderwijs te bevorderen. Doel is hen te ondersteunen in het beter herkennen en respecteren van de eigen wensen en grenzen en die van anderen op het gebied van relaties en seks.
Tijdens de training gaan we ook in op de seksuele ontwikkeling en hoe die soms anders verloopt bij leerlingen met een beperking of diagnose in het psychiatrisch spectrum (bijvoorbeeld ADHD of ASS).
Deelname is gratis (minimaal 8 personen)
Duur: 2,5 – 3 uur
Als professional kun je vragen krijgen over LHBTIQ+. Maar wat betekenen deze letters eigenlijk? En wat zijn de verschillen tussen seksuele oriëntatie, aangeboren geslacht en genderidentiteit? De workshop Seksuele- en genderdiversiteit geeft antwoord op deze vragen en geeft professionals handvatten om met hun doelgroep in gesprek te gaan over dit thema.
Deelname is gratis (minimaal 8 personen)
Duur: 2,5 uur.
Jongeren maken steeds meer gebruik van sociale media. Op verschillende platformen worden de hele dag door foto's en video’s met elkaar gedeeld. Het verschil tussen de offline en online wereld wordt daardoor steeds kleiner. Experimenteren met seksueel gedrag past bij de ontwikkeling van jongeren. Niet verrassend dat dit daarom ook vaak online gebeurt.
Hoe kan je je leerlingen hierbij het best begeleiden? Wanneer is er sprake van grensoverschrijdend gedrag? Waar kan je terecht als er iets vervelends gebeurt? Deze en meer vragen worden beantwoord in de workshop Digitale Liefde.
Deelname is gratis (minimaal 8 personen)
Duur: 2,5 uur.
Tweewekelijks
Wekelijks
Bij je huisarts of GGD kun je je laten testen op op soa’s. Maar hoe gaat een soa-test precies? Wat wordt onderzocht en hoe?
Tijdens het spreekuur wordt een zogenaamde ‘seksuele anamnese’ afgenomen. Er wordt dan gevraagd wat voor seksuele contacten je hebt gehad en welk risico er is geweest. De verpleegkundige bepaalt aan de hand hiervan welke soa-testen er gedaan worden. In ieder geval word je altijd op chlamydia en gonorroe getest. En als het nodig is ook op syfilis, hiv en hepatitis B. Daar wordt een buisje bloed voor afgenomen.
Mannen
Krijgen een potje mee naar het toilet om in te plassen; zorg er dus s.v.p. voor dat je zo'n twee uur vóór de soa-test niet meer geplast hebt! Een soa-test gebeurt niet meer met wattenstaafjes!
Krijgen testmateriaal mee naar het toilet om zelf een soa-test te doen. De verpleegkundige legt uit hoe je dat kunt doen.
Naast vragen over soa's kun je ook bij ons terecht met alle vragen over bijvoorbeeld seksuele voorkeur, anticonceptie, de morning-afterpil, onbedoelde zwangerschap, problemen met seks (bv. pijn bij het vrijen, erectieproblemen), vervelende seksuele ervaringen.
Voor soa-testen ben je het beste af bij je huisarts of GGD. Wil of kan je daar niet heen? Dan kan een soa-zelftest een alternatief zijn. Deze test doe je thuis en kun je zelf opsturen naar het laboratorium. Betrouwbare zelftests die voor jou geschikt zijn vind je via de Soatest.advies.chat.
Soms, bijvoorbeeld bij klachten die mogelijk veroorzaakt worden door een soa, is het nodig dat de verpleegkundige en/of de arts je onderzoekt. Indien nodig word je verwezen naar een specialist in het ziekenhuis.
Heb je een afspraak gemaakt en kun je toch niet komen? Blijf dan niet zomaar weg, maar meld dit even! Je kunt dan bellen tijdens een van de telefonische spreekuren (088 - 443 33 44) of bel het algemene nummer van de GGD: 088 - 443 30 00. Geef je naam, geboortedatum, datum van afspraak en de afspraaklocatie door.
Let op: maak je je zorgen over een sekscontact? Pas na twee weken kunnen wij je testen! Eerder testen heeft geen zin! Tenzij je voor die tijd al klachten hebt.
Er zijn soa-spreekuren in Apeldoorn, Doetinchem, Harderwijk en Warnsveld. Wanneer je belt voor een afspraak bekijken we welke locatie voor jou handig is.
Apeldoorn: Albert Schweitzerlaan 31, Gelre Apeldoorn Ziekenhuis (route 196)
Doetinchem: Kruisbergseweg 47, Naast het Slingelandziekenhuis
Harderwijk: Oosteinde 17
Warnsveld: Rijksstraatweg 65, GGD Noord- en Oost-Gelderland
De overheid heeft richtlijnen vastgesteld over wie op de spreekuren mogen komen. De verpleegkundige stelt je daarom aan de telefoon een paar vragen over je leeftijd en het gelopen seksuele risico. De spreekuren seksuele gezondheid bij de GGD zijn bedoeld voor:
Behoor je niet tot deze groepen? Dan verwijst de GGD-medewerker je naar je eigen huisarts. Dit zijn Landelijke regels waar iedere GGD zich aan moet houden. Een hoog percentage van alle soa-testen gebeurt bij de huisarts. De huisarts heeft, net als de medewerkers van de GGD, geheimhoudingsplicht.
Wat is restmateriaal
Voor jouw onderzoek of behandeling is het soms nodig om bloed, urine of andere lichaamsmaterialen af te nemen. Nadat dit is onderzocht blijft er vaak wat van deze lichaamsmaterialen over. Het gaat dan om bloed of urine dat voor jouw onderzoek of behandeling niet direct meer nodig is. Dit noemen we restmateriaal. Restmateriaal wordt meestal bewaard, zodat de arts/onderzoeker dit kan gebruiken wanneer je in de toekomst misschien met nieuwe klachten naar de arts gaat. Het lichaamsmateriaal zet een onderzoeker soms ook in voor wetenschappelijk onderzoek. Meestal gebeurt dat anoniem. De onderzoeker beschikt dan niet over jouw persoonlijke gegevens. Er is dan een unieke code aan het restmateriaal toegevoegd.
Bezwaar maken
We gaan er vanuit dat je voor deze routineonderzoeken toestemming geeft. Wanneer je wel bezwaar hebt tegen het gebruik van restmaterialen, maak dan schriftelijk bezwaar bij de GGD (GGD Noord- en Oost-Gelderland, Postbus 3, 7200 AA, Zutphen of per e-mail ggd@ggdnog.nl). Na het schriftelijke bezwaar komt er een aantekening in jouw medisch dossier. Het lichaamsmateriaal wordt dan niet gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek. Als het restmateriaal voor niet-anoniem onderzoek wordt gebruikt, is de onderzoeker wel op de hoogte van jouw persoonlijke gegevens. Hiervoor moet de arts/onderzoeker jou altijd om toestemming vragen. Je kunt in vrijheid beslissen of je aan het onderzoek wilt meewerken of niet.
Informatie ontvangen over resultaten
Meestal ontvang je geen informatie over de resultaten van wetenschappelijk onderzoek waarin restmateriaal is gebruikt. De resultaten van het onderzoek komen als wetenschappelijke artikelen in de vakpers of in de media. Het kan gebeuren dat de onderzoeker bij het onderzoek met restmateriaal iets ontdekt dat voor jou belangrijk is (toevalsbevindingen). Als het om niet-anoniem onderzoek gaat, kan hij dit aan de behandelend arts laten weten. De behandelend arts geeft jou die informatie alleen als jij hebt laten weten dat je deze informatie wilt ontvangen. Als je de informatie wilt ontvangen, kun je dit melden bij jouw behandelend arts of verpleegkundige. Hij/zij bespreekt dit met jou en maakt een aantekening in jouw medisch dossier. Bij anoniem onderzoek zijn de resultaten niet gekoppeld aan jouw persoonlijke gegevens. Je ontvangt dan geen informatie.
De afdeling tuberculosebestrijding van de GGD houdt zich bezig met het voorkomen, bestrijden en opsporen van tuberculose. Dit gebeurt preventief door bijvoorbeeld voorlichting. Als er aanwijzingen van besmetting zijn, houdt de GGD zich bezig met begeleiding, bronopsporing en contactonderzoek onder de personen die mogelijk besmet zijn.
Tuberculose is een ziekte waarvoor een wettelijke aangifteplicht geldt. Een arts die tuberculose vaststelt, moet dat melden bij de GGD. Door die aangifteplicht en door registratie van alle aangiften ontstaat een overzicht van besmettingshaarden en van het aantal patiënten per jaar. Zo kan op elke melding adequaat worden gereageerd.
Zodra een patiënt bij de GGD aangemeld is, neemt de GGD contact op met deze persoon. De patiënt wordt intensief begeleid en krijgt een passende medicijnenkuur. Gedurende de hele medicijnenkuur blijft de sociaal-verpleegkundige van de GGD de behandeling volgen.
De GGD probeert zo snel mogelijk te achterhalen door wie de patiënt besmet is. Dat wordt bronopsporing genoemd. De GGD inventariseert vervolgens alle contacten van de patiënt. Deze personen worden voorgelicht over de risico's van een eventuele besmetting. Ook worden ze op tuberculose onderzocht. Dat is het zogenaamde contactonderzoek. Dit onderzoek kan bestaan uit een THT, een röntgenfoto van de longen of bloedonderzoek.
De GGD onderzoekt mensen met een verhoogd risico op tuberculose. Het onderzoek kan eenmalig zijn of periodiek. Het gaat om de volgende groepen mensen:
Volwassenen en kinderen die vaker of voor langere tijd op reis gaan naar een land waar tuberculose veel voorkomt (of zie Landelijk Centrum Reizigersinformatie) kunnen bij de GGD terecht voor informatie en voorlichting, eventueel gevolgd door onderzoek. Neem op tijd contact met ons op, als het kan 8 weken voor vertrek.
Uw persoonsgegevens zijn vastgelegd in een landelijk elektronisch cliënt-/patiëntdossier van de Tuberculosebestrijding van de GGD-en in Nederland. Ten aanzien van de informatie in het dossier nemen de medewerkers van de Tuberculosebestrijding de wettelijke voorschriften met betrekking tot bescherming van de privacy in acht. Meer informatie vindt u hier.
Wat is de vaccinatie tegen tuberculose?
Tegen tuberculose bestaat een vaccinatie. Deze vaccinatie wordt ook wel de BCG-vaccinatie (Bacillus Calmette-Guérin) genoemd. De vaccinatie bevat levende tuberculosebacteriën, die verzwakt zijn en geen ziekte kunnen veroorzaken. Deze bacteriën zorgen er wel voor dat het lichaam bescherming opbouwt tegen tuberculose. De vaccinatie beschermt 50-80% tegen het krijgen van tuberculose en de complicaties van de ziekte. Vooral jonge kinderen kunnen erg ziek worden van tuberculose.
Voor wie?
Wanneer wordt de vaccinatie gegeven?
Is de vaccinatie veilig?
De vaccinatie heeft weinig bijwerkingen bij gezonde kinderen. Het is ook niet gevaarlijk om deze vaccinatie te combineren met andere vaccinaties. Het is belangrijk dat je alle informatie over de gezondheid van je kind doorgeeft tijdens de afspraak bij de GGD.
Op welke plek wordt de vaccinatie gezet?
Bij de vaccinatie wordt er in de huid van de linker bovenarm een klein beetje vloeistof gespoten.
Wat merkt mijn kind van de vaccinatie?
Na 4-8 weken verschijnt op de plaats van de vaccinatie meestal een rood en wat dikker zweertje. Soms duurt het zelfs nog wat langer. Er kan bloed en/of pus uitkomen. Dit is normaal. Na ongeveer 6 maanden is er op de plek van het zweertje een klein litteken te zien. Over de verzorging van dit wondje krijg je informatie bij de GGD.
Krijgt mijn kind koorts na de vaccinatie?
Koorts na de vaccinatie is niet het gevolg van de vaccinatie. Het duurt namelijk enkele weken voordat de vaccinatie gaat werken. Als je kind koorts krijgt dan heeft dit meestal een andere oorzaak.
Afspraak wijzigen?
Een gemaakte afspraak kun je verzetten via tel: 088 – 443 30 05 (tussen 8.30-9.00 en 13.00-14.30 uur).
Ook als je afziet van de vaccinatie verzoeken wij je om ons te bellen, zodat wij dit kunnen registreren.
Meer informatie?
Heb je vragen? Of wil je een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling tuberculosebestrijding via telefoonnummer 088 - 443 30 05.
Mantoux (tuberculine huidtest) | € 31,00 |
BCG en THT | € 44,50 |
Longfoto | € 60,00 |
Quantiferon / IGRA | € 100,50 |
Komt u bij ons voor een vervolgonderzoek of een behandeling, dan zijn hier kosten aan verbonden. GGD Noord- en Oost-Gelderland declareert direct bij de zorgverzekeraar. Veel zorgverzekeraars vergoeden de kosten geheel of gedeeltelijk. Mogelijk heeft dit gevolgen voor uw eigen risico. De tarieven zijn vastgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
Bent je
Of heb je op een andere manier intensief contact met pasgeborenen en/of prematuren? Laat je dan vaccineren tegen kinkhoest!
Dat adviseert de gezondheidsraad.
Advies vaccinatie
Voor je eigen gezondheid is kinkhoestvaccinatie niet nodig. Bij gezonde volwassenen verloopt kinkhoest meestal niet ernstig, of zelfs zonder symptomen. Behandeling is niet nodig. Maar iemand die besmet is met de kinkhoestbacterie kan wel anderen besmetten. Vooral bij kinderen onder een jaar die nog niet, of niet volledig, door vaccinatie zijn beschermd, kunnen ernstige complicaties ontstaan. In uitzonderlijke gevallen kunnen zij overlijden door kinkhoest. Lees het advies voor kinkhoestvaccinatie in het rapport Werknemers en kinkhoest: criteria voor vaccinatie.
Maternale kinkhoestvaccinatie
Volgens de Gezondheidsraad is maternale kinkhoestvaccinatie de meest effectieve methode om jonge zuigelingen tegen kinkhoest te beschermen. Dit stelt zij in het rapport Vaccinatie tegen kinkhoest, doel en strategie.
Rijksvaccinatieprogramma
De minister van Volksgezondheid zal nog besluiten of maternale kinkhoestvaccinatie in het Rijksvaccinatieprogramma wordt opgenomen. In afwachting van dit besluit kunnen aanstaande moeders zich nu al op eigen kosten laten vaccineren.
Beschikbaarheid vaccin
In Nederland is het DKTP-vaccin beschikbaar voor boostervaccinatie van volwassenen tegen kinkhoest. Dit vaccin kunt u via de reguliere weg bestellen. U kunt ook bij ons terecht voor deze vaccinatie.
Factsheets RIVM
Meer informatie leest u in de factsheets van het RIVM:
Revaccinatie
De immuniteit na een vaccinatie houdt maar een paar jaar aan. Daarom raden wij periodieke revaccinatie aan. De Gezondheidsraad adviseert de kinkhoestvaccinatie voor deze doelgroep elke vijf jaar te herhalen.
Meer informatie
Wil je meer informatie, of wil je een vaccinatie tegen kinkhoest?
Neem dan contact op met de afdeling infectieziektebestrijding van GGD Noord- en Oost-Gelderland. Dat kan telefonisch op 088 – 443 33 55, of per e-mail: infectieziekten@ggdnog.nl
De Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen is een online vragenlijstonderzoek naar gezondheid, welzijn en leefstijl van jongvolwassenen van 16 tot en met 25 jaar in de regio Noord- en Oost-Gelderland. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van de 22 gemeenten in de regio Noord- en Oost-Gelderland.
Gemeenten hebben in toenemende mate behoefte aan (gezondheids)informatie over adolescenten en jongvolwassenen in de leeftijd van 16-25 jaar. Deze doelgroep kan met de huidige monitoringsstructuur niet goed in kaart worden gebracht, terwijl het wel een levensfase betreft waarin van alles gebeurt. Bovendien zijn gemeenten op een aantal beleidsterreinen zeer actief voor deze leeftijdsgroep (bijvoorbeeld scholing, arbeid, horeca, sportfaciliteiten en zorg). Met de informatie uit dit onderzoek kunnen gemeenten hun beleid beter afstemmen op de doelgroep.
GGD Noord- en Oost-Gelderland voert dit onderzoek uit.
Iedereen van 16 tot en met 25 jaar die in één van de 22 deelnemende gemeenten in regio Noord- en Oost-Gelderland woont kan mee doen aan het onderzoek. In het kaartje hieronder zie je om welke gemeenten het gaat.
Meedoen is heel simpel. Ga in de periode 15 september tot en met december naar: www.ggdnog.nl/jvmonitor
Om een betrouwbaar beeld te krijgen van de gezondheid en leefstijl van alle jongvolwassenen is het belangrijk dat zoveel mogelijk jongvolwassenen meedoen. Wanneer er te weinig jongeren meedoen dan ontbreken gegevens en dat kan leiden tot een vertekening van de resultaten. Hierdoor zijn de uitkomsten van het onderzoek niet betrouwbaar.
In de vragenlijst komen een heleboel verschillende onderwerpen aan bod, zoals: leefstijl (bewegen, voeding, gehoorschade), gezondheid en welzijn (geluk, weerbaarheid), middelengebruik (roken, alcohol, drugs), seksualiteit (veilig vrijen, SOA, sexting), financiën (schulden), sociale omgeving (mantelzorg, social media, gamen) en een aantal achtergrondgegevens (leeftijd, geslacht, 4 cijfers postcode, thuissituatie, opleiding, werk).
In de vragenlijst worden veel verschillende vragen gesteld, omdat er veel verschillende factoren van invloed zijn op gezondheid en welzijn van jongvolwassenen. Door deze informatie kan worden gekeken welke gezondheidsproblemen, risicofactoren of risicogroepen bij jongvolwassenen extra aandacht nodig hebben.
Nee, vanaf 16 jaar mag je zelf beslissen of je meedoet aan een onderzoek.
Door het invullen van de vragenlijst geef je toestemming dat wij jouw ingevulde gegevens mogen gebruiken voor ons onderzoek. Het opslaan en het gebruik van deze gegevens voldoen uiteraard aan de wettelijke regels (AVG). De resultaten in de rapportages zullen nooit te herleiden zijn naar de individuele personen die de vragenlijst hebben ingevuld.
Door het invullen van de vragenlijst help je de gemeente en regio waarin je woont. Je geeft immers informatie die voor gemeenten en de regio van belang is voor het maken van beleid en het ondernemen van actie voor hun jongvolwassen inwoners. Op termijn profiteer je daar dus zelf van!
Ook maak je kans op het winnen van prijzen: winkans 1 op 10 op een bol.com cadeaukaart van €10 en onder de totale groep deelnemers worden 3 jbl speakers verloot. Bij deze verloting houden we ons aan de Gedragscode promotionele kansspelen 2014. Kijk ook op Spelregels.
Het invullen van de vragenlijst is anoniem. Je naam of adres worden niet gevraagd. Het is dus niet te achterhalen wie de vragenlijst heeft ingevuld. Alleen het invullen van je leeftijd, geslacht en vier cijfers van je postcode is verplicht, zodat we de groep deelnemers kunnen beschrijven. Om kans te maken op de bol.com cadeaukaart en de jbl speaker kun je je e-mailadres op een aparte website invullen. Op die manier kunnen je antwoorden op de vragenlijst nooit gekoppeld worden aan je e-mailadres.
Als je vragen hebt over één van de onderwerpen die aan bod is gekomen in de vragenlijst kun je voor meer informatie kijken op www.jouwggd.nl. Via deze website kun je ook (anoniem) chatten met een arts of verpleegkundige. Je kunt ook altijd bij je huisarts terecht met vragen.
De antwoorden die je geeft zijn anoniem. Je e-mailadres kunnen we niet koppelen aan je gegeven antwoorden. De resultaten die gepubliceerd worden zijn nooit herleidbaar naar 1 persoon. In dit onderzoek is de privacy van deelnemers gewaarborgd, zoals vastgelegd in de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Medewerkers van de GGD zijn verplicht zich te houden aan alle geldende wettelijke regelgeving omtrent privacy. Zie hier de privacy verklaring.
Voor dit onderzoek is een Data Protection Impact Assessment opgesteld. Deze is op te vragen via Marije van Doorn m.vandoorn@ggdnog.nl.
Alle geregistreerde onderzoeksgegevens worden bewaard volgens de wettelijke richtlijnen. Dit betekent dat de onderzoeksgegevens worden bewaard zolang redelijkerwijs voorzienbaar is dat zij voor een gezondheidsonderzoek kunnen worden gebruikt.
Op verzoek kan GGD Noord- en Oost-Gelderland gegevens verstrekken aan derden voor secundair gebruik. Hierbij worden de onderzoeksgegevens wel altijd gebruikt voor onderzoeksdoeleinden. De GGD houdt zich hierbij aan de hiervoor vastgestelde wetgeving en interne richtlijnen. De GGD verstrekt geen onderzoeksgegevens aan commerciële bureaus, verzekeringsbedrijven etc. E-mailadressen worden nooit verstrekt aan derden.
De verwachting is dat de resultaten in het voorjaar 2020 bekend zijn. De resultaten zijn openbaar en worden onder andere gepubliceerd op het Kompas Volksgezondheid Noord- en Oost-Gelderland, www.kvnog en verspreid via social media.
De resultaten van het onderzoek worden door alle gemeenten in de regio gebruikt om plannen en beleid af te stemmen op de gezondheidsproblemen, risicogroepen en de behoeften van inwoners van 16 tot en met 25 jaar. Door de resultaten te vergelijken met de resultaten van de Gezondheidsmonitor Jeugd (2e en 4e klassers) en de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen (18+) ontstaat een (algemeen) beeld van een groot deel van de bevolking in de regio. Naast de algemene regio- en gemeenterapporten zullen er op basis van de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen ook themarapporten worden gepubliceerd. In deze themarapporten zal dieper ingegaan worden op bepaalde thema’s. De onderzoeksresultaten in deze themarapporten zullen alleen op regioniveau gepubliceerd worden.
Deelnemers van 18 jaar en ouder kunnen aan het einde van de vragenlijst aangeven of ze vrijblijvend mee willen doen aan het gezondheidspanel van de GGD. Panelleden ontvangen ongeveer 4 per jaar een korte vragenlijst over een onderwerp op het gebied van gezondheid en maken kans op een VVV-bon van €25. Deelnemers die hier interesse in hebben kunnen hun e-mailadres registreren via: www.ggdnog.nl/panel. Zij ontvangen dan een uitleg over en een uitnodiging voor het panel. De registratie staat los van de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen.
Voor vragen en overige informatie kun je contact opnemen met de onderzoeker Marije van Doorn- van Atten (M.vanDoorn@ggdnog.nl)
Laat je mening vaker horen en maak kans op een VVV-bon van €25,-. Panelleden ontvangen ongeveer 4 keer per jaar een korte vragenlijst over een onderwerp op het gebied van gezondheid.
Infectieziektebestrijding betekent het voorkomen, signaleren en bestrijden van infectieziekten die een risico vormen voor de volksgezondheid. De rol van de GGD’en is aan de ene kant vluchtelingen informeren over infectieziekten, persoonlijke hygiëne en manieren om ziekte te voorkomen. Aan de andere kant geven GGD’en de gemeenten en het Rijk inzicht in de risico’s rond infectieziekten en de mogelijkheden deze te verkleinen. Lees meer over infectieziektebestrijding.
De rol van de GGD’en is om de verspreiding van het coronavirus zo goed mogelijk in te dammen. Dit wordt gedaan door te testen, te vaccineren en door bron- en contactonderzoek. De GGD’en gaan vluchtelingen die dat willen, testen en vaccineren. Lees meer over de bestrijding van corona.
Jeugdgezondheid van GGD Noord- en Oost-Gelderland en JGZ-organisaties zijn verantwoordelijk voor de preventieve zorg voor kinderen in onze regio. Dus ook van vluchtelingen. Zij zetten in op onderzoek op lichamelijk, cognitief en psychosociaal gebied. Ook vaccineren zij volgens het Rijksvaccinatieprogramma, voeren neonatale screenings uit en volgen groei, gezondheid en ontwikkeling van vluchtelingenkinderen tot 18 jaar. Een landelijk overzicht van JGZ-locaties staat op Zorgkaart Nederland.
Bij de opvang van vluchtelingen in de opvanglocaties zelf heeft de GGD geen coördinerende en/of uitvoerende taak. De uitvoering daarvan ligt bij organisaties waarmee de gemeente(n) uitvoeringsafspraken hebben gemaakt zoals het Rode Kruis, Vluchtelingenwerk Nederland, het Leger des Heils en andere lokale of regionale opvangorganisaties. Het document Handreiking gemeentelijke opvang Oekraïners, geeft daar meer informatie over. Via de reguliere zorginfrastructuur die we in Nederland kennen treedt de huisarts op als poortwachter en verwijzer naar eventueel meer gespecialiseerde psychosociale / psychische hulp.
Een goede basishygiëne is belangrijk, voor jezelf en voor anderen. Pas daarom altijd handhygiëne toe:
Zijn je handen niet zichtbaar vuil? Dan kun je ervoor kiezen om ze te wassen óf te desinfecteren. Kom je in contact met lichaamsvloeistoffen, draag dan beschermende kleding, zoals een plastic schort of overalls. Draag ook zo nodig handschoenen, spatbrillen en mondneus maskers.
Voor meer informatie bekijk de checklist hygiëne voor gemeentelijke noodopvang voor vluchtelingen.
Voor mazelen en rubella geldt een relatieve lage vaccinatiegraad (<85%) en beide ziekten zijn endemisch in Oekraïne. Grote uitbraken van > 50.000 gevallen vonden plaats in 2018 en 2019. Crowding zoals in schuilkelders, tijdens de vluchtreis en bij grote opvang, kan de overdracht vergemakkelijken. Ook zien we vaak een toename van mazelen in het voorjaar.
Het is daarom belangrijk om Oekraïense kinderen die geen mazelenvaccin hebben gehad, zo snel mogelijk via het RVP een BMR-vaccinatie te geven. Dit wordt uitgevoerd door het CJG.
Hou bij exantheem rekening met een verhoogde kans op mazelen, maar ook (in mindere mate) op rubella. Zowel bij kinderen als volwassenen. Voor meer informatie: LCI | RIVM of de GGD pagina 'Meer infectieziekten .
Door de lage vaccinatiegraad (< 85%, sommige regio’s 50%) was er eind 2021 een polio-uitbraak in Oekraïne. Het is dus belangrijk dat aan, niet of onvoldoende tegen polio gevaccineerde kinderen zo snel mogelijk inhaalvaccinaties aan te bieden. Dit wordt uitgevoerd door het CJG.
Wanneer er bij een ongevaccineerd persoon uit Oekraïne (of Nederland) een vermoeden is van polio, zoals bij acute slappe verlamming, meld dit direct bij de GGD conform ziekte groep A. Voor meer informatie: LCI | RIVM.
Dit komt endemisch voor in Oekraïne. Symptomen: gele ogen en/of huid, misselijk, witte ontlasting, donkere urine.
In Europees verband is besloten om coulant om te gaan met de import van ongevaccineerde huisdieren uit Oekraïne. In Oekraïne komt echter nog wel veel rabiës onder huisdieren voor. De NVWA heeft hier al een aangepast veterinair beleid voor opgesteld. Ook werkt de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht, samen met dierenartsen, aan protocollen voor de omgang met deze huisdieren.
Voor overleg over krab en/of bijt incidenten, volg de richtlijn van het LCI | RIVM. Bij verdenking op een uitbraak van vermoedelijk infectieuze aard, neem dan contact op met het team infectieziektebestrijding van de GGD: 088 - 443 33 55. Voor individuele zorg kun je contact opnemen met een huisarts of ziekenhuis.
Bekijk de overige infectieziekten waar je onze GGD over kunt benaderen.
Op dit moment is naast COVID-19 ook de griepepidemie begonnen: Griepepidemie in Nederland | RIVM
Meer informatie
Waarom een griepprik?
Ja, dat kan. Pasgeboren baby’s worden meestal in Oekraïne gevaccineerd met een BCG-vaccin tegen tuberculose. Door omstandigheden is dit niet gebeurd. Neem contact op met de afdeling Tuberculosebestrijding.
Ja, via de gemeentelijke basisadministratie krijgt GGD Noord- en Oost-Gelderland een overzicht van de persoonsgegevens van deze kinderen. Ouders ontvangen tussen de 8 en 12 weken na de geboorte van het kind een uitnodigingsbrief met een afspraak voor de vaccinatie. Hebben ouders deze brief niet ontvangen? Neem dan contact op met de afdeling Tuberculosebestrijding.
Klachten die passen bij tuberculose zijn onder andere: hoestklachten langer dan 3 weken, gewichtsverlies, nachtzweten en koorts. Verwijs de persoon door naar de afdeling Tuberculosebestrijding van de GGD of kijk voor meer informatie bij KNVC-Tuberculosefonds.
Nee, zij worden niet standaard onderzocht op tuberculose.
De kans dat een persoon uit Oekraïne besmet is met Tuberculose, is zeer klein. Vertoont hij/zij toch klachten als langer dan 3 weken hoesten, koorts, nachtzweten en/of afvallen? Neem dan direct contact op met de afdeling Tuberculosebestrijding.
Telefonisch via telefoonnummer 088 - 443 30 05. Ons telefonisch spreekuur is van maandag t/m vrijdag:
Apeldoorn
Gelre Apeldoorn
Albert Schweitzerlaan 31, Route 196
7334 DZ Apeldoorn
Doetinchem
Kruisbergseweg 47, naast Slingeland Ziekenhuis
7009 BM Doetinchem
Harderwijk
Oosteinde 17
3842 DR Harderwijk
De infectiegraad ligt hoog: 15.000 nieuwe diagnoses in 2020. Hiv komt voor onder heteroseksuele personen, met name mensen die drugs injecteren. Daarnaast zijn hepatitis B en C ziekten die vaker voorkomen.
! Aanpassen naar onze regio !
Het Erasmus MC en Maasstad ziekenhuis zijn bereid vluchtelingen te zien voor behandeling. Hiervoor is wel een verwijsbrief nodig. Huisartsen sturen deze op de gebruikelijke wijze naar de patiënt. Het helpt wel om vooraf te bellen met de hiv-consulenten om direct een plek te regelen.
Nog invullen
Nog invullen voor onze regio
Kijk voor meer informatie over soa's op: Soa | GGD NOG
De vaccinatiegraad voor Covid-19 in Oekraïne is heel laag. Voor de primaire serie is dat ongeveer 35% en minder dan 2% voor de boostervaccinatie. Meer informatie over data en achtergronden:
Ja, op al onze vaccinatielocaties kunnen vluchtelingen zonder afspraak, gratis de 1e, 2e, of boosterprik krijgen. Let op: locaties zijn niet alle dagen van de week open. Kijk voor actuele informatie op prikkenzonderafspraak.nl of Vaccinatielocaties | GGD NOG
Wij vaccineren nog niet op de opvanglocaties. Wel organiseren we opnieuw een vaccinatietour door de regio. Zo kunnen ook vluchtelingen laagdrempelig en dichtbij hun vaccinatie halen.
Ja, het advies is om vluchtelingen bij klachten een zelftest te laten doen. Kijk voor meer informatie op Gebruik en resultaat corona zelftest | Coronavirus COVID-19
Heb je een vraag over Covid-19 en Oekraïense vluchtelingen, neem dan contact op met het team Infectieziektebestrijding van de GGD: 088 – 443 33 55. Bel je in de avond of in het weekend, luister dan het bandje helemaal af.
Voor vragen over meereizende huisdieren kun je terecht bij het meldpunt Hulp voor Dieren uit Oekraïne. Bel op werkdagen van 09.00 – 17.00 uur naar 088 - 811 33 33. Of mail naar info@hulpvoordierenuitoekraine.nl
Daarnaast is informatie ook beschikbaar in het Oekraïens en Russisch op www.hulpvoordierenuitoekraine.nl.
Wanneer het meegenomen huisdier nog niet gevaccineerd is tegen rabiës (hondsdolheid), neem dan contact op met een lokale dierenarts.
Was dan onmiddellijk de wond goed schoon met water en zeep. Doe dit ten minste 15 minuten. Ontsmet de wond daarna met jodium of alcohol en neem zo snel mogelijk - in ieder geval binnen 24 uur - contact op met een huisarts. De huisarts kan de wond beoordelen en samen met jou nagaan of er een risico op rabiës is. Zo nodig kan de huisarts ook overleggen met het team Infectieziektebestrijding van de GGD. Zij zijn bereikbaar via 088 - 443 33 55.
Het Isala in Zwolle, Rijnstate in Arnhem en het Medisch Spectrum Twente in Enschede zijn bereid vluchtelingen te zien voor behandeling. Hiervoor is wel een verwijsbrief nodig. Huisartsen sturen deze op de gebruikelijke wijze naar de patiënt. Is er urgentie omdat hiv-medicatie op dreigt te raken? Bel dan met de hiv-consulenten in de betreffende centra voor een versnelde afspraak.
Op landelijk niveau is geregeld hoe nieuwkomers, die niet verzekerd zijn, toegang tot noodzakelijke medische zorg hebben. Lees hierover meer op de site van hiv-vereniging Nederland:
60-plussers en jongere mensen uit risicogroepen krijgen in Nederland een oproep voor de griepprik via de huisarts. Tot de risicogroepen horen bijvoorbeeld hartpatiënten en mensen met longziekten of diabetes. Normaal gesproken vindt zowel de oproep als vaccinatie plaats via de huisarts of bedrijfsarts.
Op dit moment beschikken huisartsen niet over griepvaccins. Griepvaccins zijn nog wel leverbaar aan GGD’en. Is er behoefte aan influenzavaccinaties in de regio Noord- en Oost-Gelderland, bijvoorbeeld op eigen verzoek van vluchtelingen of op verzoek van een (huis)arts, neem dan contact opgenomen met de afdeling Infectieziektebestrijding van de GGD Noord- en Oost-Gelderland: 088 - 44 333 55.
Meer informatie
Waarom een griepprik?
De situatie rondom het coronavirus is in elk land anders. Houd er rekening mee dat in Oekraïne veel minder mensen gevaccineerd zijn tegen corona dan in Nederland.
Kijk voor meer informatie op www.rijksoverheid.nl of bel met de informatielijn Corona van de GGD: 088 – 443 33 55.
De risico’s zijn klein, maar het is belangrijk om te weten dat in Oekraïne het aantal volwassenen en kinderen dat gevaccineerd is volgens het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) lager is dan in Nederland. Ook komen in Oekraïne een aantal infectieziekten voor, die bijna niet in Nederland voorkomen. Infectieziekten kunnen zich makkelijk verspreiden onder grote groepen mensen. De belangrijkste infectieziekten om rekening mee te houden, zijn corona (boven) en tuberculose (zie onder).
Bekijk voor welke andere infectieziekten je ons kunt benaderen: Welke verschillende infectieziekten zijn er allemaal? | GGD NOG
Goede hygiëne is belangrijk:
Kijk voor meer informatie op: www.rivm.nl/hygiene.
Neem dan altijd contact op met een (of jouw eigen) huisarts.
Er zijn veel bacteriën en virussen die diarree en braken veroorzaken. Dit kan onder andere gebeuren door het norovirus. Vaak zijn deze bacteriën en virussen zeer besmettelijk. Groepen mensen die dicht op elkaar leven kunnen elkaar dan ook makkelijk besmetten.
Luchtwegvirussen en -bacteriën, zoals het griepvirus, kunnen symptomen veroorzaken van hoesten, kortademigheid/benauwdheid, verkoudheid en koorts. Kijk voor meer informatie op de pagina Griep en verkoudheid.
Hoofdluizen zijn kleine beestjes die leven op warme en behaarde plekken op het hoofd en veroorzaken jeuk. Kijk voor meer informatie op de pagina Hoofdluis.
Als je meer informatie nodig hebt over een bepaalde infectieziekte. Ook jouw huisarts kan contact opnemen met de GGD. Ons team Infectieziektebestrijding is bereikbaar via 088 - 433 33 55.
Wij adviseren om vluchtelingen uit Oekraïne met klachten door te verwijzen naar de afdeling Tuberculosebestrijding van GGD. Het gaat dan om klachten zoals langer dan 3 weken hoesten, gewichtsverlies, nachtzweten en koorts.
Alle kinderen die nieuw zijn in Nederland, hebben recht op een onderzoek. Dit onderzoek wordt gedaan door de jeugdarts, jeugdverpleegkundige en/of assistent jeugdgezondheidszorg. Dit om lichamelijke, sociale en psychische problemen voor te zijn of vroegtijdig te signaleren. Ook hebben zij recht op vaccinatie ter voorkoming van infectieziekten. Kinderen die ingeschreven zijn bij de gemeente, worden automatisch opgeroepen voor een intake. Dit geldt ook voor kinderen van vluchtelingen uit Oekraïne. Daarom is het belangrijk dat kinderen snel worden ingeschreven in het BRP (Basisregistratie Personen) van de gemeente.
Als je vragen hebt over de opvoeding of gezondheid van je kind kun je contact opnemen met de jeugdverpleegkundige die verbonden is aan de school van jouw kind. Ook kun je rechtstreeks contact opnemen met het team Jeugdgezondheid. Veel gemeenten hebben een Centrum Voor Jeugd en Gezin (CJG’s), sociale (wijk)teams of jeugdteams die kunnen ondersteunen bij het zoeken naar goede hulp, of die zelf hulp geven. Bekijk het overzicht van jeugdgezondheidsorganisaties in onze regio.
Als je vragen hebt over de opvoeding of gezondheid van je kind kun je contact opnemen met de jeugdverpleegkundige die verbonden is aan de school van jouw kind. Ook kun je rechtstreeks contact opnemen met het team Jeugdgezondheid.
Veel gemeenten hebben een Centrum Voor Jeugd en Gezin (CJG’s), sociale (wijk)teams of jeugdteams die kunnen ondersteunen bij het zoeken naar goede hulp, of die zelf hulp geven. Bekijk het overzicht van jeugdgezondheidsorganisaties in onze regio. Specifieke vragen over roken, alcohol en drugs kun je ook stellen aan preventiewerkers van Tactus (regio Noord-Veluwe en Midden-IJssel/Oost-Veluwe) en Iris in de Buurt (regio Achterhoek).
Als je vragen hebt over de opvoeding of gezondheid van je kind kun je contact opnemen met de jeugdverpleegkundige die verbonden is aan de school van jouw kind. Ook kun je rechtstreeks contact opnemen met het team Jeugdgezondheid.
Veel gemeenten hebben een Centrum Voor Jeugd en Gezin (CJG’s), sociale (wijk)teams of jeugdteams die kunnen ondersteunen bij het zoeken naar goede hulp, of die zelf hulp geven. Vanuit de sociale wijkteams, het CJG, sportscholen of zelfstandige hulpverleners/coaches worden vaak ook weerbaarheidstrainingen (zoals ‘Rots en Water’, ‘Kanjertraining’ of ‘Marietje Kessels’) aangeboden. Bekijk het overzicht van jeugdgezondheidsorganisaties in onze regio.
Als je vragen hebt over de opvoeding of gezondheid van je kind kun je contact opnemen met de jeugdverpleegkundige die verbonden is aan de school van jouw kind. Ook kun je rechtstreeks contact opnemen met het team Jeugdgezondheid.
Veel gemeenten hebben een Centrum Voor Jeugd en Gezin (CJG’s), sociale (wijk)teams of jeugdteams die kunnen ondersteunen bij het zoeken naar goede hulp, of die zelf hulp geven. Bekijk het overzicht van jeugdgezondheidsorganisaties in onze regio. Specifieke vragen over roken, alcohol en drugs kun je ook stellen aan preventiewerkers van Tactus (regio Noord-Veluwe en Midden-IJssel/Oost-Veluwe) en Iris in de Buurt (regio Achterhoek).
Als je vragen hebt over de opvoeding of gezondheid van je kind kun je contact opnemen met de jeugdverpleegkundige die verbonden is aan de school van jouw kind. Ook kun je rechtstreeks contact opnemen met het team Jeugdgezondheid.
Veel gemeenten hebben een Centrum Voor Jeugd en Gezin (CJG’s), sociale (wijk)teams of jeugdteams die kunnen ondersteunen bij het zoeken naar goede hulp, of die zelf hulp geven. Bekijk het overzicht van jeugdgezondheidsorganisaties in onze regio.
De GGD Gezondheidsmonitor 2022 is een landelijk vragenlijstonderzoek naar de gezondheid, het welzijn en leefgewoonten onder inwoners van 18 jaar en ouder in Nederland. Het onderzoek start in september 2022. In heel Nederland worden ruim één miljoen mensen uitgenodigd om een vragenlijst in te vullen.
Gemeenten zijn vanuit de wet verplicht om de gezondheidssituatie van inwoners in Nederland in kaart te brengen. Gemeenten laten deze wettelijke taak uitvoeren door de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD). Normaal gesproken doen GGD’en dit eens per vier jaar. Maar bij rampen en crises is het extra belangrijk om de gezondheidssituatie te volgen. De coronacrisis is daar één van. Met de GGD Gezondheidsmonitor 2022 geven GGD’en inzicht in de fysieke en mentale gezondheid van volwassenen tijdens en na de coronaperiode op landelijk, regionaal en gemeentelijk niveau. Ook vergelijken GGD’en de resultaten met voorgaande metingen vóór de coronacrisis.
De resultaten van het onderzoek vormen een belangrijke basis voor de ontwikkeling en invulling van lokaal gezondheidsbeleid. Uit de resultaten kan bijvoorbeeld blijken dat het nodig is om meer hulp te bieden aan bepaalde groepen of extra voorzieningen op te zetten in een gemeente of woonwijk. Door samenwerking met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) levert het onderzoek ook informatie op over de gezondheid van heel Nederland. Omdat het een landelijke crisis betreft, is ook het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) betrokken als opdrachtgever. Het ministerie van VWS zal de resultaten ook gebruiken om beleid te maken.
De GGD’en, het organisatiedeel Volksgezondheid van de gemeente Utrecht, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) voeren dit onderzoek samen uit. I&O Research verzamelt de gegevens namens deze partijen.
Het CBS krijgt naast de verzamelde gegevens ook veel bestanden van andere instellingen. Hierin staan bijvoorbeeld gegevens over inkomen en bevolking. Die informatie voegt het CBS samen. Daardoor hoeft er zo weinig mogelijk informatie uitgevraagd te worden. In de samengevoegde informatie die GGD’en van het CBS krijgen, zijn persoonlijke gegevens nooit te herkennen.
Deze extra meting van de GGD Gezondheidsmonitor is onderdeel van een breder onderzoeksprogramma naar de gevolgen van de coronacrisis. In dit programma wordt samengewerkt met Netwerk GOR (Gezondheidsonderzoek bij rampen). Netwerk GOR is een samenwerking van het RIVM, GGD GHOR Nederland, het Nivel en ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum. Het onderzoeksprogramma wordt gefinancierd door ZonMw in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
I&O Research heeft de opdracht gekregen om voor de GGD Gezondheidsmonitor 2022 het veldwerk uit te voeren. Dat betekent dat zij de uitnodigingen voor het onderzoek versturen en uw antwoorden verzamelen. Om de uitnodigingen te kunnen sturen ontvangen zij van het CBS naam- en adresgegevens. Deze worden drie maanden na afloop van het onderzoek weer verwijderd. Hiermee voldoen we aan de eisen vanuit de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in heel Nederland. De vragenlijst kan ingevuld worden in de periode van 9 september tot en met 28 november 2022.
De doelgroep van het onderzoek zijn personen van 18 jaar en ouder in Nederland die woonachtig zijn in Nederland. Het CBS selecteert willekeurig personen uit de BRP (basisregistratie personen) die worden uitgenodigd voor deelname aan de GGD Gezondheidsmonitor 2022. Dit noemen we een steekproef. De geselecteerde personen vormen samen een doorsnee van de Nederlandse bevolking. Ook mensen die tijdelijk in Nederland verblijven en staan ingeschreven in de BRP, kunnen worden uitgenodigd voor het onderzoek. De personen uit de steekproef krijgen van de regionale GGD een uitnodiging om een vragenlijst in te vullen. Het invullen van de vragenlijst kan online of op papier. Personen die niet geselecteerd zijn, ontvangen geen vragenlijst en kunnen niet aan dit onderzoek deelnemen.
Om een betrouwbaar beeld te krijgen van de gezondheid, het welzijn en de leefstijl van inwoners van 18 jaar en ouder in Nederland, is het van belang dat zoveel mogelijk mensen meedoen. Als te weinig mensen meedoen, zijn de uitkomsten geen goede vertegenwoordiging van de hele doelgroep. Hierdoor worden de uitkomsten van het onderzoek niet of minder betrouwbaar.
Door het beantwoorden van vragen over uw gezondheid, staat u even stil bij hoe het met u gaat. U hebt daarna misschien behoefte aan informatie over uw gezondheid. Aan het eind van de online vragenlijst vindt u daarom een aantal websites met betrouwbare gezondheidsinformatie. Daar kunt u antwoord vinden op eventuele vragen die u heeft na het invullen van de vragenlijst.
Met het beantwoorden van de vragen helpt u ons en de andere inwoners van uw gemeente ook. Wij kunnen dan, samen met de gemeente, gericht beleid opstellen of aanpassen en actie ondernemen om de gezondheid en het welzijn van inwoners te verbeteren. Uit de resultaten kan bijvoorbeeld blijken dat het nodig is om meer hulp te bieden aan bepaalde groepen of extra voorzieningen op te zetten in een gemeente of woonwijk.
Tot slot maakt u met het invullen van de vragenlijst kans op een van de 1900 VVV Cadeaukaarten ter waarde van 50 euro.
Voor meer informatie of vragen over dit onderzoek kunt u contact opnemen met de helpdesk van I&O Research. U kunt hen gratis bellen op 0800– 0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur). Ook kunt u mailen naar helpdeskGM@ioresearch.nl.
Voor de GGD Gezondheidsmonitor 2022 nodigen we ruim 1 miljoen mensen van 18 jaar en ouder uit die woonachtig zijn in Nederland. Alle inwoners van Nederland staan in het bevolkingsregister van gemeenten. Het CBS heeft hier willekeurig personen uit geselecteerd voor dit onderzoek. Als u een uitnodiging heeft ontvangen, bent u daar een van. De geselecteerde personen vormen samen een doorsnee van de totale groep inwoners van 18 jaar en ouder van de gemeente. Uw naam- en adresgegevens worden gebruikt om u een uitnodiging en eventueel een herinnering te sturen voor het onderzoek. Drie maanden na afloop van het onderzoek worden deze gegevens verwijderd.
Nee. Door de vragenlijst in te vullen (en op te sturen als u via papier meedoet), gaat u akkoord met de deelname aan de GGD Gezondheidsmonitor 2022. We wijzen u hierop als u start met het invullen. U kunt er altijd voor kiezen om bepaalde vragen niet te beantwoorden of uw deelname helemaal te stoppen. Uw antwoorden zullen vertrouwelijk worden behandeld, uw antwoorden worden veilig opgeslagen en worden alleen gedeeld met partijen die in de privacyverklaring (www.ggdnog.nl/privacyverklaringGMVO2022) worden genoemd.
Als u via internet meedoet en (tussentijds) stopt met uw deelname aan de vragenlijst, blijven uw antwoorden bewaard. Als u toch niet wilt dat uw antwoorden gebruikt worden voor het onderzoek, kunnen wij uw antwoorden verwijderen. Daarvoor kunt u contact opnemen met I&O Research via helpdeskGM@ioresearch.nl of 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur). Wanneer u uw persoonlijke inloggegevens doorgeeft, zorgt I&O Research ervoor dat uw antwoorden worden verwijderd.
Nee, deelname is vrijwillig. We stellen het wel zeer op prijs als u meedoet. Uw deelname is belangrijk, want met de resultaten van het onderzoek kan de gemeente haar beleid en activiteiten beter aanpassen op de behoefte en vragen van de inwoners.
U kunt de vragenlijst invullen via internet of op papier. De vragenlijst invullen via internet gaat het snelst. U slaat dan automatisch de antwoorden over die niet van toepassing zijn. In de brief staat uw persoonlijke inlogcode. U kunt deze invullen op www.startvragenlijst.nl/ggd en daarna direct de vragenlijst invullen.
Vult u de vragenlijst liever in op papier? Wacht dan met meedoen tot u een papieren vragenlijst van ons ontvangt.
De ene persoon vult de vragenlijst sneller in dan de andere persoon. Gemiddeld duurt het invullen van de vragenlijst ongeveer 30 minuten.
Ja, heel graag! We streven er in dit onderzoek naar om een goed beeld te krijgen van alle inwoners van 18 jaar en ouder in de gemeente, dus niet alleen van mensen waarmee het niet goed gaat. Het zou jammer zijn als alleen zij de vragenlijst invullen, we krijgen dan namelijk onterecht het beeld dat het met veel inwoners slecht gaat.
Om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen meedoen, sturen we een herinnering. We gebruiken de inlogcode of de code op de achterkant van de papieren vragenlijst om te bepalen wie de vragenlijst nog niet heeft ingevuld. Deze personen ontvangen een herinnering. Ook als u al begonnen bent aan de vragenlijst, maar deze nog niet helemaal heeft ingevuld, krijgt u een herinneringsbrief. Drie maanden na afronding van het onderzoek worden alle adresgegevens vernietigd.
Waarschijnlijk is uw vragenlijst pas ontvangen of verwerkt nadat de herinneringsbrieven klaar zijn gemaakt voor verzending. U hoeft I&O Research of de GGD hier niet over te bellen en u kunt de herinnering weggooien. Het kan ook zijn dat u een herinnering heeft ontvangen, terwijl u wel al bent begonnen met het invullen van de vragenlijst maar deze nog niet hebt afgerond. Wij zouden het heel fijn vinden als u de vragenlijst verder wilt invullen en afronden. Als u opnieuw inlogt kunt u direct verder gaan bij de vraag waar u gebleven was.
Misschien staat de Caps Lock aan of heeft u hoofdletters gebruikt in de inlogcode, terwijl dit kleine letters zijn. Het adres www.startvragenlijst.nl/ggd typt u in bij de adresbalk van uw internetbrowser en niet via een zoekmachine (bijvoorbeeld Google). Wanneer het echt niet lukt om in te loggen, kunt u contact opnemen met I&O Research via helpdeskGM@ioresearch.nl of 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
Wij kunnen u geen nieuwe inlogcode toesturen. U kunt wachten op de herinneringsbrief die u na ongeveer 3 weken ontvangt. Hierin staat nog een keer de inlogcode.
Als het invullen is afgebroken door een computerstoring of omdat de pagina is verlopen, is er niks aan de hand. U kunt na 10 minuten weer verder met invullen als u opnieuw inlogt. Het systeem heeft even de tijd nodig om te herkennen dat u niet meer aan het invullen bent. De antwoorden die u al heeft ingevuld zijn automatisch bewaard. U hoeft dus niet de hele vragenlijst opnieuw in te vullen.
Als u tussentijds bent gestopt met invullen, is er niks aan de hand. U kunt meteen weer verder met invullen als u opnieuw inlogt. De antwoorden die u al heeft ingevuld zijn automatisch bewaard. U hoeft dus niet de hele vragenlijst opnieuw in te vullen.
U kunt de vragenlijst zonder postzegel versturen naar:
I&O Research, Antwoordnummer 1104, 7500 VB Enschede.
Door de vragenlijst in te vullen, gaat u akkoord met de deelname aan de GGD Gezondheidsmonitor 2022. U kunt er altijd voor kiezen om bepaalde vragen niet te beantwoorden of uw deelname te stoppen. Als u (tussentijds) stopt met uw deelname aan de vragenlijst, blijven uw antwoorden bewaard. Als u toch niet wilt dat uw antwoorden gebruikt worden voor het onderzoek, kunnen wij uw antwoorden verwijderen. Dit is mogelijk tot en met 8 december 2022. Daarvoor kunt u contact opnemen met I&O Research via helpdeskGM@ioresearch.nl of 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur). Wanneer u uw persoonlijke inloggegevens doorgeeft, zorgt I&O Research ervoor dat uw antwoorden worden verwijderd.
Nee, het is belangrijk dat de vragenlijst wordt ingevuld door de persoon aan wie de uitnodiging is gericht. Controleer daarom of uw naam op de brief staat. Is dit niet het geval, wilt u de vragenlijst dan doorgeven aan de persoon aan wie de vragenlijst is gestuurd? De computer selecteert willekeurig wie aan het onderzoek kunnen meedoen. De geselecteerde personen vormen samen een doorsnee van de totale gemeente. Lukt het niet om deze lijst alleen in te vullen? Dan kunt u gerust hulp van een familielid of bekende vragen. Geef dan wel zelf de antwoorden. U kunt ook contact opnemen met I&O Research via helpdeskGM@ioresearch.nl of 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur) om hulp te krijgen bij het invullen.
Aan het eind van de vragenlijst kunt u aangeven of u vrijblijvend wilt meedoen aan het GGD panel NOG beter weten. Als lid van het panel ontvangt u een aantal keer per jaar een korte vragenlijst over een onderwerp op het gebied van gezondheid en welzijn. Meer informatie vindt u op: www.ggdnog.nl/panel.
Ja, een medewerker van de helpdesk kan u helpen bij het invullen van de vragenlijst. Dit kan in verschillende talen. U kunt hen gratis bellen op 0800– 0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur). U krijgt dan contact met I&O Research, het bureau dat de GGD’en ondersteunt bij dit onderzoek.
De GGD Gezondheidsmonitor 2022 heeft het doel om de gezondheidssituatie van volwassenen te volgen in de tijd. In 2024 voeren we dit onderzoek opnieuw uit. Om dan te kunnen vergelijken met deze en eerdere metingen, moeten we de resultaten bewaren. We treffen technische en organisatorische maatregelen om de gegevens te beveiligen. De gegevens die we bewaren, bevatten geen gegevens die direct herleidbaar zijn.
Naam- en adresgegevens worden door I&O Research gebruikt om de uitnodiging en eventuele herinneringen voor deelname aan het onderzoek te versturen en de prijswinnaars te informeren. De gegevens worden niet gekoppeld aan uw antwoorden op de vragenlijst. Drie maanden na afronding van het onderzoek worden alle namen en adressen vernietigd.
Uw antwoorden behandelen we uiteraard zorgvuldig. In dit gezondheidsonderzoek beschermen wij de privacy zoals dat in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) staat beschreven. Dat betekent dat de verzamelde gegevens strikt vertrouwelijk behandeld en verwerkt worden.
In dit onderzoek gaat het ook niet om informatie over individuele personen. In de resultaten van het onderzoek worden alleen gegevens gepresenteerd van de totale groep inwoners van 18 jaar en ouder of van subgroepen, zoals ouderen en jongeren. De resultaten van individuele personen laten we niet zien. Uw antwoorden worden dus nooit openbaar. Meer weten over hoe wij omgaan met de privacy van deelnemers? Lees dan onze privacyverklaring: www.ggdnog.nl/privacyverklaringGMVO2022.
Alle inwoners van een gemeente staan in het bevolkingsregister van die gemeente. De gemeente is verplicht op grond van wet- en regelgeving uw (persoons)gegevens uit het bevolkingsregister te verstrekken aan officiële (overheids)instanties. Voor de GGD Gezondheidsmonitor 2022 ontvangt het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) de gegevens uit het bevolkingsregister. Het CBS selecteert willekeurig personen die worden uitgenodigd voor deelname aan het onderzoek. Zij vormen een goede afspiegeling van de bevolking. Deze groep inwoners krijgt een uitnodiging om een vragenlijst in te vullen.
Bij de digitale vragenlijst wordt de inlogcode geregistreerd. De computer kan zien of u de vragenlijst volledig heeft ingevuld. Bij de schriftelijke vragenlijst staat op elke bladzijde een barcode. Deze wordt gelezen door de computer. Die barcodes en inlogcodes worden vergeleken met het overzicht van alle geselecteerde personen voor het onderzoek. Op basis daarvan worden eventueel herinneringsbrieven verzonden. Na afloop van het onderzoek worden alle adresgegevens vernietigd.
Wij gebruiken uw naam en adres alleen voor het versturen van de uitnodiging en voor de herinneringen. Het bestand met namen en adressen wordt niet gekoppeld aan uw antwoorden en wordt na afloop vernietigd. De resultaten van het onderzoek gaan alleen over de totale groep van 18 jaar en ouder of over subgroepen, zoals ouderen en jongeren. Het gaat dus niet om u persoonlijk. Uw antwoorden worden niet openbaar gemaakt. Wilt u meer weten over hoe wij omgaan met de privacy van deelnemers aan dit onderzoek? Bekijk dan de privacyverklaring: www.ggdnog.nl/privacyverklaringGMVO2022.
De antwoorden die de deelnemers in dit onderzoek geven, worden gecombineerd met informatie die het CBS van andere instellingen krijgt. Voorbeelden zijn gegevens over inkomen en bevolkingsopbouw. De GGD’en, organisatieonderdeel Volksgezondheid van de gemeente Utrecht, het RIVM en het CBS maken hiermee statistieken over de Nederlandse samenleving. Door het combineren van deze gegevens, werken we zo efficiënt mogelijk. De privacy van deelnemers is hierbij gewaarborgd.
Iedere deelnemer krijgt voor het onderzoek een uniek nummer. Via het unieke nummer worden de gegevens gecombineerd. Het gaat hierbij om een geautomatiseerde uitwisseling, waarbij geen persoonsgegevens zoals naam en adres worden gebruikt.
GGD Noord- en Oost-Gelderland heeft een gezondheidspanel. Dit is een groep inwoners uit de regio die een paar keer per jaar deelneemt aan korte digitale onderzoeken over gezondheid en zaken die daarop van invloed zijn. U kunt zich na het invullen van de vragenlijst aanmelden voor ons gezondheidspanel door de link te volgen en uw gegevens achter te laten. Deze gegevens worden niet gekoppeld aan uw antwoorden op de GGD Gezondheidsmonitor 2022. U verplicht zich met uw aanmelding tot niets. U kunt op elk gewenst moment besluiten om niet verder deel te nemen.
In de vragenlijst komen de volgende onderwerpen aan bod:
Gemeenten willen graag weten in hoeverre er verschillen zijn in gezondheid tussen verschillende groepen volwassenen. Daaruit kan bijvoorbeeld blijken dat het nodig is om meer hulp te bieden aan bepaalde groepen. Daarom bevat de vragenlijst een aantal vragen over uw achtergrondkenmerken, waaronder uw opleidingsniveau.
Ja, dat kan. Wanneer u de vragenlijst via internet invult, krijgt u aan het eind een pagina te zien met websites waar veel informatie te vinden is over thema’s in deze vragenlijst.
Gemeenten gebruiken de resultaten van het onderzoek voor het gezondheidsbeleid. Ook kunnen gemeenten en de GGD gericht activiteiten organiseren om de gezondheid en het welzijn van inwoners te verbeteren. Door samenwerking met het RIVM en het CBS levert het onderzoek ook informatie op over de gezondheid van heel Nederland.
De resultaten van het onderzoek worden medio 2023 openbaar gemaakt op de websites CBS Statline, RIVM Statline en VZinfo (RIVM) en op GGD Noord- en Oost-Gelderland (ggdnog.nl). In de resultaten van het onderzoek worden alleen gegevens gepresenteerd van de totale groep inwoners van 18 jaar en ouder of van subgroepen, zoals ouderen en jongeren. De resultaten van individuele personen laten we niet zien. Uw antwoorden worden dus nooit openbaar.
Nee, het is niet mogelijk om de deelnemers op de hoogte te stellen van de onderzoeksresultaten. De adresgegevens van de deelnemers worden na het sluiten van het onderzoek vernietigd. De resultaten van het onderzoek worden medio 2023 openbaar gemaakt op de websites CBS Statline, RIVM Statline en VZinfo (RIVM) en op GGD Noord- en Oost-Gelderland (ggdnog.nl).
Het is mogelijk dat u de vragenlijst niet wilt of kunt invullen. U kunt zich dan afmelden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van uw inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
U kunt altijd stoppen met de vragenlijst. Indien u geen herinnering meer wilt ontvangen kunt u zich afmelden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van uw inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
Ondanks de zorgvuldige manier van adressen verzamelen, is het mogelijk dat u een uitnodiging heeft ontvangen voor iemand die niet meer op dit adres woont. Om te voorkomen dat de GGD u nog herinneringen stuurt om de vragenlijst in te vullen, willen wij u vragen of u de aangeschreven persoon af wilt melden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van de inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
Wanneer de aangeschreven persoon niet in staat is om de vragenlijst in te vullen, bijvoorbeeld door ziekte, is het heel vervelend als deze persoon nog herinneringsbrieven ontvangt. Wij willen u vragen of u de aangeschreven persoon af wilt melden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van de inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
De vragenlijst kan tot en met 28 november worden ingevuld. Mocht de aangeschreven persoon vóór die tijd nog wel aanwezig zijn dan kan hij/zij de vragenlijst nog invullen. Als de aangeschreven persoon voor die tijd niet aanwezig is, willen wij u vragen om hem of haar af te melden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van de inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
Ondanks de zorgvuldige manier van adressen verzamelen, is het mogelijk dat u een uitnodiging heeft ontvangen voor iemand die is overleden. Dat spijt ons zeer. Om te voorkomen dat de GGD nog herinneringen stuurt om de vragenlijst in te vullen, willen wij u vragen of u de aangeschreven persoon af wilt melden door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van de inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur).
U kunt zich op afmelden voor de GGD Gezondheidsmonitor 2022 door een mail te sturen naar helpdeskGM@ioresearch.nl onder vermelding van de inlogcode (deze vindt u in de brief) of adresgegevens. U kunt ook bellen naar 0800-0191 (elke dag bereikbaar van 09.00 – 21.00 uur). Wanneer u niet wilt dat de GGD u in de toekomst voor andere onderzoeken benadert, kunt u dit zelf bij uw gemeente aangeven. Wij hebben uw naam en adresgegevens namelijk uit de basisregistratie personen (BRP).
Iedereen die meedoet en de vragenlijst volledig heeft ingevuld (via internet of op papier), kan kans maken op een van de 1900 VVV Cadeaukaarten ter waarde van 50 euro die wij verloten onder de deelnemers. Aan het eind van de vragenlijst kunt u aangeven of u wilt meedoen aan de prijsverloting.
Als u een VVV Cadeaukaart hebt gewonnen, sturen we die per post naar u op. We gebruiken hiervoor uw naam- en adresgegevens uit de steekproef. I&O Research verloot de VVV Cadeaukaarten na afloop van het onderzoek, begin december 2022. Wanneer u niets van ons hoort, bent u helaas niet een van de winnaars.
De VVV Cadeaukaarten worden begin december 2022 verloot door I&O Research. Als u een van de winnaars bent, wordt de VVV Cadeaukaart na de prijsverloting naar u opgestuurd per post. We gebruiken hiervoor uw naam- en adresgegevens uit de steekproef. Wanneer u niets van ons hoort, bent u helaas niet een van de winnaars.
Wanneer u een klacht of opmerking heeft over dit onderzoek, kunt u contact opnemen met de onderzoekers van GGD Noord- en Oost-Gelderland via onderzoek@ggdnog.nl of 088 443 30 00.
Er zijn veel hulplijnen die u kunt bellen bij vragen of voor ondersteuning. Op www.steunpuntcoronazorgen.nl vindt u een handig overzicht van hulplijnen met betrekking tot corona en andere onderwerpen en zorgen. U kunt natuurlijk ook contact opnemen met uw huisarts.